< Return to Video

Titel: vermenigvuldigen 2: De vermenigvuldigingstafels

  • 0:01 - 0:06
    Op dit moment denk ik dat je een klein beetje weet wat vermenigvuldigen is
  • 0:06 - 0:09
    Of "vermeerderen"
  • 0:09 - 0:13
    Wat we in deze video gaan doen is je een heleboel meer praktijkoefeningen geven
  • 0:13 - 0:18
    en je aan het werk te zetten om de vermenigvuldigingstafels uit je hoofd te leren
  • 0:18 - 0:20
    En als je genoeg Khan Academy videos bekijkt
  • 0:20 - 0:21
    en hopelijk ga je dat doen in de toekomst
  • 0:21 - 0:25
    zal je je realiseren dat ik normaal gesproken niet zo'n fan ben van uit het hoofd leren
  • 0:25 - 0:26
    Maar het ding is met vermenigvuldigen
  • 0:26 - 0:31
    dat als je je tafels, die we zo gaan doen, uit je hoofd leert
  • 0:31 - 0:34
    dit zich enorm terugbetaalt in je verdere leven
  • 0:34 - 0:37
    Ik beloof je, dat als je ze nu uit je hoofd leert, je ze niet meer vergeet
  • 0:37 - 0:40
    en de rest van je leven zal -
  • 0:40 - 0:42
    nou ja, ik wil je geen valse beloftes geven,
  • 0:42 - 0:46
    maar je leven zal toch beter zijn, dan als je je tafels niet uit je hoofd had geleerd
  • 0:46 - 0:47
    Zo, wat zijn de vermenigvuldigingstafels
  • 0:47 - 0:50
    nu, dat zijn de verschillende nummers
  • 0:50 - 0:51
    maal elkaar
  • 0:51 - 0:54
    Laten we eens een beetje herzien
  • 0:54 - 0:59
    Als ik zeg:" Wat is twee keer één?"
  • 0:59 - 1:02
    Dat is gelijk aan twee plus zichzelf één keer .
  • 1:02 - 1:05
    Dit is gelijk aan twee
  • 1:05 - 1:07
    Het is twee plus zichzelf één keer
  • 1:07 - 1:08
    Ik hoef niet te zeggen plus iets
  • 1:08 - 1:09
    want er is alleen één twee hier.
  • 1:09 - 1:13
    Ik kan het ook opschrijven als één plus zichzelf twee keer
  • 1:13 - 1:15
    dus dat is ook één plus één.
  • 1:15 - 1:18
    Dat is gelijk aan twee
  • 1:18 - 1:18
    Ok
  • 1:18 - 1:20
    dus twee keer één is twee
  • 1:20 - 1:23
    en als je de laatste video hebt gezien; wat is twee keer nul?
  • 1:23 - 1:24
    Nu dat is nul
  • 1:24 - 1:27
    Dus je hoeft niet de tafel nul uit je hoofd te leren
  • 1:27 - 1:31
    omdat alles keer nul nul is, of nul keer iets is nul.
  • 1:31 - 1:31
    Laten we eens zien
  • 1:31 - 1:34
    wat is twee keer twee
  • 1:34 - 1:36
    twee keer twee
  • 1:36 - 1:37
    Nu, dat is gelijk aan -
  • 1:37 - 1:39
    We gaan de twee twee keer toevoegen
  • 1:39 - 1:42
    Dat is twee plus twee
  • 1:42 - 1:43
    En dat kun je alleen op deze manier doen
  • 1:43 - 1:45
    Ik kan zeggen dat ik deze twee oppak en twee keer aan zichzelf toevoeg
  • 1:45 - 1:47
    maar dat is hetzelfde
  • 1:47 - 1:48
    En wat is twee plus twee
  • 1:48 - 1:49
    Dat is gelijk aan vier
  • 1:49 - 1:51
    Wat is twee keer drie
  • 1:51 - 1:58
    Twee keer drie is gelijk aan twee plus twee plus twee
  • 1:58 - 2:03
    Het is ook gelijk aan drie plus drie
  • 2:03 - 2:05
    We leerden in de vorige video
  • 2:05 - 2:07
    Deze verklaring kan je op beide van deze manieren opschrijven
  • 2:07 - 2:09
    En welke je ook kiest, waar is het gelijk aan?
  • 2:09 - 2:10
    drie plus drie
  • 2:10 - 2:12
    is hetzelfde als twee plus twee plus twee
  • 2:12 - 2:15
    en dat is gelijk aan zes.
  • 2:15 - 2:16
    OK.
  • 2:16 - 2:18
    Nu wat is twee keer vier
  • 2:18 - 2:21
    twee keer vier.
  • 2:21 - 2:26
    Nu, dat is gelijk aan twee plus twee plus twee plus twee
  • 2:26 - 2:30
    En zie hier, het is precies gelijk aan wat twee keer drie was.
  • 2:30 - 2:33
    Twee keer drie dus.
  • 2:33 - 2:36
    Ik heb dat hier, maar nu tel ik er gewoon twee bij op.
  • 2:36 - 2:40
    Dus als we lui willen doen en we voegen twee bij twee op is vier
  • 2:40 - 2:41
    vier plus twee is zes
  • 2:41 - 2:42
    In plaats van dat te doen, kunnen we ook zeggen,
  • 2:42 - 2:46
    hé kijk, We weten al dat dit hier een zes is
  • 2:46 - 2:48
    We hadden dat in de vorige rij gezien hier
  • 2:48 - 2:52
    We hebben deze zes al berekend, dus kunnen we zeggen, oh, twee keer vier
  • 2:52 - 2:56
    zal twee meer zijn dat dat, wat gelijk is aan acht.
  • 2:56 - 2:57
    en hopelijk zie je een patroon
  • 2:57 - 3:02
    Als we gaan van twee keer één, naar twee keer twee,
  • 3:02 - 3:04
    naar twee keer drie, wat gebeurt er dan?
  • 3:04 - 3:06
    Hoeveel gaan we elke keer omhoog?
  • 3:06 - 3:08
    van twee naar vier gaan we er twee bij
  • 3:08 - 3:11
    Van vier naar zes nemen we er twee bij.
  • 3:11 - 3:13
    En dan van zes naar acht nemen we er twee bij.
  • 3:13 - 3:16
    Dus nu kun je wel bedenken wat twee keer vijf is,
  • 3:16 - 3:17
    zelfs zonder op te tellen
  • 3:17 - 3:23
    twee keer vijf is gelijk aan twee plus twee plus twee plus twee plus twee
  • 3:23 - 3:26
    Je kan het ook schrijven als vijf plus vijf.
  • 3:26 - 3:29
    twee keer vier kun je ook schrijven als vier plus vier.
  • 3:29 - 3:30
    En waar is dat gelijk aan?
  • 3:30 - 3:33
    We kunnen dit alles optellen of we kunnen er bij deze twee optellen.
  • 3:33 - 3:36
    Of we kunnen ook gewoon zeggen dat het er twee meer zullen zijn dan twee keer vier
  • 3:36 - 3:39
    Dus dat wordt tien.
  • 3:39 - 3:42
    Ik zal de tafel van twee afmaken.
  • 3:42 - 3:45
    En ik denk dat je nu al ziet welk patroon zich aftekent.
  • 3:45 - 3:48
    Twee keer zes.
  • 3:48 - 3:52
    Dat wordt twee plus zichzelf en dat zes keer.
  • 3:52 - 3:55
    Laten we dat eens zien. één, twee, drie, vier, vijf, zes,
  • 3:55 - 3:59
    Wat ook gelijk zal moeten zijn aan zes plus zichzelf twee keer.
  • 3:59 - 4:01
    Je kan het op beide manieren doen.
  • 4:01 - 4:03
    En dat is gelijk aan twaalf.
  • 4:03 - 4:07
    en opnieuw, twee meer dan twee keer vijf
  • 4:07 - 4:10
    omdat we twee nog een keer aan zichzelf toevoegen.
  • 4:10 - 4:12
    Dus dat worden er weer twee meer.
  • 4:12 - 4:14
    Laten we doorgaan.
  • 4:14 - 4:17
    Twee keer zeven.
  • 4:17 - 4:20
    Twee keer zeven is gelijk aan -
  • 4:20 - 4:24
    Nu, ik kan het opschrijven als twee plus twee plus twee plus twee-
  • 4:24 - 4:27
    Dat is vermoeiend - plus twee plus twee.
  • 4:27 - 4:28
    Is dat zeven?
  • 4:28 - 4:31
    Eén, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven.
  • 4:31 - 4:34
    En dat is hetzelfde als zeven plus zeven,
  • 4:34 - 4:37
    Wat je wellicht weet of niet is gelijk aan viertien.
  • 4:37 - 4:40
    Je kan hier zeggen, hé, dat zal twee meer zijn dan twaalf.
  • 4:40 - 4:44
    Dus twaalf plus één plus twee is -- twaalf plus één is dertien.
  • 4:44 - 4:46
    Twaalf plus twee is viertien.
  • 4:46 - 4:48
    OK, laten we doorgaan.
  • 4:48 - 4:51
    Twee keer acht.
  • 4:51 - 4:54
    Ik kan dit allemaal hier doen, waar ik de tweeën toevoeg
  • 4:54 - 4:57
    Of ik kan ook zeggen, kijk, dit zal gewoon twee meer zijn dan twee keer zeven.
  • 4:57 - 5:00
    Dus ik kan zeggen dat het viertien plus twee is.
  • 5:00 - 5:00
    Ik tel gewoon twee bij deze één op.
  • 5:00 - 5:02
    Dus ik kan zeggen dat het zestien is.
  • 5:02 - 5:06
    Of ik kan ook zeggen dat het acht plus acht is.
  • 5:06 - 5:07
    Dat is ook zestien.
  • 5:07 - 5:08
    Ik had kunnen doorgaan met de tweeën,
  • 5:08 - 5:15
    Maar als je wilt kun je dit voor jezelf doen, voor je eigen gewin en leerproces.
  • 5:15 - 5:18
    We zijn er bijna - Nou ja, we kunnen voor altijd doorgaan
  • 5:18 - 5:19
    want er bestaat geen hoogste cijfer
  • 5:19 - 5:22
    Ik kan gewoon doorgaan.
  • 5:22 - 5:25
    Twee keer negen keer tien keer honderd keer duizend keer een miljoen
  • 5:25 - 5:27
    Maar ik stop bij twaalf
  • 5:27 - 5:29
    Want dat is ongeveer wat de meeste mensen blijken te kunnen onthouden.
  • 5:29 - 5:32
    Maar als je echt een "rekenatleet" wilt zijn
  • 5:32 - 5:34
    kan je doorgaan tot twintig
  • 5:34 - 5:37
    Maar laten we twee keer negen doen.
  • 5:37 - 5:39
    Dat is twee meer dan twee keer acht.
  • 5:39 - 5:41
    Dat is achttien.
  • 5:41 - 5:43
    Of negen plus negen.
  • 5:43 - 5:44
    Ook achttien.
  • 5:44 - 5:46
    Wat is twee keer tien?
  • 5:46 - 5:48
    De tafel van tien is interessant.
  • 5:48 - 5:50
    En we zullen het patroon nu snel zien
  • 5:50 - 5:53
    wanneer we proberen een hele tafelrij compleet maken.
  • 5:53 - 5:55
    Dus wat is twee keer tien?
  • 5:55 - 5:57
    Twee meer dan twee keer negen.
  • 5:57 - 5:59
    Het is twintig.
  • 5:59 - 6:01
    Of we kunnen zeggen, dat is tien plus tien.
  • 6:01 - 6:03
    Tien plus zichzelf twee keer.
  • 6:03 - 6:05
    Wat is er zo interessant aan?
  • 6:05 - 6:09
    Dit lijkt gewoon op een twee met een nul eraan toegevoegd.
  • 6:09 - 6:11
    En je zal zien dat alles wat je tien keer doet,
  • 6:11 - 6:12
    Je gewoon een nul aan de rechterkant plaatst.
  • 6:12 - 6:14
    En je kan je afvragen waarom dat zo is.
  • 6:14 - 6:16
    Je kan het zien als twee tienen is twintig.
  • 6:16 - 6:18
    Dat is wat twintig is.
  • 6:18 - 6:20
    We zijn bijna klaar.
  • 6:20 - 6:22
    Laten we twee keer elf doen.
  • 6:22 - 6:26
    Twee keer elf zal twee meer zijn dan dit hier.
  • 6:26 - 6:28
    Het is tweeëntwintig.
  • 6:28 - 6:30
    Nog een interessant patroon.
  • 6:30 - 6:32
    Ik heb het cijfer twee keer herhaald -- een twee en een twee.
  • 6:32 - 6:33
    interessant.
  • 6:33 - 6:36
    Iets om op te letten
  • 6:36 - 6:39
    Als we kijken naar de andere tafels.
  • 6:39 - 6:40
    En dan eindelijk --
  • 6:40 - 6:42
    En het is niet uiteindelijk, we kunnen gewoon doorgaan --
  • 6:42 - 6:45
    twee keer, dit is een te donkere kleur.
  • 6:45 - 6:47
    twee keer twaalf.
  • 6:47 - 6:51
    Twee keer twaalf is twee meer dan twee keer elf
  • 6:51 - 6:52
    Dat is vierentwintig.
  • 6:52 - 6:54
    We kunnen het ook opschrijven als twaalf plus twaalf.
  • 6:54 - 6:56
    Of we kunnen zeggen
  • 6:56 - 6:58
    plus twee... twaalf keer.
  • 6:58 - 7:00
    het brengt je allemaal naar de twaalf.
  • 7:00 - 7:01
    Zo, dat is de tafel van twee
  • 7:01 - 7:02
    en ik denk dat je het patroon ziet.
  • 7:02 - 7:05
    Elke keer als je vermenigvuldig met één hoger cijfer
  • 7:05 - 7:07
    tel je er twee bij dit cijfer op.
  • 7:07 - 7:09
    Nu we het patroon hebben gezien,
  • 7:09 - 7:12
    laten we eens zien of we een tafel compleet kunnen maken.
  • 7:12 - 7:16
    Wat ik wil doen is alle cijfers opschrijven.
  • 7:16 - 7:18
    Laat me zien.
  • 7:18 - 7:19
    Ik hoop dat ik hiervoor ruimte genoeg heb.
  • 7:19 - 7:29
    Eén, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven, acht, negen.
  • 7:29 - 7:31
    Bij nader inzien, doe ik het tot negen.
  • 7:31 - 7:32
    Ik ga gewoon door.
  • 7:32 - 7:33
    negen
  • 7:33 - 7:34
    Hmm, ik heb niet genoeg ruimte om dit te doen
  • 7:34 - 7:36
    want ik wil dat je de hele tafel ziet.
  • 7:36 - 7:37
    Dus ik ga tot negen hier,
  • 7:37 - 7:40
    Maar ik wil je aanmoedigen om het na deze video het zelf af te maken
  • 7:40 - 7:43
    Misschien als we de tijd hebben kunnen we het hier toch afmaken
  • 7:43 - 7:46
    Zo dit zijn de eerste cijfers die ik ga vermenigvuldigen
  • 7:46 - 7:52
    En ik ga dit vermenigvuldigen met één, twee, drie, vier,
  • 7:52 - 7:58
    vijf, zes, zeven, acht, negen.
  • 7:58 - 8:00
    Wat ik ga doen is, ik ga het --
  • 8:00 - 8:01
    allereerst --
  • 8:01 - 8:03
    Eigenlijk had ik dit hier onder moeten schrijven --
  • 8:03 - 8:05
    Nu, wat is één keer één?
  • 8:05 - 8:06
    Zo dit is de manier die ik laat zien.
  • 8:06 - 8:09
    Wat dan ook één keer één is ik ga het hier opschrijven.
  • 8:09 - 8:10
    Nu, dat is één.
  • 8:10 - 8:12
    Wat is één keer twee?
  • 8:12 - 8:12
    dat is twee.
  • 8:12 - 8:14
    Wat is één keer drie?
  • 8:14 - 8:14
    Dat is drie.
  • 8:14 - 8:16
    Eén keer iets is dat cijfer,
  • 8:16 - 8:21
    Dus kan ik gewoon vier, vijf, zes, zeven, acht, negen opschrijven.
  • 8:21 - 8:24
    Eén keer negen is negen.
  • 8:24 - 8:25
    Ok
  • 8:25 - 8:26
    Nu laten we de tafel van twee doen.
  • 8:26 - 8:28
    Ik zal het in het blauw doen.
  • 8:28 - 8:30
    Bij nader inzien, laat ,me het in die kleur doen
  • 8:30 - 8:34
    en nu in een iets donkerder blauw doe ik de tafel van twee.
  • 8:34 - 8:35
    Wat is twee keer één?
  • 8:35 - 8:36
    Dat is twee.
  • 8:36 - 8:38
    Het is hetzelfde als één keer twee.
  • 8:38 - 8:40
    Kijk hier, deze twee cijfers zijn hetzelfde.
  • 8:40 - 8:42
    Wat is twee keer twee?
  • 8:42 - 8:43
    Dat is vier.
  • 8:43 - 8:45
    Twee keer drie is zes.
  • 8:45 - 8:46
    We hebben dit al gedaan.
  • 8:46 - 8:50
    Elke keer dat je verhoogt of vermenigvuldigt met een hoger cijfer
  • 8:50 - 8:51
    Tel je er twee bij op.
  • 8:51 - 8:53
    Twee keer vier is acht.
  • 8:53 - 8:55
    Hetzelfde als vier keer twee.
  • 8:55 - 8:57
    twee keer vijf is tien.
  • 8:57 - 8:59
    twee keer zes is twaalf.
  • 8:59 - 9:01
    ik tel er gewoon steeds twee bij op.
  • 9:01 - 9:04
    kijk hier telde ik er bij elke stap één bij op, hier tel ik er twee bij op.
  • 9:04 - 9:07
    Twee keer zeven, viertien.
  • 9:07 - 9:10
    Twee keer acht, zestien.
  • 9:10 - 9:13
    twee keer negen, achttien.
  • 9:13 - 9:18
    Ok, laten we de tafel van drie doen.
  • 9:18 - 9:21
    Dat zal ik in het geel doen.
  • 9:21 - 9:22
    Geel.
  • 9:22 - 9:24
    Drie keer één is drie.
  • 9:24 - 9:25
    Kijk hier, drie keer één is drie.
  • 9:25 - 9:27
    Eén keer drie is drie.
  • 9:27 - 9:29
    Dat zijn dezelfde waarden.
  • 9:29 - 9:32
    Drie keer twee is hetzelfde als twee keer drie.
  • 9:32 - 9:38
    Drie keer twee zou hetzelfde moeten zijn als twee keer drie.
  • 9:38 - 9:40
    Dus dat is zes.
  • 9:40 - 9:40
    en dat is logisch.
  • 9:40 - 9:46
    Drie plus drie is zes of twee plus twee plus twee is zes.
  • 9:46 - 9:48
    Dus elke keer gaan we hier drie omhoog.
  • 9:48 - 9:49
    Je ziet het patroon.
  • 9:49 - 9:51
    Drie keer drie is negen.
  • 9:51 - 9:53
    Drie plus drie plus drie.
  • 9:53 - 9:55
    Dus we gingen van drie naar zes naar negen.
  • 9:55 - 9:57
    Dus drie keer vier zal twaalf zijn.
  • 9:57 - 9:59
    Ik tel er gewoon elke keer drie bij op.
  • 9:59 - 10:01
    Twaalf plus drie is vijftien.
  • 10:01 - 10:03
    Vijftien plus drie is achttien.
  • 10:03 - 10:06
    Achttien plus drie is éénentwintig.
  • 10:06 - 10:08
    Eénentwintig plus drie is vierenentwintig.
  • 10:08 - 10:10
    Vierentwintig plus drie is zevenentwintig.
  • 10:10 - 10:13
    Dus zal drie keer negen zevenentwintig zijn.
  • 10:13 - 10:15
    Drie keer acht is vierentwintig.
  • 10:15 - 10:19
    Als je zou zeggen acht plus acht plus acht, dan zou dat vierentwintig zijn.
  • 10:19 - 10:20
    Laat me zien of ik dat -
  • 10:20 - 10:22
    Nu ga ik het een beetje versnellen,
  • 10:22 - 10:23
    Nu zien we het patroon
  • 10:23 - 10:24
    En dit zou je ook zelf moeten doen
  • 10:24 - 10:27
    en je zou echt moeten onthouden alles wat we nu doen.
  • 10:27 - 10:30
    Je zou eigenlijk helemaal tot twaalf moeten gaan in beide richtingen.
  • 10:30 - 10:31
    Zo laten we eens kijken.
  • 10:31 - 10:35
    vier keer één is vier
  • 10:35 - 10:38
    Ik ga er elke keer vier omhoog.
  • 10:38 - 10:40
    Dus vier plus vier is acht.
  • 10:40 - 10:42
    Acht plus vier is twaalf.
  • 10:42 - 10:44
    Twaalf plus vier is zestien.
  • 10:44 - 10:46
    Zestien plus vier is twintig.
  • 10:46 - 10:48
    Twintig plus vier is vierentwintig.
  • 10:48 - 10:51
    Vier keer zes is vierentwintig.
  • 10:51 - 10:53
    Vier keer zeven, achtentwintig.
  • 10:53 - 10:54
    En ik ga er steeds vier omhoog.
  • 10:54 - 10:59
    Tweeendertig en zesendertig.
  • 10:59 - 11:01
    Ok, vijf keer één.
  • 11:01 - 11:07
    Vijf keer één is vijf.
  • 11:07 - 11:10
    Eigenlijk weten we al dat iets dat -- wacht, ik wil steeds van kleur veranderen,
  • 11:10 - 11:11
    Dus ik ga het gewoon in deze rijen doen.
  • 11:11 - 11:13
    Vijf keer één is vijf.
  • 11:13 - 11:16
    Vijf keer twee is tien.
  • 11:16 - 11:17
    Vijf keer drie is vijftien.
  • 11:17 - 11:18
    Ik verhoog het gewoon steeds met vijf.
  • 11:18 - 11:21
    De tafel van vijf is ook erg leuk
  • 11:21 - 11:24
    Omdat elk cijfer dat je toevoegt - als we de tafel van vijf doen-
  • 11:24 - 11:26
    Hm, we zullen nog over oneven en even getallen leren in de toekomst.
  • 11:26 - 11:30
    Maar elk volgend cijfer in de tafel van vijf eindigt op vijf,
  • 11:30 - 11:32
    en de volgende dan weer op een nul.
  • 11:32 - 11:35
    Omdat als je vijf optelt bij vijftien krijg je twintig.
  • 11:35 - 11:42
    Je krijgt vijfentwintig, dertig, vijfendertig, veertig, vijfenveertig.
  • 11:42 - 11:43
    Ok.
  • 11:43 - 11:47
    De tafel van zes, laat me die in het groen doen.
  • 11:47 - 11:48
    Zes keer één is zes.
  • 11:48 - 11:49
    Dat is makkelijk.
  • 11:49 - 11:51
    Je telt er zes bij op en je krijgt twaalf.
  • 11:51 - 11:52
    Je telt er zes bij op en je krijgt achttien.
  • 11:52 - 11:54
    Je telt er zes bij en je krijgt vierentwintig.
  • 11:54 - 11:56
    Je telt er zes bij en je krijgt dertig.
  • 11:56 - 12:01
    Dan nog een keer zes meer, zesendertig, tweeënveertig, achtenveertig.
  • 12:01 - 12:05
    achtenveertig plus zes is vierenvijftig.
  • 12:05 - 12:08
    Dus zes keer negen is vierenvijftig
  • 12:08 - 12:09
    Ok, we zijn er bijna.
  • 12:09 - 12:12
    Zeven keer één, dat is zeven.
  • 12:12 - 12:14
    Zeven keer één is zeven.
  • 12:14 - 12:16
    Zeven keer twee is viertien.
  • 12:16 - 12:18
    Zeven keer drie, éénentwintig.
  • 12:18 - 12:20
    Zeven keer vier, achtentwintig.
  • 12:20 - 12:24
    Zeven keer vijf, war is achtentwintig plus zeven?
  • 12:24 - 12:25
    Laat me zien, als je er twee bij optelt krijg je dertig.
  • 12:25 - 12:28
    Dan tel je er vijf bij op, dat is vijfendertig.
  • 12:28 - 12:29
    Zeven keer zes, tweeënveertig.
  • 12:29 - 12:33
    Zeven keer zeven, negenenveertig.
  • 12:33 - 12:35
    zeven keer acht -
  • 12:35 - 12:38
    zeven keer acht wordt zeven plus dit, dus dat is zesenvijftig.
  • 12:38 - 12:42
    Ik raak altijd in de war van het feit dat zeven keer acht zesenvijftig is
  • 12:42 - 12:44
    en zes keer negen vierenvijftig
  • 12:44 - 12:47
    Nu ik aan jou heb verteld, dat ik altijd in de war raak
  • 12:47 - 12:49
    Is het jou taak dat niet te doen.
  • 12:49 - 12:53
    Je kan zeggen dat in zeven keer acht de zes zit
  • 12:53 - 12:55
    Zes keer negen heeft geen zes erin
  • 12:55 - 12:56
    Dat is hoe ik het onthoud.
  • 12:56 - 12:58
    dat gezegd hebbende gaan we verder, zeven keer negen
  • 12:58 - 12:59
    We gaan hier nog een zeven bij optellen.
  • 12:59 - 13:01
    Dat wordt drieënzestig.
  • 13:01 - 13:05
    Ik zal dezelfde kleur gebruiken
  • 13:05 - 13:08
    Alles goed, we zijn bij onze tafel van acht.
  • 13:08 - 13:11
    acht keer één is acht.
  • 13:11 - 13:13
    Acht keer twee is zestien.
  • 13:13 - 13:14
    vierentwintig
  • 13:14 - 13:16
    Acht keer drie is vierentwintig.
  • 13:16 - 13:18
    En als we naar de drie keer acht gaan, zullen we zien dat dat ook vierentwintig is.
  • 13:18 - 13:20
    Ja, daar is het.
  • 13:20 - 13:21
    Deze waarden zijn hetzelfde.
  • 13:21 - 13:23
    Dus we doen dit eigenlijk dubbel.
  • 13:23 - 13:25
    We doen het als je acht keer drie doet
  • 13:25 - 13:27
    en we deden het toen we drie keer acht deden.
  • 13:27 - 13:31
    Laten we eens zien, acht keer vier, je telt er een acht bij op - tweeëndertig.
  • 13:31 - 13:32
    Veertig
  • 13:32 - 13:35
    nog een acht, achtenveertig.
  • 13:35 - 13:37
    Let op, acht keer zes, achtenveertig.
  • 13:37 - 13:40
    Zes keer acht, achtenveertig.
  • 13:40 - 13:42
    Alles goed, acht keer zeven.
  • 13:42 - 13:46
    Nu, dat hadden we al berekend, dat was zesenvijftig.
  • 13:46 - 13:48
    Acht keer acht, vierenzestig
  • 13:48 - 13:52
    Acht keer negen, tel acht hierbij op, is tweeënzeventig.
  • 13:52 - 13:55
    Nu zijn we bij de tafel van negen.
  • 13:55 - 13:57
    Ik heb bijna geen kleuren meer over.
  • 13:57 - 14:00
    Misschienhergebruik ik wel een paar kleuren.
  • 14:00 - 14:01
    Ik gebruik blauw wel opnieuw.
  • 14:01 - 14:03
    Negen keer één is negen.
  • 14:03 - 14:07
    Negen keer twee, achttien. Negen keer drie - Eigenlijk weten we alle antwoorden al.
  • 14:07 - 14:08
    We kunnen het gewoon in de tabel opzoeken.
  • 14:08 - 14:11
    Want negen keer drie is hetzelfde als drie keer negen.
  • 14:11 - 14:13
    Dat is zevenentwintig.
  • 14:13 - 14:14
    tel hier negen bij op.
  • 14:14 - 14:18
    Zevenentwingtig plus negen is zesendertig.
  • 14:18 - 14:22
    zesendertig plus negen is vijfenveertig.
  • 14:22 - 14:25
    Zie je dat elke keer als je er negen bij optelt, je er steeds bijna 10 omhoog gaat.
  • 14:25 - 14:26
    maar dan eentje minder.
  • 14:26 - 14:30
    Tien erbij zou zesenveertig worden en dan één minder dan dat is vijfenveertig.
  • 14:30 - 14:33
    Let ook op de eenheden.
  • 14:33 - 14:34
    Daar zullen we in de toekomst nog meer over spreken.
  • 14:34 - 14:38
    Maar we gaan van een negen, acht , zeven, zes, vijf op deze plek,
  • 14:38 - 14:39
    en dan vanaf het tweede nummer
  • 14:39 - 14:43
    en zie op deze plek ga je van één, twee, drie , vier.
  • 14:43 - 14:44
    Dat is een interessant patroon.
  • 14:44 - 14:47
    Nog een interessant patroon is als je de twee getallen optelt op negen uitkomt.
  • 14:47 - 14:49
    Drie plus zes is negen, twee plus zeven is negen.
  • 14:49 - 14:51
    Daar zullen we het ook in de toekomst nog over hebben.
  • 14:51 - 14:53
    en dan zal ik het je misschien kunnen bewijzen.
  • 14:53 - 14:56
    Negen keer zes, vierenvijftig.
  • 14:56 - 14:58
    Dat was dit hier ook al.
  • 14:58 - 15:02
    Negen keer zeven, drieënzestig.
  • 15:02 - 15:04
    Negen keer acht, tweeënzeventig.
  • 15:04 - 15:06
    Negen keer negen is eenentachtig.
  • 15:06 - 15:07
    Ik weet niet of je dat kan zien.
  • 15:07 - 15:08
    Eenentachtig.
  • 15:08 - 15:09
    Zo daar staat het.
  • 15:09 - 15:11
    Zo kan ik doorgaan.
  • 15:11 - 15:14
    Eigenlijk moet ik ook gewoon doorgaan.
  • 15:14 - 15:18
    Ik realiseer me dat deze video al behoorlijk lang is.
  • 15:18 - 15:19
    Ik wil dat je dit nu gaat onthouden.
  • 15:19 - 15:21
    Want dit kan je behoorlijk ver brengen.
  • 15:21 - 15:26
    In de volgende video zal ik de tafels na negen behandelen.
  • 15:26 - 15:27
    Tot snel!
Title:
Titel: vermenigvuldigen 2: De vermenigvuldigingstafels
Description:

Introduction to the multiplication tables from 2-9.

more » « less
Video Language:
English
Duration:
15:27

Dutch subtitles

Revisions