Dank je wel, Chris... Alle mensen die op moesten, zeiden dat ze bang waren. Ik weet niet of ik bang ben, maar het is voor het eerst dat ik een publiek als het deze toespreek. Ik heb ook geen slimme technologie waar jullie naar kunnen kijken. Geen dia's, dus je zult je tevreden moeten stellen met mij. (Gelach) Ik wil jullie graag enkele verhalen vertellen en het hebben over een ander Afrika. We hebben vanochtend reeds enkele zinspelingen gehoord op het Afrika waarover je steeds hoort: dat van HIV/AIDS, van malaria, het Afrika van armoede, het Afrika van conflict, en het Afrika van rampen. Het is waar dat deze dingen zich afspelen, maar er is ook een Afrika waarover je niet zo veel hoort. Soms verwondert me dat en ik vraag me af waarom. Dit is het Afrika dat verandert, waarnaar Chris verwees. Dit is het Afrika van kansen. Dit is het Afrika waarin mensen hun eigen lot willen bepalen en hun eigen toekomst. En dit is het Afrika waarin mensen zoeken naar samenwerkingen om dit te doen. Daarover wil ik het vandaag hebben. Ik wil beginnen met jullie een verhaal te vertellen over die verandering in Afrika. Op 15 september 2005 werd dhr. Diepreye Alamieyeseigha, een gouverneur van een van de olierijke staten van Nigeria, gearresteerd door de London Metropolitan Police tijdens een bezoek aan London. Hij werd gearresteerd omdat er 8 miljoen dollar was overgemaakt op enkele slapende bankrekeningen toebehorend aan hem en zijn familie. De arrestatie vond plaats door samenwerking van de London Metropolitan Police en de Economische en Financiële Misdaadcommissie van Nigeria -- geleid door een van onze vaardigste en moedigste mensen: dhr. Nuhu Ribadu. Alamieyeseigha werd aangeklaagd in London. Door enkele fouten lukte het hem, verkleed als vrouw, te ontsnappen. Hij vluchtte terug naar Nigeria waar, volgens onze grondwet, ambtsdragers zoals gouverneurs, de president -- zoals in vele landen -- immuniteit genieten en niet vervolgd kunnen worden. Mensen waren echter zo verontwaardigd over dit gedrag, dat de wetgevende macht in zijn staat hem kon aanklagen en afzetten. Vandaag zit Alams -- zoals we hem noemen -- in de gevangenis. Dit is een verhaal over het feit dat mensen in Afrika niet langer bereid zijn corruptie te pikken van hun leiders. Dit is een verhaal over het feit dat mensen hun middelen deugdelijk beheerd willen zien en niet weggesluisd naar plaatsen waar ze slechts enkele bevoorrechten ten goede komen. Daarom, als je hoort over het corrupte Afrika -- altijd corrupt -- wil ik dat je weet dat de mensen en de regeringen hard proberen dit tegen te gaan in sommige landen en dat er successen zijn. Is het probleem dan voorbij? Het antwoord is neen. Er is nog steeds een lange weg te gaan, maar de wil is er. Successen worden opgetekend in dit zeer belangrijke gevecht. Dus als je over corruptie hoort, heb dan niet het idee dat er niets aan gedaan wordt -- dat je in geen enkel Afrikaans land kan opereren vanwege de overweldigende corruptie. Dat is niet het geval. Er is een wil om te vechten en in vele landen vindt dat gevecht plaats en wordt gewonnen. In andere, zoals het mijne, Nigeria, waar er een lange geschiedenis van dictatuur was, vindt het gevecht plaats en hebben we een lange weg te gaan. Maar de waarheid is dat het gaande is. De resultaten zijn zichtbaar: onafhankelijk toezicht door de Wereldbank en andere organisaties laat zien dat in veel gevallen er een dalende trend is in termen van corruptie en dat bestuur beter wordt. Een onderzoek door de Economische Commissie voor Afrika toont een duidelijke opwaartse trend in bestuur in 28 Afrikaanse landen. En nog één ding voordat ik dit gebied van bestuur achter me laat. Dat is dat mensen praten over corruptie, corruptie. Terwijl ze erover praten denk je ogenblikkelijk aan Afrika. Dat is het beeld: Afrikaanse landen. Maar laat ik dit zeggen: als Alams 8 miljoen dollar kon exporteren naar een rekening in London -- als de andere mensen die geld verduisterden, geschat op 20 tot 40 miljard aan geld uit ontwikkelinglanden dat in ontwikkelde landen is beland -- als zij dit kunnen doen, wat is dat dan? Is dat geen corruptie? Als je in dit land gestolen goederen ontvangt, word je dan niet vervolgd? Dus als we praten over dit soort corruptie, laten we dan ook denken aan wat er gebeurt aan de andere kant van de aardbol -- waar het geld heengaat en wat er gedaan kan worden om dat te stoppen. Ik werk momenteel, samen met de Wereldbank, aan een initiatief voor vermogensrecuperatie, om te doen wat we kunnen om de gelden die naar het buitenland zijn gesluisd -- geld van ontwikkelingslanden -- om dat teruggestuurd te krijgen. Want als we die 20 miljard dollar daar buiten terug kunnen halen, zou dat voor sommige landen meer kunnen zijn dan alle hulp bij elkaar. (Applaus) Het tweede waarover ik het wil hebben, is de wil tot hervorming. Afrikanen zijn moe, we zijn het beu om de ontvangers te zijn van alle liefdadigheid en zorg. We zijn dankbaar, maar we weten dat we ons lot in eigen handen kunnen nemen als we willen hervormen. In veel Afrikaanse landen leeft momenteel het besef dat niemand het kan doen behalve wij. Wij moeten het doen. We kunnen partners uitnodigen ter ondersteuning, maar wij moeten beginnen. We moeten onze economieën hervormen, leiderschap veranderen, meer democratisch worden, meer open voor verandering en informatie. En dat is waarmee we begonnen zijn in een van de grootste landen op het continent, Nigeria. In feite, als je niet in Nigeria bent, ben je niet in Afrika. Dat wil ik je maar zeggen. (Gelach) Eén op de vier sub-Saharische Afrikanen is Nigeriaan. Het heeft 140 miljoen dynamische mensen - chaotische mensen -- maar erg interessante mensen. Je zal je nooit vervelen. (Gelach) Wat we begonnen te doen, was ons realiseren dat we moesten beginnen onszelf te hervormen. En met de steun van een leider die toentertijd bereid was de hervormingen door te voeren stelden we een uitgebreid hervormingsprogramma voor, dat we zelf ontwikkelden. Niet het Internationale Monetaire Fonds. Niet de Wereldbank, waar ik 21 jaar werkte en opklom tot vice-president. Niemand kan het voor je doen. Je moet het zelf doen. We zetten een programma op dat ten eerste de staat uit zaken haalde... die zijn zaken niet waren. De staat moet zich niet bezighouden met het produceren van goederen en diensten want hij is inefficiënt en incompetent. Dus we besloten veel van onze ondernemingen te privatiseren. (Applaus) Als gevolg daarvan besloten we veel van onze markten te liberaliseren. Kun je geloven dat vóór deze hervorming -- die eind 2003 begon, toen ik Washington verliet om Minister van Financiën te worden -- we een telecommunicatiebedrijf hadden dat slechts in staat was om 4.500 landlijnen aan te leggen in zijn 30-jarige geschiedenis? (Gelach) Het hebben van een telefoon was in mijn land een luxe. Je kon het niet krijgen. Je moest mensen omkopen. Je moest alles doen om een telefoon te krijgen. Toen President Obasanjo de liberalisatie van de telecommunicatiesector ondersteunde en begon, gingen we van 4.500 landlijnen naar 32 miljoen gsm-lijnen momenteel. Nigeria's telecommarkt is de op één na snelst groeiende ter wereld, na China. We krijgen investeringen van zo'n miljard dollar per jaar in telecommunicatie. En niemand weet het, behalve een paar slimme mensen. (Gelach) De slimste, de eerste die binnenkwam, was het bedrijf MTN uit Zuid-Afrika. In de drie jaar dat ik Minister van Financiën was, maakten ze gemiddeld 360 miljoen dollar winst per jaar. 360 miljoen in een markt -- in een land dat arm is, met een gemiddeld inkomen per hoofd van minder dan $500. De markt is er. Ze hielden het stil, maar anderen kwamen het spoedig te weten. Nigerianen zelf begonnen met de ontwikkeling van bedrijven voor draadloze-telecommunicatie, en drie of vier anderen kwamen erbij. Maar er is een enorme markt, en mensen weten het niet of willen het niet weten. Dus privatisering is een van de dingen die we deden. Verder begonnen we ook onze financiën beter te beheren. Want niemand helpt of ondersteunt je als jij je financiën niet op orde hebt. Nigeria, met de oliesector, had de reputatie van corruptie en een slechte financiële huishouding. Dus wat deden we? We introduceerden een belastingmaatregel die onze begroting loskoppelde van de olieprijs. Voorheen budgetteerden we op basis van onze olieopbrengsten, want olie is de grootste sector met de hoogste omzet in de economie: 70% van onze inkomsten komen van olie. We ontkoppelden dat en begonnen te budgetteren naar een prijs die iets lager lag dan de olieprijs en te sparen wat boven die prijs lag. We wisten niet of ons dit zou lukken; het was erg controversieel. Maar het onmiddelijke resultaat was dat de schommelingen in onze economische ontwikkeling wegvielen. Als de olieprijzen hoog waren groeiden we razendsnel. Als ze inzakten, zakten wij ook in en konden nauwelijks iets betalen, zoals salarissen. Dat stabiliseerde. Hierdoor hadden we vlak voor mijn vertrek 27 miljard dollar toegevoegd aan onze reserves. Toen ik begon, in 2003, hadden we 7 miljard aan reserves. Tegen dat ik vertrok zaten we op bijna 30 miljard aan reserves. Op dit moment hebben we zo'n 40 miljard aan reserves door deugdelijk beheer van onze financiën. Dat versterkt onze economie, maakt haar stabiel. Onze wisselkoers, die voortdurend fluctueerde, is nu redelijk stabiel en onder controle, zodat zakenmensen voorspelbare prijzen hebben in de economie. We brachten de inflatie omlaag van 28% naar zo'n 11%. De groei van ons BNP ging van 2,3% in het vorige decennium naar zo'n 6,5% nu. Alle hervormingen die we konden doorvoeren, laten meetbare resultaten zien in de economie. Wat nog belangrijker is omdat we weg willen van olie en diversifiëren -- en er zijn zoveel mogelijkheden in dit grote land, net als in vele landen in Afrika -- het was opmerkelijk dat veel van die groei niet van de oliesector kwam maar van buiten de oliesector. Landbouw groeide met meer dan 8%. Telecom groeide eveneens en huisvesting en bouw, en ik zou kunnen doorgaan. Dit is om te illustreren dat zodra je de macro-economie hebt rechtgetrokken, de mogelijkheden in diverse andere sectoren enorm zijn. We hebben kansen in landbouw, zoals ik zei. We hebben kansen in vaste mineralen. We hebben veel mineralen waarin niemand ooit geïnvesteerd heeft. We realiseerden ons dat zonder de juiste wetgeving om dat mogelijk te maken, dit niet zou gebeuren. Dus nu hebben we een mijnbouwcode die vergelijkbaar is met de beste in de wereld. We hebben mogelijkheden in huisvesting en vastgoed. Er was niets in een land van 140 miljoen mensen -- geen winkelcentra zoals jullie die hier kennen. Dit was een investeringskans die de verbeelding van mensen prikkelde. Nu zien we dat de bedrijven in het winkelcentrum vier maal de geprojecteerde omzet halen. Dus, enorme dingen in bouw, vastgoed, hypotheken. Financiële diensten: we hadden 89 banken. Te veel. Ze deden niet wat ze hoorden te doen. We consolideerden ze van 89 naar 25 banken door te eisen dat ze hun kapitaal vergroten -- aandelenkapitaal. Het ging van zo'n 25 miljoen dollar naar 150 miljoen dollar. Deze banken zijn nu gefuseerd en die versterking van het banksysteem trok veel investeringen van buiten aan. Barclays Bank uit Groot Brittannië bracht 500 miljoen in. Standard Chartered bracht 140 miljoen in. Zo kan ik doorgaan. Steeds meer dollars in het systeem. We doen hetzelfde met de financiële sector. In financiële diensten liggen veel mogelijkheden. In toerisme, in veel Afrikaanse landen, geweldige kansen. Daar staat Oost-Afrika bij veel mensen om bekend: de wilde dieren, de olifanten, enzovoort. Maar de toeristische markt managen zodat de mensen er beter van worden, is belangrijk. Dus wat probeer ik te vertellen? Ik probeer jullie te vertellen dat er een nieuwe ontwikkeling gaande is op het continent. Een nieuwe ontwikkeling van openheid en democratisering. Sinds 2000 hebben ruim tweederde van de Afrikaanse landen democratische verkiezingen gehouden. Niet allemaal waren ze perfect, of zullen dat zijn, maar de trend is zeer duidelijk. Ik probeer je te vertellen dat in de afgelopen drie jaar de doorsnee groeiratio op het continent gestegen is van zo'n 2,5% tot zo'n 5% per jaar. Dat is een betere prestatie dan van vele OESO-landen. Dus is het duidelijk dat dingen veranderen. Er zijn minder conflicten op het continent; van zo'n 12 conflicten tien jaar geleden, zijn er nu nog drie of vier conflicten -- waarvan een van de verschrikkelijkste natuurlijk Darfur is. En dan heb je het buurteffect. Als iets gebeurt in één deel van het continent, lijkt het alsof het hele continent beïnvloedt wordt. Maar je moet weten dat dit continent uit vele landen bestaat en niet één land is. Als we op drie of vier conflicten zitten, betekent dat dat er vele investeringsmogelijkheden zijn in stabiele, groeiende, spannende economieën met veel mogelijkheden. Ik wil nog iets zeggen over die investering. De beste manier om Afrikanen te helpen is ze te helpen op eigen benen te staan. De beste manier om dat te doen is banen creëren. Er is niets mis met het bestrijden van malaria en het redden van kinderlevens. Dat zeg ik niet. Dat is prima. Maar stel je de impact op een familie voor: als de ouders een baan hebben en hun kinderen naar school kunnen sturen en de medicijnen kunnen kopen om de ziektes zelf te bestrijden. Als we kunnen investeren op plekken waar je zelf geld verdient terwijl je banen creëert en mensen op eigen benen laat staan, is dat niet een geweldige kans? Is dat niet de juiste weg? En ik wil zeggen dat enkele van de beste mensen om in te investeren de vrouwen zijn. (Applaus) Ik heb hier een cd. Het spijt me dat ik niet op tijd iets heb gezegd. Ik had het graag aan jullie laten zien. De titel is: "Afrika: open voor zaken." Dit is een video die bekroond is als beste documentaire van het jaar. Ik begrijp dat de vrouw die hem maakte in Tanzania zal zijn, waar ze in juni een sessie houden. Maar het toont je Afrikanen, voornamelijk vrouwen, die in onwaarschijnlijke omstandigheden bedrijven hebben opgezet. Sommige van wereldklasse. Eén van de vrouwen in deze video, Adenike Ogunlesi, maakt kinderkleding. Dat begon als hobby en groeide uit tot een bedrijf. Afrikaanse materialen gemengd met materialen van elders. Bijvoorbeeld een kleine overall met ribfluweel en Afrikaanse materialen erin verwerkt. Heel creatieve ontwerpen. Het kwam zelfs zover dat ze een order ontving van Wal-Mart. (Gelach) Voor 10.000 stuks. Dus dat laat zien dat we capabele mensen hebben. En de vrouwen zijn ijverig. Ze zijn gefocust; ze werken hard. Ik zou verder kunnen gaan: Beatrice Gakuba uit Ruanda, die een bloemenbedrijf opende en nu elke morgen exporteert naar de veiling in Amsterdam. Ze heeft 200 andere vrouwen en mannen in dienst. Velen van hen ontberen echter het geld om uit te breiden, omdat niemand in het buitenland gelooft dat we kunnen doen wat nodig is. Niemand denkt in termen van een markt. Niemand gelooft dat er mogelijkheden liggen. Maar ik zeg je dat zij die de boot nu missen, hem voor altijd gemist hebben. Dus als je in Afrika wilt zijn, overweeg dan te investeren. Denk aan de Beatrices, denk aan de Adenikes van deze wereld, die ongelofelijke dingen doen, die hen op de wereldeconomie brengen, terwijl ze tegelijkertijd zorgen dat hun landgenoten een baan hebben, en dat de kinderen in die huishoudens een opleiding krijgen omdat hun ouders fatsoenlijk verdienen. Dus nodig ik jullie uit om de mogelijkheden te onderzoeken. Als je naar Tanzania gaat, luister dan goed, want ik ben er zeker van dat je zult horen over de diverse kansen om betrokken te raken in iets dat goed doet voor het continent, voor de mensen en voor jezelf. Mijn hartelijke dank. (Applaus)