< Return to Video

Hoe voelt het om een robot te zijn?

  • 0:01 - 0:03
    Je krijgt maar één kans
    om een eerste indruk te maken
  • 0:03 - 0:07
    en dat geldt evenzeer
    voor robots als voor mensen.
  • 0:07 - 0:10
    De eerste keer dat ik
    een robot ontmoette,
  • 0:10 - 0:13
    was op een plek die
    Willow Garage heette, in 2008.
  • 0:13 - 0:16
    Toen ik er op bezoek ging,
    leidde mijn gastheer me naar binnen
  • 0:16 - 0:17
    en kwamen we deze jongen tegen.
  • 0:17 - 0:19
    Hij reed de gang in,
  • 0:19 - 0:21
    kwam naar me toe, zat daar,
  • 0:21 - 0:23
    keek wezenloos langs me heen,
  • 0:23 - 0:25
    deed niets gedurende een tijd,
  • 0:25 - 0:28
    draaide zijn hoofd snel 180 graden om
    en liep vervolgens weg.
  • 0:28 - 0:30
    Dat was geen goede eerste indruk.
  • 0:30 - 0:33
    Wat ik die dag over robots geleerd heb,
  • 0:33 - 0:35
    is dat ze hun eigen ding doen
  • 0:35 - 0:37
    en zich niet geheel
    bewust zijn van ons.
  • 0:37 - 0:40
    Ik denk dat door te experimenteren
    met mogelijke toekomstige robots,
  • 0:40 - 0:43
    we eigenlijk veel meer over onszelf leren
  • 0:43 - 0:45
    en niet enkel over deze machines.
  • 0:45 - 0:46
    Wat ik die dag geleerd heb,
  • 0:46 - 0:49
    is dat ik vrij veel verwachtte
    van deze kleine jongen.
  • 0:49 - 0:53
    Hij moest niet alleen
    de fysieke wereld kunnen navigeren,
  • 0:53 - 0:55
    maar ook mijn sociale wereld --
  • 0:55 - 0:57
    het is een persoonlijke robot.
  • 0:58 - 1:00
    Waarom begreep hij me niet?
  • 1:00 - 1:01
    Mijn gastheer vertelde me:
  • 1:01 - 1:04
    "Wel, de robot probeert
    om van punt A naar punt B te raken
  • 1:04 - 1:06
    en jij was een obstakel op zijn weg,
  • 1:06 - 1:08
    dus moest hij zijn route opnieuw plannen,
  • 1:08 - 1:09
    uitzoeken waarheen te gaan
  • 1:09 - 1:11
    en er via een andere weg raken."
  • 1:11 - 1:13
    Eigenlijk was dat niet efficiënt.
  • 1:13 - 1:17
    Als deze robot begrepen had
    dat ik een persoon was, geen stoel,
  • 1:17 - 1:20
    en dat ik bereid was uit de weg te gaan
    als hij ergens naartoe moest,
  • 1:20 - 1:24
    dan zou hij eigenlijk zijn taak
    efficiënter hebben kunnen volbrengen
  • 1:24 - 1:26
    als hij opgemerkt had dat ik een mens was
  • 1:26 - 1:30
    en dat ik dus flexibeler ben
    dan dingen zoals stoelen of muren.
  • 1:30 - 1:33
    We hebben de neiging om robots
    te zien als wezens uit de ruimte
  • 1:33 - 1:35
    en uit de toekomst en uit science fiction,
  • 1:35 - 1:36
    en hoewel dat waar kan zijn,
  • 1:36 - 1:39
    zou ik graag argumenteren
    dat robots hier zijn, vandaag,
  • 1:39 - 1:42
    en dat ze op dit moment
    leven en werken onder ons.
  • 1:42 - 1:45
    Deze twee robots wonen in mijn huis.
  • 1:45 - 1:47
    Ze stofzuigen en maaien het gras,
  • 1:48 - 1:49
    elke dag,
  • 1:49 - 1:52
    wat meer is dan ik zou doen
    als ik al tijd had om klusjes te doen,
  • 1:52 - 1:54
    en ze doen het waarschijnlijk
    ook nog eens beter.
  • 1:54 - 1:57
    Deze verzorgt mijn kat.
  • 1:57 - 1:59
    Elke keer dat hij in de bak gaat,
    maakt hij die schoon,
  • 1:59 - 2:01
    wat ik niet bereid ben om te doen,
  • 2:01 - 2:04
    en zo maakt hij zowel
    zijn leven als het mijne beter.
  • 2:04 - 2:07
    Hoewel we deze dingen 'robots' noemen -
  • 2:07 - 2:09
    een robotstofzuiger, een robotmaaier,
  • 2:09 - 2:11
    een kattenbakrobot -
  • 2:11 - 2:15
    denk ik dat er heel wat andere robots
    zich ongemerkt voor onze neus bevinden
  • 2:15 - 2:18
    die zo verdomd nuttig
    en alledaags geworden zijn
  • 2:18 - 2:21
    dat we ze bijvoorbeeld
    'afwasmachine' noemen.
  • 2:21 - 2:22
    Ze krijgen nieuwe namen.
  • 2:22 - 2:23
    We noemen ze geen robots meer
  • 2:23 - 2:26
    omdat ze effectief een doel
    in onze levens hebben.
  • 2:26 - 2:28
    Neem ook een thermostaat.
  • 2:28 - 2:30
    Ik weet dat mijn robotica-vrienden
  • 2:30 - 2:32
    erom moeten huiveren
    dat ik dit een robot noem,
  • 2:32 - 2:33
    maar hij heeft een doel.
  • 2:33 - 2:36
    Zijn doel is om mijn huis
    tot 19 graden Celsius op te warmen.
  • 2:36 - 2:37
    Hij voelt de wereld aan.
  • 2:38 - 2:39
    Hij weet dat het wat koud is,
  • 2:39 - 2:42
    maakt een plan en beïnvloedt
    dan de fysieke wereld.
  • 2:42 - 2:43
    Het is robotica.
  • 2:43 - 2:45
    Hij ziet er misschien niet uit
    als Rosie de Robot,
  • 2:45 - 2:49
    maar hij doet iets
    heel nuttigs in mijn leven,
  • 2:49 - 2:52
    zodat ik niet zelf de temperatuur
    hoger of lager hoef te zetten.
  • 2:53 - 2:56
    Deze systemen leven en werken
    te midden van ons op dit moment
  • 2:56 - 2:59
    en niet alleen leven
    deze systemen onder ons,
  • 2:59 - 3:01
    maar jij bent waarschijnlijk
    ook een robotbestuurder.
  • 3:01 - 3:03
    Als je met de auto rijdt,
  • 3:03 - 3:05
    lijkt het alsof je een machine bestuurt.
  • 3:05 - 3:08
    Je gaat van punt A naar punt B,
  • 3:08 - 3:10
    maar je auto heeft mogelijk
    stuurbekrachtiging.
  • 3:10 - 3:13
    Het heeft waarschijnlijk
    een automatisch remsysteem,
  • 3:13 - 3:17
    een automatische versnellingsbak
    en misschien zelfs cruise control.
  • 3:17 - 3:19
    En hoewel het misschien
    geen volledig autonome auto is,
  • 3:20 - 3:21
    heeft het autonome delen
  • 3:21 - 3:24
    die heel nuttig zijn
    en ons veiliger laten rijden
  • 3:24 - 3:28
    en waarvan we het gevoel hebben
    dat ze onzichtbaar in gebruik zijn, neen?
  • 3:28 - 3:29
    Dus wanneer je met de auto rijdt,
  • 3:29 - 3:32
    moet je het gevoel hebben
    dat je van hier naar daar gaat.
  • 3:32 - 3:35
    Het voelt niet aan als een groot ding
    dat je moet bedienen
  • 3:35 - 3:37
    met allerlei bedieningselementen,
  • 3:37 - 3:40
    omdat we zo lang hebben leren rijden
  • 3:40 - 3:42
    dat het een verlenging
    van onszelf geworden is.
  • 3:42 - 3:45
    Wanneer je de auto parkeert
    in die krappe garageplaats,
  • 3:45 - 3:46
    weet je waar je hoeken zijn.
  • 3:46 - 3:50
    En wanneer je in een huurauto rijdt
    die je niet eerder hebt gereden,
  • 3:50 - 3:53
    duurt het even om gewend te raken
    aan je nieuwe robotlichaam.
  • 3:53 - 3:57
    Dit geldt ook voor mensen
    die andere soorten robots besturen,
  • 3:57 - 4:00
    dus zou ik hierover graag
    enkele verhalen vertellen.
  • 4:00 - 4:03
    Omgaan met het probleem
    van telesamenwerking.
  • 4:03 - 4:05
    In Willow Garage had ik
    een collega die Dallas heette.
  • 4:05 - 4:07
    Dallas zag er zo uit.
  • 4:07 - 4:11
    Hij werkte vanuit zijn huis in Indiana
    voor ons bedrijf in Californië.
  • 4:11 - 4:14
    Hij was een stem in een doos op tafel
    tijdens onze meetings,
  • 4:14 - 4:16
    en dat gaf meestal niet,
  • 4:16 - 4:19
    maar wanneer we een verhit debat hadden
    en we waren het niet eens
  • 4:19 - 4:21
    dan hingen we weleens op.
  • 4:21 - 4:22
    (Gelach)
  • 4:22 - 4:24
    Dan hadden we een meeting na die meeting
  • 4:24 - 4:28
    en namen we de beslissingen pas achteraf
    wanneer hij er niet meer was.
  • 4:28 - 4:29
    Dat was niet zo goed voor hem.
  • 4:29 - 4:33
    En als roboticabedrijf hadden we in Widow
    wat extra robotlichaamsdelen liggen,
  • 4:33 - 4:36
    dus maakten Dallas
    en zijn vriend Curt dit ding,
  • 4:36 - 4:40
    dat er een beetje uitziet
    als Skype op een stok op wielen.
  • 4:40 - 4:41
    Het lijkt een 'techy', dom speeltje,
  • 4:41 - 4:44
    maar het is waarschijnlijk
    een van de krachtigste middelen
  • 4:44 - 4:47
    die ik ooit heb zien maken
    voor telesamenwerking.
  • 4:47 - 4:51
    Als ik nu niet antwoordde
    op de e-mailvraag van Dallas,
  • 4:51 - 4:53
    kon hij mijn bureau
    letterlijk binnenrollen,
  • 4:53 - 4:55
    de ingang blokkeren
    en de vraag opnieuw stellen -
  • 4:56 - 4:57
    (Gelach)
  • 4:57 - 4:58
    tot ik antwoord gaf.
  • 4:58 - 5:00
    En ik ga hem niet afzetten, toch?
    Dat is onbeleefd.
  • 5:00 - 5:03
    Niet alleen was het goed
    voor één-op-ééncommunicatie,
  • 5:03 - 5:06
    maar ook om aanwezig te zijn
    bij de voltallige vergaderingen.
  • 5:06 - 5:08
    Op die stoel gaan zitten

  • 5:08 - 5:11
    en mensen tonen dat je aanwezig bent
    en toegewijd aan je project
  • 5:11 - 5:13
    is belangrijk
  • 5:13 - 5:15
    en kan telesamenwerking enorm helpen.
  • 5:15 - 5:18
    We zagen dit over een periode
    van maanden en daarna jaren,
  • 5:18 - 5:20
    niet enkel in ons bedrijf,
    maar ook in andere.
  • 5:21 - 5:23
    Het beste dat kan gebeuren
    met deze systemen
  • 5:23 - 5:25
    is dat het begint te voelen
    alsof je daar bent.
  • 5:25 - 5:27
    Jij bent het, het is jouw lichaam,
  • 5:27 - 5:30
    en mensen beginnen deze dingen
    zelfs persoonlijke ruimte te geven.
  • 5:30 - 5:32
    Wanneer je een rechtstaande meeting hebt,
  • 5:32 - 5:33
    zullen mensen rondom staan
  • 5:33 - 5:36
    net zoals ze zouden doen
    als je echt daar was.
  • 5:36 - 5:38
    Dat is goed tot er storingen zijn
    en dan niet meer.
  • 5:38 - 5:41
    Dus als mensen robots voor het eerst zien,
  • 5:41 - 5:44
    zeggen ze: "Wow, waar zijn de componenten?
    Er moet daar een camera zijn."
  • 5:44 - 5:45
    En ze porren je gezicht.
  • 5:45 - 5:48
    "Je praat te zacht,
    ik ga je volume hoger zetten."
  • 5:48 - 5:50
    Dat is alsof een collega
    naar je toe komt en zegt:
  • 5:50 - 5:53
    "Je praat te zacht,
    ik ga je gezicht hoger zetten."
  • 5:53 - 5:56
    Dat is gênant en niet oké
  • 5:56 - 5:58
    en dus moeten we
    nieuwe sociale normen creëren
  • 5:58 - 6:01
    omtrent het gebruik van deze systemen.
  • 6:01 - 6:04
    Evenzo, naarmate het begint
    aan te voelen als je lichaam,
  • 6:04 - 6:08
    begin je dingen op te merken
    zoals "Oh, mijn robot is vrij klein."
  • 6:08 - 6:10
    Dallas zei dingen tegen me -
    hij was één meter tachtig -
  • 6:10 - 6:13
    en we namen hem als robot mee
    naar feestjes en dat soort dingen,
  • 6:13 - 6:15
    zoals dat gaat.
  • 6:15 - 6:18
    De robot was ongeveer één meter vijftig,
    ongeveer even groot als ik.
  • 6:18 - 6:20
    Hij vertelde me:
  • 6:20 - 6:22
    "Weet je, mensen kijken
    niet echt naar mij.
  • 6:22 - 6:25
    Ik heb gevoel alsof ik kijk
    naar een zee van schouders.
  • 6:25 - 6:27
    We hebben een grotere robot nodig."
  • 6:27 - 6:28
    En ik vertelde hem:
  • 6:28 - 6:30
    "Euh, neen.
  • 6:30 - 6:32
    Jij mag vandaag in mijn schoenen staan.
  • 6:32 - 6:35
    Je mag eens zien hoe het is
    aan het kortere eind van het spectrum."
  • 6:35 - 6:38
    En hij begon eigenlijk heel wat empathie
    te voelen voor deze ervaring,
  • 6:38 - 6:39
    wat best geweldig was.
  • 6:39 - 6:41
    Wanneer hij in persoon langskwam,
  • 6:41 - 6:43
    stond hij niet langer
    over me heen als hij praatte.
  • 6:43 - 6:46
    Hij zat neer en sprak
    met me op ooghoogte,
  • 6:46 - 6:48
    wat heel mooi was.
  • 6:48 - 6:51
    Dus besloten we om
    in het laboratorium te bekijken
  • 6:51 - 6:54
    welke andere verschillen
    zaken zoals robotgrootte uitmaken.
  • 6:54 - 6:57
    De helft van onze onderzoeksgroep
    kreeg een kleinere robot,
  • 6:57 - 6:59
    de andere helft kreeg een grotere robot
  • 6:59 - 7:01
    en we vonden dat de exact zelfde persoon
  • 7:01 - 7:05
    met exact hetzelfde lichaam
    die exact hetzelfde zegt als iemand anders
  • 7:05 - 7:07
    overtuigender is en als
    geloofwaardiger gezien wordt
  • 7:07 - 7:10
    als hij een grotere robot heeft.
  • 7:10 - 7:13
    Rationeel gezien slaat het op niets,
    maar daarom studeren we psychologie.
  • 7:13 - 7:15
    Cliff Nass zou hiervan zeggen
  • 7:15 - 7:19
    dat we het beste moeten maken
    van deze nieuwe technologieën
  • 7:19 - 7:22
    ook al hebben we nog zulke oude breinen.
  • 7:22 - 7:25
    Menselijke psychologie verandert
    niet zo snel als technologie
  • 7:25 - 7:27
    en dus lopen we altijd achter
  • 7:27 - 7:30
    en proberen we de wereld te begrijpen
    waar deze autonome dingen rondlopen.
  • 7:30 - 7:33
    Normaal zijn pratende dingen mensen,
    geen machines, toch?
  • 7:33 - 7:38
    Dus geven we veel betekenis aan zaken
    zoals de grootte van een machine,
  • 7:38 - 7:39
    niet van een persoon,
  • 7:39 - 7:42
    en schrijven dat toe aan de gebruiker.
  • 7:43 - 7:47
    Dit is, denk ik, heel belangrijk
    wanneer je nadenkt over robotica.
  • 7:47 - 7:49
    Het is niet zozeer mensen heruitvinden,
  • 7:49 - 7:52
    maar uitzoeken hoe we
    onszelf verruimen, niet?
  • 7:52 - 7:55
    En zo gebruiken we dingen
    op enigszins verrassende manieren.
  • 7:55 - 8:00
    Deze mensen kunnen geen pool spelen,
    omdat de robots geen armen hebben,
  • 8:00 - 8:02
    maar ze kunnen de spelers wel afleiden
  • 8:02 - 8:05
    en dat kan belangrijk zijn
    om een band te scheppen,
  • 8:05 - 8:07
    wat best cool is.
  • 8:07 - 8:09
    Mensen die deze systemen
    heel goed kunnen besturen,
  • 8:09 - 8:11
    zullen zelfs nieuwe spelletjes bedenken,
  • 8:11 - 8:13
    zoals robotvoetbal
    in het midden van de nacht
  • 8:13 - 8:15
    door vuilbakken rond te duwen.
  • 8:15 - 8:16
    Maar niet iedereen is er goed in.
  • 8:16 - 8:19
    Heel wat mensen hebben moeite
    met de besturing.
  • 8:19 - 8:21
    Dit is een man die in een robot inlogde
  • 8:21 - 8:23
    waarvan de oogbal
    90° naar links gedraaid was.
  • 8:23 - 8:26
    Hij wist dat niet en botste dus
    tegen alles in het kantoor aan,
  • 8:26 - 8:29
    liep tegen bureaus aan,
    voelde zich belachelijk
  • 8:29 - 8:31
    en lachte ermee -
    zijn volume stond veel te hoog.
  • 8:31 - 8:34
    En deze man op de foto vertelt me:
  • 8:34 - 8:36
    "We hebben een robotdempknop nodig."
  • 8:36 - 8:40
    Daarmee bedoelde hij
    dat het niet zo storend mag zijn.
  • 8:40 - 8:41
    Dus als roboticabedrijf
  • 8:42 - 8:44
    voegden we obstakelvermijding
    aan het systeem toe.
  • 8:44 - 8:47
    Het had een laser met een radius
    die de obstakels kon zien
  • 8:47 - 8:50
    en als ik als robotbestuurder
    wil zeggen: "Bots tegen een stoel",
  • 8:50 - 8:53
    dan zou hij dit niet doen,
    maar eromheen gaan,
  • 8:53 - 8:55
    wat een goed idee lijkt.
  • 8:55 - 8:58
    Mensen raakten minder obstakels
    met dat systeem, natuurlijk,
  • 8:58 - 9:00
    maar voor sommige mensen
  • 9:00 - 9:03
    duurde het veel langer
    om door ons parcours te raken
  • 9:03 - 9:04
    en we wilden weten waarom.
  • 9:05 - 9:08
    Het blijkt dat er een belangrijke
    menselijke dimensie is,
  • 9:08 - 9:10
    een karakterdimensie:
    beheersingsoriëntatie,
  • 9:10 - 9:14
    en mensen die een sterke innerlijke
    beheersingsoriëntatie hebben,
  • 9:14 - 9:17
    moeten meester zijn van hun eigen lot.
  • 9:17 - 9:20
    Ze vinden het niets om controle
    te geven aan een autonoom systeem,
  • 9:20 - 9:22
    in die mate dat ze tegen
    de autonomie ingaan.
  • 9:22 - 9:25
    "Als ik die stoel wil raken,
    dan zal ik die stoel raken."
  • 9:25 - 9:29
    En zij leden dus onder
    deze autonome assistentie,
  • 9:29 - 9:31
    wat belangrijk is voor ons om te weten
  • 9:31 - 9:35
    als we bijvoorbeeld auto's maken
    die steeds zelfstandiger zijn, toch?
  • 9:35 - 9:38
    Hoe zullen verschillende mensen
    omgaan met dat controleverlies?
  • 9:39 - 9:42
    Het zal afhangen van menselijke dimensies.
  • 9:42 - 9:45
    We kunnen mensen niet behandelen
    alsof we één homogeen geheel zijn.
  • 9:45 - 9:48
    We verschillen van karakter, van cultuur,
  • 9:48 - 9:50
    zelfs van emotionele toestand,
    van moment op moment.
  • 9:50 - 9:52
    Om deze systemen te kunnen ontwerpen,
  • 9:52 - 9:54
    deze systemen van mens-robotinteractie,
  • 9:54 - 9:57
    moeten we rekening houden
    met de menselijke dimensies,
  • 9:57 - 9:59
    niet alleen met de technologische.
  • 10:00 - 10:04
    Samen met een gevoel van controle
    komt een verantwoordelijkheidsgevoel.
  • 10:04 - 10:07
    Als jij een robot bestuurde
    met een van deze systemen,
  • 10:07 - 10:09
    dan zou de interface er als volgt uitzien.
  • 10:09 - 10:11
    Het ziet er wat uit als een videospel,
  • 10:11 - 10:14
    wat goed kan zijn, omdat dat
    zeer bekend is voor mensen,
  • 10:14 - 10:15
    maar ook slecht,
  • 10:15 - 10:17
    omdat het het gevoel geeft
    dat het een videospel is.
  • 10:17 - 10:20
    We lieten enkele kinderen
    in Stanford spelen met het systeem
  • 10:20 - 10:23
    en de robot besturen
    in ons bureau in Menlo Park,
  • 10:23 - 10:24
    en ze zeiden dingen zoals:
  • 10:24 - 10:27
    "10 punten als je die man raakt.
    20 punten voor die man."
  • 10:27 - 10:29
    Ze joegen hen na in de gang.
  • 10:29 - 10:31
    (Gelach)
  • 10:31 - 10:33
    Ik zei: "Dat zijn echte mensen.
  • 10:33 - 10:36
    Ze gaan echt bloeden
    en pijn voelen als je hen raakt."
  • 10:36 - 10:38
    En zij reageerden met: "OK."
  • 10:38 - 10:40
    Maar vijf minuten later zeiden ze:
  • 10:40 - 10:43
    "20 punten voor die man daar;
    het lijkt alsof hij slaag nodig heeft."
  • 10:43 - 10:46
    Het is een beetje
    zoals "Ender's Game", niet?
  • 10:46 - 10:48
    De wereld aan de andere kant is echt
  • 10:48 - 10:51
    en het is onze verantwoordelijkheid
    als ontwerpers van deze interfaces
  • 10:51 - 10:55
    dat mensen onthouden
    dat hun daden echte gevolgen hebben
  • 10:55 - 10:57
    en dat ze verantwoordelijk moeten zijn
  • 10:57 - 11:01
    wanneer ze deze steeds
    autonomere objecten besturen.
  • 11:02 - 11:04
    Dit zijn heel goede voorbeelden
  • 11:04 - 11:07
    van het experimenteren
    met één mogelijke robottoekomst
  • 11:07 - 11:11
    en ik denk dat het best cool is
    dat we onszelf kunnen verruimen
  • 11:11 - 11:15
    en leren over de manieren
    waarop we dat doen in deze machines
  • 11:15 - 11:17
    en tegelijk onze menselijkheid
    kunnen uitdrukken
  • 11:17 - 11:18
    en onze persoonlijkheid.
  • 11:18 - 11:20
    Het wekt empathie op voor anderen
  • 11:20 - 11:24
    die kleiner, groter, sneller, trager zijn
  • 11:24 - 11:25
    en misschien zelfs armloos,
  • 11:25 - 11:26
    wat best cool is.
  • 11:27 - 11:29
    Het wekt ook empathie op
    voor de robots zelf.
  • 11:29 - 11:31
    Deze robot is een favoriet van me.
  • 11:31 - 11:32
    Hij wordt de Tweenbot genoemd.
  • 11:32 - 11:34
    Hij heeft een kleine vlag waarop staat:
  • 11:34 - 11:37
    "Ik probeer naar dit kruispunt
    in Manhattan te raken."
  • 11:37 - 11:40
    Hij is schattig
    en rolt vooruit, dat is het.
  • 11:40 - 11:42
    Hij kan geen kaart maken.
    Hij kan de wereld niet zien.
  • 11:42 - 11:44
    Hij vraagt gewoon om hulp.
  • 11:44 - 11:46
    Het leuke aan mensen
  • 11:46 - 11:49
    is dat hij kan vertrouwen
    op de vriendelijkheid van vreemden.
  • 11:49 - 11:53
    Hij heeft het park kunnen oversteken
    naar de andere kant van Manhattan -
  • 11:53 - 11:54
    wat best fantastisch is -
  • 11:54 - 11:57
    omdat mensen hem oppakten
    en de juiste richting wezen.
  • 11:57 - 11:58
    (Gelach)
  • 11:58 - 12:00
    Dat is geweldig, toch?
  • 12:00 - 12:02
    We proberen een mens-robotwereld te bouwen
  • 12:03 - 12:06
    waarin we kunnen samenleven en samenwerken
  • 12:06 - 12:09
    en we niet geheel zelfstandig moeten zijn
    en dingen alleen moeten doen.
  • 12:09 - 12:10
    We doen echt dingen samen.
  • 12:10 - 12:12
    En om daarvoor te zorgen,
  • 12:12 - 12:15
    hebben we hulp nodig van mensen
    zoals artiesten en ontwerpers,
  • 12:15 - 12:17
    beleidsmakers, juristen,
  • 12:17 - 12:19
    psychologen, sociologen, antropologen.
  • 12:19 - 12:21
    We hebben meer gezichtspunten nodig
  • 12:21 - 12:24
    als we datgene gaan doen
    dat Stu Card zegt dat we moeten doen,
  • 12:24 - 12:28
    namelijk het uitvinden van de toekomst
    waarin we effectief willen leven.
  • 12:28 - 12:31
    Ik denk dat we samen
    verder kunnen experimenteren
  • 12:31 - 12:33
    met deze verschillende robottoekomsten
  • 12:33 - 12:38
    en dat we al doende
    veel meer over onszelf zullen leren.
  • 12:39 - 12:40
    Bedankt.
  • 12:40 - 12:42
    (Applaus)
Title:
Hoe voelt het om een robot te zijn?
Speaker:
Leila Takayama
Description:

We leven reeds te midden van robots: werktuigen en machines zoals afwasmachines en thermostaten, die zo geïntegreerd zijn in onze levens dat we er niet eens meer aan denken om ze zo te noemen. Hoe zal een toekomst met nog meer robots eruitzien? Sociaal wetenschapper Leila Takayama vertelt over een aantal uitdagingen die uniek zijn aan het ontwerpen van mens-robotinteracties en hoe het experimenteren met de mogelijke toekomst van de robot ons leidt naar een beter begrip van onszelf.

more » « less
Video Language:
English
Team:
closed TED
Project:
TEDTalks
Duration:
12:55
Peter van de Ven approved Dutch subtitles for What's it like to be a robot?
Peter van de Ven accepted Dutch subtitles for What's it like to be a robot?
Peter van de Ven edited Dutch subtitles for What's it like to be a robot?
Kim De Groot edited Dutch subtitles for What's it like to be a robot?
Kim De Groot edited Dutch subtitles for What's it like to be a robot?
Peter van de Ven declined Dutch subtitles for What's it like to be a robot?
Peter van de Ven edited Dutch subtitles for What's it like to be a robot?
Peter van de Ven edited Dutch subtitles for What's it like to be a robot?
Show all

Dutch subtitles

Revisions