Return to Video

Zo ziet communicatie eruit in je brein

  • 0:01 - 0:03
    Stel je voor dat je een instrument uitvond
  • 0:03 - 0:06
    dat mijn herinneringen, mijn dromen
    en mijn ideeën kon opnemen
  • 0:07 - 0:09
    en ze naar jouw brein kon overbrengen.
  • 0:09 - 0:12
    Dat zou baanbrekende
    technologie zijn, nietwaar?
  • 0:12 - 0:15
    Maar feitelijk is zo'n instrument er al
  • 0:15 - 0:18
    en men noemt het menselijke communicatie
  • 0:18 - 0:19
    en effectief verhalen vertellen.
  • 0:20 - 0:22
    Om te begrijpen hoe dit instrument werkt,
  • 0:22 - 0:25
    moeten we ons brein bestuderen.
  • 0:25 - 0:28
    We moeten dan wel
    de vraag iets anders formuleren.
  • 0:28 - 0:30
    We moeten ons afvragen
  • 0:30 - 0:33
    hoe de neuronenpatronen in mijn brein,
  • 0:33 - 0:36
    die zijn betrokken
    bij mijn herinneringen en ideeën,
  • 0:36 - 0:39
    in jouw brein terechtkomen.
  • 0:40 - 0:43
    We denken dat er twee factoren zijn
    die onze communicatie mogelijk maken.
  • 0:43 - 0:47
    Ten eerste staat jouw brein nu
    in fysiek contact met de geluidsgolven
  • 0:47 - 0:50
    die ik naar jouw brein stuur.
  • 0:50 - 0:53
    Ten tweede hebben we een gemeenschappelijk
    neuraal protocol ontwikkeld
  • 0:53 - 0:55
    dat ons in staat stelt te communiceren.
  • 0:55 - 0:57
    Hoe weten we dat?
  • 0:57 - 0:59
    In mijn lab in Princeton
  • 0:59 - 1:03
    brengen we mensen naar de fMRI-scanner
    en scannen we hun brein
  • 1:03 - 1:07
    terwijl ze waargebeurde verhalen
    ofwel vertellen of ernaar luisteren.
  • 1:07 - 1:09
    Om je een idee te geven
    van de prikkels die we gebruiken,
  • 1:09 - 1:13
    zal ik 20 seconden afspelen
    van een verhaal dat we gebruikten,
  • 1:13 - 1:17
    verteld door een getalenteerd
    verhalenverteller: Jim O'Grady.
  • 1:18 - 1:22
    (Audio) Jim O'Grady: Dus vertel ik
    met verve mijn verhaal, het slaat aan,
  • 1:22 - 1:24
    en vervolgens maak ik het ... beter
  • 1:24 - 1:26
    (Gelach)
  • 1:26 - 1:29
    door het een beetje te versieren.
  • 1:30 - 1:33
    Journalisten noemen dit
    "uit je nek lullen"
  • 1:33 - 1:35
    (Gelach)
  • 1:36 - 1:39
    en zij adviseren die grens
    niet te overschrijden.
  • 1:40 - 1:43
    Maar ik had net die lijn
    overschreden gezien
  • 1:43 - 1:45
    tussen een machtige decaan
  • 1:45 - 1:46
    en een aanval met een taartje.
  • 1:46 - 1:48
    En dat beviel me wel."
  • 1:48 - 1:50
    Uri Hasson: Oké.
    Laten we eens in je brein kijken
  • 1:50 - 1:53
    om te zien wat zich daar afspeelt
    als je zo'n verhaal hoort.
  • 1:53 - 1:57
    Laten we eenvoudig beginnen,
    met één luisteraar en één hersengebied:
  • 1:58 - 2:01
    de auditieve hersenschors,
    die de geluiden van je oor verwerkt.
  • 2:01 - 2:05
    Zoals je kunt zien gaan de reacties
    in dit gedeelte van de hersenen op en neer
  • 2:05 - 2:07
    terwijl het verhaal zich ontvouwt.
  • 2:07 - 2:09
    Nu kunnen we deze reacties vergelijken
  • 2:09 - 2:11
    met de reacties van andere luisteraars
  • 2:11 - 2:13
    in hetzelfde hersengebied.
  • 2:13 - 2:14
    We kunnen ons afvragen:
  • 2:14 - 2:17
    hoe gelijkvormig zijn de reacties
    van de verschillende luisteraars?
  • 2:18 - 2:20
    Hier zie je vijf luisteraars.
  • 2:21 - 2:24
    We beginnen met scannen
    voordat het verhaal begint,
  • 2:24 - 2:28
    wanneer ze gewoon in het donker
    op het verhaal liggen te wachten.
  • 2:28 - 2:29
    Zoals je kunt zien,
  • 2:29 - 2:32
    gaat het gebied bij iedereen op en neer,
  • 2:32 - 2:34
    maar de reacties zijn heel verschillend
  • 2:34 - 2:35
    en lopen niet synchroon.
  • 2:35 - 2:38
    Zodra het verhaal begint, echter,
  • 2:38 - 2:40
    gebeurt er iets verbazingwekkends.
  • 2:41 - 2:44
    (Audio) JO: Dus vertel ik
    met verve mijn verhaal, het slaat aan,
  • 2:44 - 2:45
    en vervolgens maak ik het ...
  • 2:45 - 2:50
    UH: Plotseling zie je de reacties
    van alle personen het verhaal volgen
  • 2:50 - 2:55
    en nu gaan ze op een vergelijkbare manier
    op en neer bij alle luisteraars.
  • 2:55 - 2:58
    Dit is ook precies wat er op dit moment
    gebeurt in jullie hersenen
  • 2:58 - 3:01
    terwijl je naar mijn stem luistert.
  • 3:01 - 3:04
    We noemen dit 'neurale meevoering'.
  • 3:04 - 3:07
    Om uit te leggen
    wat neurale meevoering is,
  • 3:07 - 3:09
    zal ik eerst uitleggen
    wat fysieke meevoering is.
  • 3:10 - 3:13
    Kijk eens naar deze vijf metronomen.
  • 3:13 - 3:16
    Zie deze vijf metronomen
    even als vijf breinen.
  • 3:16 - 3:19
    Net als bij de luisteraars
    voordat het verhaal begon,
  • 3:19 - 3:20
    gaan ook deze metronomen wel klikken,
  • 3:20 - 3:23
    maar niet synchroon.
  • 3:23 - 3:27
    (Klikken)
  • 3:27 - 3:30
    Let nu op wat er gebeurt
    als we ze met elkaar verbinden
  • 3:31 - 3:33
    door ze op deze twee cylinders te zetten.
  • 3:34 - 3:37
    (Klikken)
  • 3:37 - 3:40
    De twee cylinders beginnen te draaien.
  • 3:40 - 3:43
    De vibratie van het draaien
    gaat door het hout
  • 3:43 - 3:46
    en zal alle metronomen
    met elkaar verbinden.
  • 3:46 - 3:48
    Luister nu naar het klikken.
  • 3:48 - 3:52
    (Synchroon klikken)
  • 3:58 - 4:00
    Dit is wat we fysieke meevoering noemen.
  • 4:01 - 4:03
    Laten we teruggaan
    naar het brein en ons afvragen:
  • 4:03 - 4:05
    wat zit er achter neurale meevoering?
  • 4:05 - 4:08
    Is het alleen het geluid
    dat de spreker produceert?
  • 4:08 - 4:09
    Of misschien de woorden?
  • 4:09 - 4:13
    Of is het de betekenis die de spreker
    duidelijk probeert te maken?
  • 4:13 - 4:16
    Om dat te testen deden we
    het volgende experiment.
  • 4:16 - 4:19
    Eerst speelden we
    het verhaal achterwaarts af.
  • 4:19 - 4:22
    Zo bleven de meeste
    geluidskenmerken bewaard,
  • 4:22 - 4:24
    maar werd de betekenis verwijderd.
  • 4:24 - 4:26
    Dat klinkt ongeveer zo.
  • 4:26 - 4:31
    (Audio) JO: (Onverstaanbaar)
  • 4:31 - 4:34
    We lieten kleuren oplichten
    in de twee breinen
  • 4:34 - 4:38
    om aan te geven welke gebieden
    bij iedereen lijken te reageren.
  • 4:38 - 4:39
    Zoals je kunt zien
  • 4:39 - 4:43
    zorgde dit geluid voor meevoering
    of synchronisatie in alle breinen
  • 4:43 - 4:45
    in de auditieve cortices,
    die het geluid verwerken,
  • 4:45 - 4:48
    maar niet dieper in het brein.
  • 4:48 - 4:51
    Nu kunnen we deze geluiden gebruiken
    om er woorden mee te maken.
  • 4:51 - 4:54
    Dus als we Jim O'Grady's verhaal
    door elkaar gooien,
  • 4:54 - 4:56
    krijgen we een lijst met woorden.
  • 4:56 - 4:58
    (Audio) JO: ... een dier ...
    wat feiten ...
  • 4:58 - 5:01
    en precies ... taart man ...
    potentieel ... mijn verhalen
  • 5:01 - 5:04
    UH: Je ziet dat deze woorden
    aanleiding zijn voor synchronisatie
  • 5:04 - 5:06
    in vroege-taalgebieden,
    maar niet meer dan dat.
  • 5:06 - 5:10
    Nu kunnen we met de woorden
    zinnen gaan bouwen.
  • 5:12 - 5:15
    (Audio) JO: En zij adviseren
    die grens niet te overschrijden.
  • 5:16 - 5:20
    Hij zegt: "Beste Jim.
    Goed verhaal. Leuke details.
  • 5:20 - 5:22
    Kende ze hem niet alleen via mij?"
  • 5:22 - 5:24
    UH: Nu zie je dat de reacties
  • 5:24 - 5:27
    in alle taalgebieden
    die inkomende taal verwerken,
  • 5:27 - 5:30
    synchroon of vergelijkbaar
    worden bij alle luisteraars.
  • 5:30 - 5:31
    Maar ...
  • 5:31 - 5:35
    pas wanneer we het volledige verhaal
    in alle samenhang gebruiken,
  • 5:35 - 5:37
    verspreiden de reacties
    zich dieper in het brein,
  • 5:37 - 5:39
    in gebieden van een hogere orde,
  • 5:39 - 5:42
    waaronder de frontale cortex
    en de pariëtale cortex,
  • 5:42 - 5:44
    en beginnen ze allemaal
    vergelijkbaar te reageren.
  • 5:44 - 5:48
    Wij geloven dat die reacties in gebieden
    van hogere orde worden veroorzaakt
  • 5:48 - 5:50
    of vergelijkbaar worden
    bij alle luisteraars
  • 5:50 - 5:53
    door de betekenis die door
    de spreker wordt overgebracht,
  • 5:53 - 5:55
    niet door de woorden of het geluid.
  • 5:55 - 5:57
    Als dat zo is, heeft dat
    belangrijke consequenties.
  • 5:57 - 6:00
    Als ik je precies hetzelfde idee
  • 6:00 - 6:02
    zou uitleggen in twee geheel
    verschillende bewoordingen,
  • 6:02 - 6:05
    zouden de reacties in je brein
    toch vergelijkbaar moeten zijn.
  • 6:05 - 6:09
    Om dat te testen deden we
    het volgende experiment in mijn lab.
  • 6:09 - 6:11
    We namen het Engelse verhaal
  • 6:11 - 6:13
    en vertaalde het naar het Russisch.
  • 6:13 - 6:17
    Nu heb je twee verschillende geluiden
    en linguïstieke systemen
  • 6:17 - 6:20
    die precies dezelfde
    betekenis overbrengen.
  • 6:20 - 6:23
    Je laat het Engelse verhaal horen
    aan de Engelse luisteraars,
  • 6:23 - 6:26
    het Russische verhaal
    aan de Russische luisteraars
  • 6:26 - 6:29
    en we kunnen de reacties
    van de twee groepen vergelijken.
  • 6:29 - 6:30
    Toen we dat deden,
  • 6:30 - 6:35
    zagen we geen vergelijkbare reacties
    in auditieve cortices in taalgebieden,
  • 6:35 - 6:37
    omdat de taal en het geluid
    heel verschillend zijn.
  • 6:37 - 6:40
    Je ziet echter dat de reacties
    in gebieden van hogere orde
  • 6:40 - 6:42
    nog steeds vergelijkbaar waren
    in de twee groepen.
  • 6:43 - 6:47
    Volgens ons komt dat omdat ze het verhaal
    op een vergelijkbare manier begrepen,
  • 6:47 - 6:51
    wat we bevestigd kregen
    door een test na het onderzoek.
  • 6:52 - 6:56
    We denken dat deze overeenstemming
    noodzakelijk is voor communicatie.
  • 6:56 - 6:59
    Je kunt bijvoorbeeld horen
  • 6:59 - 7:01
    dat Engels niet mijn moedertaal is.
  • 7:01 - 7:03
    Ik groeide op met een andere taal,
  • 7:03 - 7:05
    waarschijnlijk zoals velen van jullie.
  • 7:05 - 7:07
    Toch kunnen we communiceren.
  • 7:07 - 7:08
    Hoe kan dat?
  • 7:09 - 7:12
    Wij denken dat dat komt
    doordat we een gezamenlijke code hebben
  • 7:12 - 7:13
    die betekenis vertegenwoordigt.
  • 7:14 - 7:17
    Dat gebeurt er dus
    in het brein van de luisteraar,
  • 7:17 - 7:20
    in jouw brein, wanneer je luistert.
  • 7:20 - 7:23
    Maar wat gebeurt er in het brein
    van de spreker, in mijn brein,
  • 7:23 - 7:24
    als ik tegen jullie praat?
  • 7:24 - 7:26
    Om in het brein van de spreker te kijken,
  • 7:26 - 7:29
    vroeger we hem in de scanner
    plaats te nemen.
  • 7:29 - 7:31
    We scanden zijn brein
  • 7:31 - 7:35
    en vergeleken de reacties in zijn brein
    met die van de luisteraars,
  • 7:35 - 7:37
    die het verhaal aanhoorden.
  • 7:37 - 7:41
    Vergeet niet dat spraak produceren
    en spraak begrijpen
  • 7:41 - 7:43
    heel verschillende processen zijn.
  • 7:43 - 7:45
    Hier vragen we ons af:
    hoeveel lijken ze op elkaar?
  • 7:46 - 7:48
    Tot onze verbazing
  • 7:48 - 7:52
    zagen we dat al die complexe
    patronen in de luisteraars
  • 7:52 - 7:55
    feitelijk van het brein
    van de spreker kwamen.
  • 7:55 - 7:59
    Productie en begrip steunen dus
    op zeer vergelijkbare processen.
  • 7:59 - 8:01
    We zagen ook
  • 8:01 - 8:04
    dat hoe sterker de overeenkomst was
    tussen het brein van de spreker
  • 8:04 - 8:06
    en dat van de luisteraar,
  • 8:06 - 8:08
    des te beter de communicatie.
  • 8:08 - 8:12
    Dus als ik je nu hopeloos verward heb
  • 8:12 - 8:13
    -- wat ik niet hoop --
  • 8:13 - 8:16
    dan zijn jouw breinreacties
    heel anders dan de mijne.
  • 8:16 - 8:19
    Maar wat ik ook weet,
    is dat als je me goed begrijpt,
  • 8:19 - 8:22
    dat jouw brein ... en jouw brein
    ... en jouw brein
  • 8:22 - 8:24
    heel sterk op het mijne lijken.
  • 8:26 - 8:29
    Met al deze informatie
    kunnen we ons afvragen:
  • 8:29 - 8:32
    hoe kunnen we dat gebruiken
    om een herinnering van mij te verzenden
  • 8:32 - 8:34
    van mijn brein naar jullie brein?
  • 8:35 - 8:37
    Daarvoor deden we het volgende experiment.
  • 8:38 - 8:40
    We lieten mensen
    voor het eerst in hun leven kijken
  • 8:40 - 8:44
    naar een aflevering van de BBC-serie
    'Sherlock', terwijl we hun brein scanden.
  • 8:44 - 8:47
    Vervolgens vroegen we ze
    terug te gaan naar de scanner
  • 8:47 - 8:51
    en het verhaal aan een ander te vertellen
    die de film nog nooit had gezien.
  • 8:51 - 8:53
    Om precies te zijn,
  • 8:53 - 8:55
    het gaat om een scene
  • 8:55 - 8:57
    waarin Sherlock in de taxi stapt in Londen
  • 8:58 - 9:00
    die bestuurd wordt
    door de moordenaar die hij zoekt.
  • 9:00 - 9:03
    Als ik daarnaar kijk,
  • 9:03 - 9:06
    is er een specifiek patroon
    in mijn brein tijdens het kijken.
  • 9:07 - 9:11
    Nu kan ik precies datzelfde patroon
    opnieuw in mijn brein activeren
  • 9:11 - 9:15
    door de wereld te vertellen:
    Sherlock, Londen, moordenaar.
  • 9:15 - 9:18
    En als ik die woorden nu
    naar jouw brein verzend,
  • 9:19 - 9:21
    moet jij het reconstrueren in jouw brein.
  • 9:21 - 9:26
    We zien dat patroon nu ook echt
    in jouw brein verschijnen.
  • 9:26 - 9:28
    We waren oprecht verbaasd te zien
  • 9:28 - 9:30
    dat het patroon dat je nu in je brein hebt
  • 9:30 - 9:32
    als ik deze scenes voor je beschrijf,
  • 9:32 - 9:36
    zoveel lijkt op het patroon
    wat ik had toen ik de film bekeek,
  • 9:36 - 9:38
    een paar maanden geleden in de scanner.
  • 9:38 - 9:40
    Het geeft je een idee van het mechanisme
  • 9:40 - 9:44
    waarmee we door verhalen te vertellen
    informatie kunnen versturen.
  • 9:44 - 9:46
    Neem het volgende voorbeeld:
  • 9:46 - 9:49
    je luistert nu geconcentreerd
    en probeert te begrijpen wat ik zeg.
  • 9:49 - 9:51
    Ik weet dat dat niet eenvoudig is,
  • 9:51 - 9:55
    maar ik hoop dit op een gegeven moment
    het kwartje wel is gevallen.
  • 9:55 - 9:59
    Ik denk dat je over een paar uur,
    of over een paar dagen of maanden
  • 9:59 - 10:01
    iemand tegen zult komen op een feestje
  • 10:01 - 10:04
    en hem over dit onderwerp zult vertellen.
  • 10:04 - 10:08
    Plotseling is het dan
    alsof hij hier nu bij ons is.
  • 10:08 - 10:11
    Nu kun je zien hoe we met dit mechanisme
  • 10:11 - 10:15
    kunnen proberen herinneringen
    en kennis te verspreiden naar anderen.
  • 10:15 - 10:17
    Mooi, toch?
  • 10:17 - 10:19
    Maar ons vermogen om te communiceren
  • 10:19 - 10:23
    staat of valt met
    een gemeenschappelijke basis.
  • 10:23 - 10:24
    Als ik bijvoorbeeld
  • 10:24 - 10:28
    minder bekende termen ga gebruiken,
  • 10:28 - 10:30
    zoals 'roemer' in plaats van 'glas',
  • 10:30 - 10:34
    dan weet ik dat ik een groot deel
    van het publiek kwijt ben.
  • 10:35 - 10:37
    De synchronisatie hangt niet alleen af
  • 10:37 - 10:39
    van ons vermogen
    het basisconcept te begrijpen;
  • 10:39 - 10:42
    het hang ook van af of we
    een gemeenschappelijke basis,
  • 10:42 - 10:46
    en gezamenlijke begrips-
    en geloofssystemen kunnen ontwikkelen.
  • 10:46 - 10:47
    We weten namelijk dat in veel gevallen
  • 10:47 - 10:52
    mensen precies hetzelfde verhaal
    op verschillende manieren interpreteren.
  • 10:52 - 10:56
    Om dat te testen deden we
    het volgende experiment.
  • 10:56 - 10:59
    We namen een verhaal van J.D. Salinger
  • 10:59 - 11:03
    waarin een man tijdens een feestje
    zijn vrouw kwijt is.
  • 11:03 - 11:07
    Hij belt zijn beste vriend en vraagt:
    "Heb jij mijn vrouw gezien?"
  • 11:08 - 11:10
    Tegen de ene helft
    van de testpersonen zeiden we
  • 11:10 - 11:13
    dat de vrouw een verhouding had
    met die beste vriend.
  • 11:13 - 11:16
    Tegen de andere helft zeiden we
  • 11:16 - 11:20
    dat de vrouw trouw was
    en de man heel jaloers.
  • 11:20 - 11:23
    Die ene zin voorafgaand aan het verhaal
  • 11:23 - 11:25
    zorgde ervoor dat de reacties in het brein
  • 11:25 - 11:28
    van alle mensen die geloofden
    dat de vrouw een verhouding had,
  • 11:28 - 11:31
    heel gelijkvormig waren
    in die gebieden van hogere orde,
  • 11:31 - 11:33
    en afwijkend van de andere groep.
  • 11:33 - 11:37
    Als één zin genoeg is om jouw brein
    vergelijkbaar te laten reageren
  • 11:37 - 11:38
    met mensen die denken zoals jij
  • 11:38 - 11:41
    en heel anders dan mensen
    die anders denken dan jij,
  • 11:41 - 11:45
    bedank dan eens hoe dit effect
    versterkt wordt in het alledaagse leven,
  • 11:45 - 11:48
    waar we allemaal naar hetzelfde
    nieuwsbericht luisteren
  • 11:48 - 11:51
    nadat we ons dag na dag
    hebben blootgesteld
  • 11:51 - 11:55
    aan verschillende mediakanalen,
    zoals Fox News of The New York Times,
  • 11:55 - 11:58
    die ons volstrekt verschillende
    perspectieven bieden.
  • 12:00 - 12:01
    Laat me dit samenvatten.
  • 12:02 - 12:04
    Als alles vanavond
    volgens plan is verlopen,
  • 12:04 - 12:08
    heb ik mijn vermogen om te praten
    gebruikt om mij aan je brein te koppelen.
  • 12:08 - 12:09
    Ik heb die koppeling gebruikt
  • 12:09 - 12:13
    om de breinpatronen
    inzake mijn herinneringen en ideeën
  • 12:13 - 12:15
    naar jullie brein te verzenden.
  • 12:15 - 12:19
    Zo begin ik het verborgen
    neurale systeem bloot te leggen
  • 12:19 - 12:21
    waarmee we communiceren.
  • 12:21 - 12:24
    We weten dat het ons in de toekomst
    zal helpen de communicatie
  • 12:24 - 12:26
    te verbeteren en faciliteren.
  • 12:26 - 12:28
    Maar deze studies laten ook zien
  • 12:29 - 12:32
    dat communicatie afhangt
    van een gemeenschappelijk referentiekader.
  • 12:32 - 12:34
    We moeten ons dus
    als gemeenschap zorgen maken
  • 12:34 - 12:37
    als we dat gemeenschappelijke kader
    mochten verliezen
  • 12:37 - 12:41
    en ons vermogen om te praten
    met mensen die anders zijn dan wij,
  • 12:41 - 12:44
    omdat we een paar erg sterke mediakanalen
  • 12:44 - 12:45
    de ether laten beheersen
  • 12:46 - 12:49
    en ons denken laten
    manipuleren en beheersen.
  • 12:49 - 12:52
    Ik weet niet hoe dit om te lossen,
    ik ben slechts wetenschapper.
  • 12:52 - 12:55
    Maar het is misschien een idee
  • 12:55 - 12:58
    om terug te grijpen op een natuurlijker
    wijze van comminicatie,
  • 12:58 - 12:59
    en wel dialoog.
  • 12:59 - 13:02
    Niet op de manier
    zoals ik nu tegen jullie spreek,
  • 13:02 - 13:04
    maar op een natuurlijker manier,
  • 13:04 - 13:08
    waarbij ik spreek en luister,
  • 13:08 - 13:12
    en waar we samen tot een gezamenlijk kader
    en nieuwe ideeën proberen te komen.
  • 13:12 - 13:13
    Uiteindelijk is het zo
  • 13:13 - 13:17
    dat onze banden met anderen
    bepalen wie we zijn.
  • 13:17 - 13:20
    Ons verlangen om met
    een ander brein verbonden te zijn,
  • 13:20 - 13:24
    is iets fundamenteels
    wat al op jonge leeftijd begint.
  • 13:24 - 13:28
    Laat me afsluiten
    met een voorbeeld uit mijn privéleven
  • 13:29 - 13:33
    dat denk ik een goed voorbeeld is
    van hoe onze banden met anderen
  • 13:33 - 13:36
    eigenlijk bepalen wie we zijn.
  • 13:36 - 13:39
    Dit is mijn zoon Jonathan
    toen hij heel klein was.
  • 13:39 - 13:44
    Kijk hoe hij met zijn stem speelt
    samen met mijn vrouw,
  • 13:44 - 13:49
    puur vanuit het verlangen en het plezier
    om met een ander verbonden te zijn.
  • 13:50 - 13:54
    (Stemgeluiden)
  • 14:03 - 14:05
    (Gelach)
  • 14:05 - 14:09
    Denk eens na over hoe
    het vermogen van mijn zoon
  • 14:09 - 14:12
    om zich met ons en andere mensen
    in zijn leven te verbinden,
  • 14:12 - 14:15
    gaat bepalen wat voor man hij wordt.
  • 14:15 - 14:17
    En denk eens aan hoe je zelf
    dag na dag verandert
  • 14:17 - 14:22
    door je interacties en je banden
    met andere mensen in je leven.
  • 14:23 - 14:25
    Zorg dus dat die banden er blijven.
  • 14:25 - 14:27
    Blijf je ideeën verspreiden,
  • 14:27 - 14:30
    want de som van ons samen,
    in verbondenheid,
  • 14:30 - 14:32
    is meer dan de individuen.
  • 14:32 - 14:33
    Dankjewel.
  • 14:33 - 14:38
    (Applaus)
Title:
Zo ziet communicatie eruit in je brein
Speaker:
Uri Hasson
Description:

Neurowetenschapper Uri Hasson doet onderzoek naar de basis van menselijke communicatie. Experimenten uit zijn lab laten zien dat, zelfs over verschillende talen, onze hersenen vergelijkbare reacties vertonen, of gesynchroniseerd worden, wanneer we hetzelfde verhaal horen. Dit verbazingwekkende neurale mechanisme stelt ons in staat om breinpatronen te verzenden en zo herinneringen en kennis te delen. "We kunnen communiceren, omdat we een gemeenschappelijke code hebben die betekenis representeert", zegt hij.

more » « less
Video Language:
English
Team:
closed TED
Project:
TEDTalks
Duration:
14:51

Dutch subtitles

Revisions