-
.
-
Tel op en schrijf deze som op als een gemengde breuk.
-
Dus we hebben twee gemengde breuken hier.
-
We hebben een heel getal en een breuk.
-
Deze moeten we optellen.
-
Er zijn twee manieren waarop je dit kunt doen.
-
Je kunt ze allebei omzetten in onechte breuken
-
dan optellen, en weer terug omzetten
-
in een gemengde breuk.
-
Of kun je hier gewoon naar kijken en zeggen, weet je wat?
-
17 en 2/9 is precies hetzelfde als 17 plus 2/9, dus
-
dan is 5 en 1/9 precies hetzelfde als 5 plus 1/9, dus 17 2/9
-
plus 5 en 1/9 is hetzelfde als 17 plus
-
2/9 plus 5 plus 1/9.
-
Deze twee verklaringen zijn compleet gelijkwaardig.
-
En we weten dat wanneer je een aantal
-
getallen optelt, het niet uitmaakt in welke volgorde je dit doet, dus
-
je kunt de volgorde net zo goed veranderen.
-
Dus je zou kunnen zeggen dat dit hetzelfde is als 17 plus 5
-
plus 2/9 plus 1/9.
-
plus 2/9 plus 1/9.
-
En dit kunnen we in iedere volgorde doen.
-
En we weten wat 17 plus 5 is.
-
Dat hebben we eerder gedaan.
-
17 plus 5 is 22, dus dat gedeelte hier is 22.
-
Dus als we 22 hebben plus - nu, wat is 2/9 plus 1/9?
-
Nu, ze hebben dezelfde noemer, dus het gaat om de 9
-
en dan tel je de tellers op.
-
2 plus 1 is 3.
-
Dus het is 22 plus 3/9, maar dat kunnen we nog vereenvoudigen.
-
Zowel de teller als de noemer zijn
-
deelbaar door 3.
-
Deel de teller door 3, dan krijg je 1.
-
Deel de noemer door 3, dan krijg je 3.
-
Dus dit is 22 plus 1/3, wat precies hetzelfde is als 22
-
en - laat me dat in de kleur blauw schrijven - dat is
-
exact hetzelfde als 22 en 1/3
-
.
