< Return to Video

Buffers and Hendersen-Hasselbalch

  • 0:00 - 0:01
    .
  • 0:00 - 0:03
    We hebben bijvoorbeeld een zwak zuur.
  • 0:03 - 0:06
    Ik noem het HA.
  • 0:06 - 0:12
    A staat eigenlijk voor heel veel soorten elementen die ik hier neer kan zetten.
  • 0:12 - 0:13
    A staat eigenlijk voor heel veel soorten elementen die ik hier neer kan zetten.
  • 0:13 - 0:15
    Het kan fluor zijn maar het kan ook een ammonia molecuul zijn.
  • 0:15 - 0:17
    En als je een H toevoegt wordt het ammonium.
  • 0:17 - 0:20
    Dus dit is geen specifiek element waar ik het over heb.
  • 0:20 - 0:24
    Dit is gewoon een algemene manier om een zuur te schrijven.
  • 0:24 - 0:31
    En natuurlijk zeggen we dat het in evenwicht is
  • 0:31 - 0:35
    en dit heb je meerdere keren gezien, een proton.
  • 0:35 - 0:37
    En dit is allemaal in een waterige oplossing.
  • 0:37 - 0:39
    En dit is allemaal in een waterige oplossing.
  • 0:39 - 0:42
    Dit zijn een los proton en de geconjugeerde base.
  • 0:42 - 0:44
    Dit zijn het losse proton en de geconjugeerde base.
  • 0:44 - 0:45
    A-.
  • 0:45 - 0:49
    En we konden ook het basische evenwicht schrijven
  • 0:49 - 0:52
    waar we zeggen dat de geconjugeerde base uiteen kan vallen
  • 0:52 - 0:56
    of het kan een waterstof van water pakken en OH maken.
  • 0:56 - 0:57
    En dan hebben we ook meerdere keren gedaan.
  • 0:57 - 1:00
    Maar dat is niet het idee van deze viedo.
  • 1:00 - 1:03
    Dus laten we eens bedenken wat er kan gebeuren
  • 1:03 - 1:07
    als we het evenwicht een beetje opschudden.
  • 1:07 - 1:10
    En je kan je al wel indenken dat ik weer Le Chatelier's principe erbij haal,
  • 1:10 - 1:12
    welke in essentie het volgende zegt:
  • 1:12 - 1:16
    Als je een evenwicht wat opschudt, dan verschuift het om weer opnieuw in evenwicht te komen.
  • 1:16 - 1:19
    Als je een evenwicht wat opschudt, dan verschuift het om weer opnieuw in evenwicht te komen.
  • 1:19 - 1:29
    Dus laten we eens wat stress aan het systeem toevoegen.
  • 1:29 - 1:31
    Ik doe dat in een andere kleur.
  • 1:31 - 1:34
    Ik ga een sterke base toevoegen.
  • 1:34 - 1:36
    Dat is te donker.
  • 1:36 - 1:39
    Ik voeg wat NaOH toe.
  • 1:39 - 1:42
    En we weten dat het een sterke base is als je het in een waterige oplossing doet:
  • 1:42 - 1:45
    Dan valt het natrium er direct af maar het belangrijkste wat er is,
  • 1:45 - 1:48
    Dan valt het natrium er direct af maar het belangrijkste wat er is,
  • 1:48 - 1:51
    is het OH in de oplossing, want die wil waterstof weghalen.
  • 1:51 - 1:55
    Dus als je deze OH toevoegt aan de oplossing, wat gebeurt er dan
  • 1:55 - 1:59
    met elke mol die je toevoegt?
  • 1:59 - 2:03
    Voor elke mol, elk molecuul dat je toevoegt aan de oplossing,
  • 2:03 - 2:06
    zal een waterstofmolecuul opgegeten worden, toch?
  • 2:06 - 2:06
    zal een waterstofmolecuul opgegeten worden, toch?
  • 2:06 - 2:10
    Dus als je bijvoorbeeld 1 mol waterstofmoleculen in je oplossing had
  • 2:10 - 2:15
    en je voegde eraan toe 1 mol natriumhydroxide,
  • 2:15 - 2:18
    dan reageert dit allemaal met elkaar.
  • 2:18 - 2:20
    dan reageert dit allemaal met elkaar.
  • 2:20 - 2:25
    De OH gaat reageren met de H en vormt dan water,
  • 2:25 - 2:27
    en beiden zullen dan gewoon verdwijnen in de oplossing.
  • 2:27 - 2:29
    Zij verdwijnen niet echt maar zijn gewoon omgezet in water.
  • 2:29 - 2:32
    En dus gaat al deze waterstof weg.
  • 2:32 - 2:34
    In ieder geval het waterstof wat in het begin aanwezig was.
  • 2:34 - 2:37
    Deze ene mol waterstof zal verdwijnen.
  • 2:37 - 2:40
    En wat gebeurt er met deze reactie?
  • 2:40 - 2:42
    Nou we weten dat het een evewichtsreactie is.
  • 2:42 - 2:49
    Dus als deze waterstof verdwijnt dan zal, omdat het een evenwichtsreactie is
  • 2:49 - 2:52
    of omdat het een zwakke base is,
  • 2:52 - 2:58
    meer van dit omgezet worden naar deze twee producten
  • 2:58 - 3:01
    om het verlies aan waterstof goed te maken.
  • 3:01 - 3:03
    En hiermee kun je zelfs in de wiskunde spelen.
  • 3:03 - 3:09
    Dus deze waterstof gaat in het begin naar beneden en dan gaat het weer snel richting een evenwicht.
  • 3:09 - 3:11
    Dus deze waterstof gaat in het begin naar beneden en dan gaat het weer snel richting een evenwicht.
  • 3:11 - 3:14
    Maar deze zal naar beneden gaan.
  • 3:14 - 3:16
    Dus gaat deze dan omhoog.
  • 3:16 - 3:18
    En deze zal dan minder snel nar beneden gaan.
  • 3:18 - 3:21
    Want al dat natriumhydroxide wat we hebben toegevoegd heeft al het waterstof opgegeten.
  • 3:21 - 3:22
    Want al dat natriumhydroxide wat we hebben toegevoegd heeft al het waterstof opgegeten.
  • 3:22 - 3:26
    Maar dan heb je dit: je kan het zien als een reservevoorraad waterstof
  • 3:26 - 3:28
    om waterstof te produceren.
  • 3:28 - 3:31
    En als dit dan verdwijnt, dan zal deze zwakke base nog meer uit elkaar vallen.
  • 3:31 - 3:32
    En als dit dan verdwijnt, dan zal deze zwakke base nog meer uit elkaar vallen.
  • 3:32 - 3:36
    Het evenwicht zal deze kant op schuiven.
  • 3:36 - 3:38
    Dus onmiddelijk wordt dit allemaal opgegeten.
  • 3:38 - 3:41
    Maar als het evenwicht die kant op verschuift
  • 3:41 - 3:43
    dan zal veel van het waterstof vervangen worden.
  • 3:43 - 3:47
    Dus als je nadenkt over wat er gebeurt nu ik natriumhydroxide in het water heb gegooid.
  • 3:47 - 3:49
    Dus als je nadenkt over wat er gebeurt nu ik natriumhydroxide in het water heb gegooid.
  • 3:49 - 3:54
    Ik deed zojuist NaOH in de waterige oplossing, gewoon erin gegooid,
  • 3:54 - 3:58
    dat volledig uit elkaar valt in natrium cationen en hydroxide anionen.
  • 3:58 - 4:05
    dat volledig uit elkaar valt in natrium cationen en hydroxide anionen.
  • 4:05 - 4:08
    .
  • 4:08 - 4:11
    Dus plotseling heb een directe verhoging van de hoeveelheid OH
  • 4:11 - 4:15
    door het aantal van van natriumhydroxide dat je toevoegt
  • 4:15 - 4:18
    en je zou dan meteen de pH verhogen, toch?
  • 4:18 - 4:20
    en je zou dan meteen de pH verhogen, toch?
  • 4:20 - 4:20
    Onthoud:
  • 4:20 - 4:26
    Als je de hoeveelheid OH verhoogt, zou je de pOH verlagen, toch?
  • 4:26 - 4:28
    Als je de hoeveelheid OH verhoogt, zou je de pOH verlagen, toch?
  • 4:28 - 4:32
    En dat is logisch omdat het de negatieve log is.
  • 4:32 - 4:35
    Dus als meer OH hebt, verlaag je de pOH en verhoog je de pH.
  • 4:35 - 4:38
    Dus als meer OH hebt, verlaag je de pOH en verhoog je de pH.
  • 4:38 - 4:44
    Denk gewoon: OH, dan maak ik het meer basisch.
  • 4:44 - 4:47
    En een hoge pH betekent ook zeer basisch.
  • 4:47 - 4:49
    Als je een mol van dit hebt, krijg je een pH van 14.
  • 4:49 - 4:52
    En als je een sterk zuur had, niet een sterke base,
  • 4:52 - 4:54
    dan zou je een pH van 0 krijgen.
  • 4:54 - 4:56
    Hopelijk raak je steeds bekender met dat concept, maar als het je in verwarring brengt,
  • 4:56 - 5:00
    Hopelijk raak je steeds bekender met dat concept, maar als het je in verwarring brengt,
  • 5:00 - 5:02
    speel dan gewoon een beetje met de log dan snap je het uiteindelijk wel.
  • 5:02 - 5:06
    Nu even terug naar het onderwerp: oomdat we dit in water hebben gedaan
  • 5:06 - 5:09
    krijg je meteen een enorm hoge pH omdat de OH concentratie gigantisch wordt.
  • 5:09 - 5:11
    krijg je meteen een enorm hoge pH omdat de OH concentratie gigantisch wordt.
  • 5:11 - 5:15
    Maar als je dat hier doet: als je natriumhydroxide in de oplossing doet
  • 5:15 - 5:20
    en deze oplossing bevat een zwak zuur en zijn geconjugeerde base,
  • 5:20 - 5:24
    en deze oplossing bevat een zwak zuur en zijn geconjugeerde base,
  • 5:24 - 5:26
    wat gebeurt er dan?
  • 5:26 - 5:28
    Het reageert natuurlijk meteen met al het waterstof en eet het allemaal op.
  • 5:28 - 5:29
    Het reageert natuurlijk meteen met al het waterstof en eet het allemaal op.
  • 5:29 - 5:32
    En dan heb je deze extra voorraad hier steeds blijft voorzien van meer en meer waterstof.
  • 5:32 - 5:33
    En dan heb je deze extra voorraad hier steeds blijft voorzien van meer en meer waterstof.
  • 5:33 - 5:35
    En die maakt al het verlies weer goed.
  • 5:35 - 5:39
    Dus de stress zal niet zo erg zijn.
  • 5:39 - 5:43
    En hier verhoog je enorm de pH als je het gewoon in water gooit.
  • 5:43 - 5:44
    En hier verhoog je enorm de pH als je het gewoon in water gooit.
  • 5:44 - 5:47
    Maar hier verhoog je de pH veel minder.
  • 5:47 - 5:51
    In volgende video's zullen we zelfs de wiskunde doen achter hoeveel de pH dan verhoogd wordt.
  • 5:51 - 5:53
    In volgende video's zullen we zelfs de wiskunde doen achter hoeveel de pH dan verhoogd wordt.
  • 5:53 - 5:55
    En je kan het zien als dat dit optreedt als een soort schokbreker voor de pH.
  • 5:55 - 5:57
    En je kan het zien als dat dit optreedt als een soort schokbreker voor de pH.
  • 5:57 - 6:00
    Ook al gooide je deze sterke base in de oplossing,
  • 6:00 - 6:04
    het verhoogde de pH niet met wat je verwachtte.
  • 6:04 - 6:05
    het verhoogde de pH niet met wat je verwachtte.
  • 6:05 - 6:06
    En je kunt het ook de andere kant op doen.
  • 6:06 - 6:08
    Als ik dezelfde reactie schrijf als een basische reactie
  • 6:08 - 6:12
    en onthoudt dat het hetzelfde is.
  • 6:12 - 6:16
    Dus als ik dit schrijf als A-, de geconjugeerde base,
  • 6:16 - 6:22
    die is in evenwicht met de geconjugeerde base die iets pakt van het water
  • 6:22 - 6:26
    die is in evenwicht met de geconjugeerde base die iets pakt van het water
  • 6:26 - 6:28
    in de omringende oplossing.
  • 6:28 - 6:29
    Alles waar we mee te maken hebben is in waterige oplossing.
  • 6:29 - 6:30
    Alles waar we mee te maken hebben is in waterige oplossing.
  • 6:30 - 6:33
    En het water, waar het van pakte, wordt natuurlijk niet een OH.
  • 6:33 - 6:34
    En het water, waar het van pakte, wordt natuurlijk niet een OH.
  • 6:34 - 6:37
    Onthoud dat het dezelfde reacties zijn.
  • 6:37 - 6:39
    Hier schrijf ik het als een zure reactie.
  • 6:39 - 6:41
    Hier schrijf ik het als een zure reactie.
  • 6:41 - 6:42
    Maar ze zijn hetzelfde.
  • 6:42 - 6:42
    Nu...
  • 6:42 - 6:46
    Als je een sterk zuur aan de oplossing toe voegt,
  • 6:46 - 6:47
    wat gebeurt er dan?
  • 6:47 - 6:51
    Dus als ik hier wat zoutzuur in gooi.
  • 6:51 - 6:55
    Als ik nu zoutzuur direct in het water gooi zonder de oplossing, zou het volledig uit elkaar vallen
  • 6:55 - 6:58
    Als ik nu zoutzuur direct in het water gooi zonder de oplossing, zou het volledig uit elkaar vallen
  • 6:58 - 7:02
    In een aantal waterstoffen en een aantal chloor anionen.
  • 7:02 - 7:05
    In een aantal waterstoffen en een aantal chloor anionen.
  • 7:05 - 7:07
    En dat zou het meteen heel zuur maken.
  • 7:07 - 7:09
    Je zou een hele lage pH krijgen.
  • 7:09 - 7:13
    Als je een mol van dit, een concentratie van 1 molair,
  • 7:13 - 7:15
    dan zou de pH 0 worden.
  • 7:15 - 7:19
    Maar wat gebeurt er als je zoutzuur in deze oplossing gooit?
  • 7:19 - 7:20
    Maar wat gebeurt er als je zoutzuur in deze oplossing gooit?
  • 7:20 - 7:23
    Dez oplossing met de zwakke base en het geconjugeerde zwakke zuur?
  • 7:23 - 7:25
    Dez oplossing met de zwakke base en het geconjugeerde zwakke zuur?
  • 7:25 - 7:29
    Nou, al deze waterstofprotonen vallen af van het zoutzuur
  • 7:29 - 7:32
    en zij zullen reageren met de OH die je in de oplossing hebt.
  • 7:32 - 7:33
    en zij zullen reageren met de OH die je in de oplossing hebt.
  • 7:33 - 7:36
    En die strepen gewoon tegen elkaar weg.
  • 7:36 - 7:38
    Zij gaan gewoon samen en vormen dan water
  • 7:38 - 7:40
    en worden onderdeel van de waterige oplossing.
  • 7:40 - 7:44
    Dus in het begin gaat de concentratie OH naar beneden
  • 7:44 - 7:47
    maar dan heb je hier de reserve van de zwakke base.
  • 7:47 - 7:50
    En dat vertelt Le Chatelier's principe ons.
  • 7:50 - 7:53
    We hebben de stressfactor die onze OH concentratie verlaagt
  • 7:53 - 7:58
    en dan verschuift de reactie in de richting waarmee de stress weggaat.
  • 7:58 - 8:00
    en dan verschuift de reactie in de richting waarmee de stress weggaat.
  • 8:00 - 8:03
    Dus de reactie gaat die kant op.
  • 8:03 - 8:06
    Dus je zal meer van onze zwakke base hebben dat omgezet wordt in een zwak zuur en OH produceert.
  • 8:06 - 8:08
    Dus je zal meer van onze zwakke base hebben dat omgezet wordt in een zwak zuur en OH produceert.
  • 8:08 - 8:13
    Dus de pH zal niet zoveel dalen als dat je verwacht
  • 8:13 - 8:14
    als wanneer je dit gewoon in water gooit.
  • 8:14 - 8:17
    Dit zal de pH verlagen, maar dan heb je meer OH
  • 8:17 - 8:20
    dat geproduceerd kan worden omdat deze steeds meer en meer waterstof van het water pakt.
  • 8:20 - 8:21
    dat geproduceerd kan worden omdat deze steeds meer en meer waterstof van het water pakt.
  • 8:21 - 8:24
    Dus je kan het zien als een soort kussen of springveer
  • 8:24 - 8:30
    in termen van wat een sterk zuur of base kan doen in de oplossing.
  • 8:30 - 8:32
    in termen van wat een sterk zuur of base kan doen in de oplossing.
  • 8:32 - 8:33
    En dat is waarom het een buffer genoemd wordt.
  • 8:33 - 8:39
    Een buffer.
  • 8:39 - 8:42
    Omdat het als een kussen het zuur opvangt.
  • 8:42 - 8:46
    Als je een sterke base aan water toevoegt, verhoog je direct de pH.
  • 8:46 - 8:47
    Als je een sterke base aan water toevoegt, verhoog je direct de pH.
  • 8:47 - 8:49
    Of je verlaagt de zuurgraad enorm.
  • 8:49 - 8:53
    Maar als je een sterke base aan een buffer toevoegt, dan zul je, volgens Le Chatelier's principe,
  • 8:53 - 8:55
    Maar als je een sterke base aan een buffer toevoegt, dan zul je, volgens Le Chatelier's principe,
  • 8:55 - 8:56
    de pH niet zoveel veranderen.
  • 8:56 - 8:57
    Hier geldt hetzelfde:
  • 8:57 - 9:01
    Als je een sterk zuur aan diezelfde buffer toevoegt, dan zal de pH niet zoveel veranderen als je verwacht
  • 9:01 - 9:04
    Als je een sterk zuur aan diezelfde buffer toevoegt, dan zal de pH niet zoveel veranderen als je verwacht
  • 9:04 - 9:07
    dan wanneer je het zuur in water gooit
  • 9:07 - 9:11
    omdat een evenwichtsreactie altijd de hoeveelheid OH kan bijvullen
  • 9:11 - 9:14
    van wat hij verloren is door het zuur, of het kan de hoeveelheid waterstof bijvullen
  • 9:14 - 9:18
    die het kwijt is geraakt door de toevoeging van de base.
  • 9:18 - 9:19
    En dat is waarom het een buffer wordt genoemd.
  • 9:19 - 9:20
    Het werkt als een soort kussen.
  • 9:20 - 9:23
    Dus het geeft stabiliteit aan de pH van de oplossing.
  • 9:23 - 9:28
    Dus het geeft stabiliteit aan de pH van de oplossing.
  • 9:28 - 9:33
    De definitie van ee buffer is eigenlijk dus een oplossing van een zwak zuur
  • 9:33 - 9:36
    in evenwicht met zijn geconjugeerde zwakke base.
  • 9:36 - 9:38
    Dat is een buffer en zo wordt het genoemd omdat het dient als een soort kussen voor de pH.
  • 9:38 - 9:41
    Dat is een buffer en zo wordt het genoemd omdat het dient als een soort kussen voor de pH.
  • 9:41 - 9:45
    Het is een soort stress absorbeerder of een schokbreker voor de zuurgraad van de oplossing.
  • 9:45 - 9:48
    Het is een soort stress absorbeerder of een schokbreker voor de zuurgraad van de oplossing.
  • 9:48 - 9:51
    Nu we dit weten, laten we eens de wiskunde gaan verkennen van een buffer,
  • 9:51 - 9:55
    welke eigenlijk hetzelfde is als dat van een zwak zuur.
  • 9:55 - 10:01
    Dus als we de vergelijking weer herschrijven, dus HA is in evenwicht.
  • 10:01 - 10:03
    Dus als we de vergelijking weer herschrijven, dus HA is in evenwicht.
  • 10:03 - 10:05
    Alles is in waterige oplossing.
  • 10:05 - 10:11
    Met waterstof en zijn geconjugeerde base.
  • 10:11 - 10:15
    We weten dat hier een evenwichtsconstante voor bestaat.
  • 10:15 - 10:18
    Daar hebben we vele video's over gepraat.
  • 10:18 - 10:21
    De evenwichtsconstante hier is gelijk aan de concentratie van onze waterstofprotonen
  • 10:21 - 10:26
    keer de concentratie van zijn geconjugeerde base.
  • 10:26 - 10:28
    keer de concentratie van zijn geconjugeerde base.
  • 10:28 - 10:30
    En als ik concentratie zeg, dan bedoel ik de molariteit.
  • 10:30 - 10:33
    Mol per liter gedeeld door de concentratie van ons zwakke zuur.
  • 10:33 - 10:36
    Mol per liter dus. Gedeeld door de concentratie van ons zwakke zuur.
  • 10:36 - 10:37
    Nu kunnen we de log of negatieve log nemen.
  • 10:37 - 10:41
    Nu kunnen we de log of negatieve log nemen.
  • 10:41 - 10:45
    Maar laten we hem oplossen voor de waterstofconcentratie.
  • 10:45 - 10:47
    Want wat ik hier wil doen is een formule bedenken
  • 10:47 - 10:50
    en die noemen we dan de Henderson-Hasselbalch Formule,
  • 10:50 - 10:53
    waarvan veel boeken eisen dat je die onthoudt, maar waarvan ik denk dat het niet hoeft.
  • 10:53 - 10:53
    waarvan veel boeken eisen dat je die onthoudt, maar waarvan ik denk dat het niet hoeft.
  • 10:53 - 10:55
    Ik vind dat je altijd vanuit soort simpele aannames naar het antwoord toe moet werken.
  • 10:55 - 10:58
    Ik vind dat je altijd vanuit soort simpele aannames naar het antwoord toe moet werken.
  • 10:58 - 11:00
    Maar laten we het oplossen voor waterstof zodat we een relatie kunnen vinden
  • 11:00 - 11:03
    tussen de pH en al die andere dingen die in de formule staan.
  • 11:03 - 11:03
    tussen de pH en al die andere dingen die in de formule staan.
  • 11:03 - 11:07
    Dus ik wil het oplossen voor waterstof, dan kunnen we beide kanten vermenigvuldigen
  • 11:07 - 11:11
    met het omgekeerde van dit hier.
  • 11:11 - 11:16
    En dan krijg je de waterstofconcentratie.
  • 11:16 - 11:20
    Dus ik vermenigvuldig beide kanten met het omgekeerde van dat.
  • 11:20 - 11:21
    Dus ik vermenigvuldig beide kanten met het omgekeerde van dat.
  • 11:21 - 11:26
    Dus keer de concentratie van ons zwakke zuur gedeeld door
  • 11:26 - 11:32
    de concentratie van onze zwakke base is gelijk aan onze concentratie van waterstof.
  • 11:32 - 11:35
    de concentratie van onze zwakke base is gelijk aan onze concentratie van waterstof.
  • 11:35 - 11:37
    Prima.
  • 11:37 - 11:37
    Laten we nu dan de negatieve log van beide kanten nemen.
  • 11:37 - 11:40
    Laten we nu dan de negatieve log van beide kanten nemen.
  • 11:40 - 11:51
    Dus de negatieve log van dat allemaal, van zuur evenwichtsconstant,
  • 11:51 - 12:02
    keer HA, ons zwakke zuur, gedeeld door onze zwakke base,
  • 12:02 - 12:08
    is gelijk aan de negatieve log van onze waterstofconcentratie.
  • 12:08 - 12:08
    is gelijk aan de negatieve log van onze waterstofconcentratie.
  • 12:08 - 12:11
    Wat gewoon onze pH is, toch?
  • 12:11 - 12:14
    De definitie van de pH is de negatieve log van de waterstofconcentratie.
  • 12:14 - 12:16
    De definitie van de pH is de negatieve log van de waterstofconcentratie.
  • 12:16 - 12:18
    Ik schrijf de 'p' en de 'H' in verschillende kleuren.
  • 12:18 - 12:21
    Je weet dat de p gewoon de negatieve log betekent.
  • 12:21 - 12:22
    De negatieve log.
  • 12:22 - 12:23
    Dat is alles.
  • 12:23 - 12:24
    Met grondtal 10.
  • 12:24 - 12:26
    Even kijken of we dit nog simpeler kunnen maken.
  • 12:26 - 12:30
    Halen we de logaritmische eigenschappen weer erbij.
  • 12:30 - 12:34
    We weten dat als je de log ergens van neemt
  • 12:34 - 12:36
    en je het vermenigvuldigt, dat hetzelfde is als de log van de ene plus de log van de ander.
  • 12:36 - 12:38
    en je het vermenigvuldigt, dat hetzelfde is als de log van de ene plus de log van de ander.
  • 12:38 - 12:49
    Dus dit kan simpeler gemaakt worden tot de negatieve log van onze Ka
  • 12:49 - 12:57
    min de log van de concentratie van ons zwakke zuur gedeeld door
  • 12:57 - 13:00
    de concentratie van zijn geconjugeerde base.
  • 13:00 - 13:04
    Dat is gelijk aan de pH.
  • 13:04 - 13:09
    Dit is gewoon de pKa van ons zwakke zuur, wat de negatieve log is van de evenwichtsconstante.
  • 13:09 - 13:13
    Dit is gewoon de pKa van ons zwakke zuur, wat de negatieve log is van de evenwichtsconstante.
  • 13:13 - 13:15
    Dus dit is gewoon de pKa.
  • 13:15 - 13:19
    En de negatieve log van HA gedeeld door A.
  • 13:19 - 13:22
    Wat we kunen doen is van dit gewoon een plus maken en dan dit tot de macht min 1 doen.
  • 13:22 - 13:24
    Wat we kunen doen is van dit gewoon een plus maken en dan dit tot de macht min 1 doen.
  • 13:24 - 13:24
    Toch?
  • 13:24 - 13:27
    Dat is nog een eigenschap van de logaritme en dat kan je terugkijken als je in de war bent.
  • 13:27 - 13:29
    Dat is nog een eigenschap van de logaritme en dat kan je terugkijken als je in de war bent.
  • 13:29 - 13:31
    En dit tot de macht min 1 betekent gewoon dat je het om moet keren.
  • 13:31 - 13:36
    Dus kunnen we zeggen: plus de logaritme van de concentratie van de geconjugeerde base
  • 13:36 - 13:41
    gedeeld door de concentratie van het zwakke zuur
  • 13:41 - 13:43
    is gelijk aan de pH.
  • 13:43 - 13:45
    En dit hier wordt de Henderson-Hasselbalch Vergelijking genoemd.
  • 13:45 - 13:49
    En dit hier wordt de Henderson-Hasselbalch Vergelijking genoemd.
  • 13:49 - 13:52
    En ik moedig je echt aan dit niet te onthouden.
  • 13:52 - 13:56
    Want als je dat probeert binnen een paar uur,
  • 13:56 - 13:57
    dan vergeet je weer of het nu een plus of een min was hier.
  • 13:57 - 13:59
    dan vergeet je weer of het nu een plus of een min was hier.
  • 13:59 - 14:01
    Je zult dit vergeten en je zult vergeten dat je hier de A- zet of de HA in de noemer of de teller,
  • 14:01 - 14:04
    Je zult dit vergeten en je zult vergeten dat je hier de A- zet of de HA in de noemer of de teller,
  • 14:04 - 14:06
    en als je dat vergeet, kan dat fataal zijn.
  • 14:06 - 14:08
    Het beste om te doen is gewoon beginnen vanuit de eerste aannames.
  • 14:08 - 14:09
    Het beste om te doen is gewoon beginnen vanuit de eerste aannames.
  • 14:09 - 14:10
    En geloof me:
  • 14:10 - 14:12
    Het kostte mij een paar minuten om dit te doen, maar als het het snel op papier doet
  • 14:12 - 14:14
    en niet zo uitgebreid als ik het deed,
  • 14:14 - 14:17
    dan kost het bijna geen tijd om tot je vergelijking te komen.
  • 14:17 - 14:18
    dan kost het bijna geen tijd om tot je vergelijking te komen.
  • 14:18 - 14:21
    Dit is veel beter dan het te onthouden en dit vergeet je nooit meer.
  • 14:21 - 14:23
    Dit is veel beter dan het te onthouden en dit vergeet je nooit meer.
  • 14:23 - 14:25
    Maar waarom is dit nu nuttig?
  • 14:25 - 14:30
    Nou, het verbindt direct de pH aan onze pKa en dit is constant voor een evenwicht, toch?
  • 14:30 - 14:32
    Nou, het verbindt direct de pH aan onze pKa en dit is constant voor een evenwicht, toch?
  • 14:32 - 14:36
    Plus de log van de verhouding tussen het zuur en de geconjugeerde base.
  • 14:36 - 14:37
    Plus de log van de verhouding tussen het zuur en de geconjugeerde base.
  • 14:37 - 14:42
    Dus hoe meer geconjugeerde base ik heb, des te minder zuur heb ik
  • 14:42 - 14:45
    en des te hoger zal mijn pH worden.
  • 14:45 - 14:45
    Toch?
  • 14:45 - 14:48
    Als dit omhoog gaat en deze naar beneden,
  • 14:48 - 14:49
    dan zal mijn pH omhoog gaan.
  • 14:49 - 14:50
    Wat logisch is omdat ik meer base in de oplossing heb.
  • 14:50 - 14:51
    Wat logisch is omdat ik meer base in de oplossing heb.
  • 14:51 - 14:55
    En als ik het omgekeerde heb, zou die ook kunnen dalen.
Title:
Buffers and Hendersen-Hasselbalch
Description:

more » « less
Video Language:
English
Team:
Khan Academy
Duration:
14:55

Dutch subtitles

Incomplete

Revisions