Mijn naam is Kate Hartman.
Ik hou van het maken van spullen
die spelen met de manier waarop
we ons verhouden en communiceren.
Ik ben vooral geïnteresseerd in onze relatie
met onszelf, met elkaar
en met de wereld om ons heen.
(Gelach)
Om dat een beetje te situeren
zoals June al zei, ben ik kunstenares, technoloog en opvoeder.
Ik geef cursussen in fysiek computergebruik
en elektronica die je kan dragen.
Veel van wat ik maak is ofwel draagbaar
of houdt ergens verband met de menselijke vorm.
Telkens ik praat over wat ik doe,
wil ik even uitleggen
waarom lichamen zo belangrijk zijn.
Het is vrij eenvoudig.
Iedereen heeft er een - jullie allemaal.
Ik kan iedereen in deze kamer garanderen,
jullie allen daar, de mensen in de knusse zetels,
de mensen daarboven met de laptops -
dat we allemaal lichamen hebben.
Niets om beschaamd over te zijn.
Het is iets dat we allemaal gemeen hebben
en ze dienen als onze primaire interface met de wereld.
Als interactie-ontwerper,
of als kunstenares die zich bezighoudt met participatie -
is het creëren van dingen die op, in of rond de menselijke vorm zitten -
een echt machtige ruimte om in te werken.
In mijn werk
gebruik ik een breed scala aan materialen en gereedschappen.
Ik communiceer via allerlei middelen, van radio-ontvangers
tot trechters en plastic buizen.
Om jullie dat een beetje duidelijk te maken,
kan ik best beginnen
met een hoed.
Het startte enkele jaren geleden
toen ik ’s avonds in de metro zat
na te denken.
Ik ben iemand die te veel denkt en te weinig praat.
Ik zat na te denken hoe geweldig het zou zijn
als ik al deze geluiden -
net als al die geluiden van mijn gedachten in mijn hoofd -
fysiek kon bevrijden
en ze er zo uit halen
dat ik ze met iemand anders zou kunnen delen.
Ik ging naar huis en maakte een prototype van deze hoed.
Ik noemde hem de Mompelende Hoed,
omdat hij deze mompelgeluiden uitzond
die zo eigen aan je zijn.
Maar nu kon je ze losmaken
en ze met iemand anders delen.
(Gelach)
Zo maak ik ook andere hoeden.
Deze heet de Praat met Jezelf Hoed.
(Gelach)
Hij verklaart zichzelf.
Hij maakt fysieke gespreksruimte voor je vrij.
Als je hardop spreekt, wordt
het geluid van je stem in feite terug naar je eigen oren gekanaliseerd.
(Gelach)
Als ik deze dingen maak
gaat het niet zo zeer om het object zelf,
maar om de negatieve ruimte rond het object.
Wat gebeurt er wanneer iemand dit ding opzet?
Wat voor een ervaring hebben ze?
Wat gebeurt er met ze door het dragen ervan?
Zo veel van deze uitrustingen
focussen op de manieren waarop we met onszelf omgaan.
Deze uitrusting heet de Ingewandenbeluisteraar.
Het is een hulpmiddel
waarmee je in feite
naar je eigen ingewanden kan luisteren.
(Gelach)
Een aantal van deze dingen
zijn eigenlijk meer gericht op expressie en communicatie.
Het Opblaasbare Hart
is een extern orgaan
dat gebruikt kan worden door de drager om zich te uiten.
Je kan het opblazen en laten leeglopen
naar gelang je emoties.
Je kan nu allerlei uitdrukken, van bewondering en lust
tot ongerustheid en angst.
(Gelach)
Sommige zijn bedoeld
om ervaringen mee te delen.
De Discommunicator is een hulpmiddel bij discussies.
(Gelach)
Hij zorgt voor een intense emotionele uitwisseling,
maar hij absorbeert
de specificiteit van de woorden die worden gedebiteerd.
(Gelach)
Ook dienen
een aantal van deze dingen gewoon als imitaties.
Dus de Oorplooier is letterlijk iets waardoor
iemand je oor kan grijpen
en zeggen wat ze te zeggen hebben.
Ook al ben ik erg geïnteresseerd in de relatie
tussen mensen,
toch ben ik ook nagegaan
hoe onze relatie is met de wereld om ons heen.
Toen ik een paar jaar terug voor het eerst in New York City woonde,
dacht ik veel na over
de bekende architectonische vormen die me omringden
en hoe graag ik er een betere relatie mee zou willen hebben.
Ik dacht: "Wel, hey!
Misschien wil ik wel een betere betrekking hebben met muren,
misschien moet ik zelf een beetje meer ‘muurachtig’ worden."
Dus maakte ik een muur
die ik zou kunnen dragen als een rugzak.
Ik deed hem aan
en transformeerde mezelf
zodat ik zowel iets kon bijdragen aan, of kritiek leveren
op de ruimtes die mij omringden.
(Gelach)
Om verder te gaan en
verder te denken dan de bebouwde omgeving in de natuurlijke wereld,
heb ik dit lopende project Botanifoon gedoopt -
waarmee in feite kamerplanten
toegang hebben tot menselijke communicatieprotocollen.
Dus als een plant dorstig is,
kan ze zelfs iemand bellen
of een bericht posten op Twitter.
Dit verschuift echt de mens/plant dynamiek,
omdat een enkele kamerplant
nu daadwerkelijk zijn behoeften tegelijkertijd
aan duizenden mensen kan meedelen.
Bij het denken over omvang
is mijn meest recente obsessie:
gletsjers - natuurlijk.
Gletsjers zijn prachtige wezens
en er zijn heel veel redenen om door hen geobsedeerd te zijn,
maar wat me vooral interesseerde
waren mens-gletsjerrelaties.
(Gelach)
Omdat er een probleem lijkt te zijn.
Gletsjers zijn ons aan het verlaten.
Ze krimpen en trekken zich terug.
Sommige zijn al helemaal verdwenen.
Nu ik in Canada woon
breng ik af en toe een bezoek aan een van mijn lokale gletsjers.
Deze hier is bijzonder interessant,
want van alle gletsjers in Noord-Amerika,
ontvangt hij het hoogste volume aan menselijk verkeer per jaar.
Ze rijden met bussen op en over de stuwwal
en zetten mensen af op het oppervlak van de gletsjer.
Dit heeft me echt aan het denken gezet
over de ervaring van onze eerste ontmoeting.
Als ik voor de allereerste keer op een gletsjer kom,
wat moet ik dan doen?
Er bestaat geen vorm van sociaal protocol voor.
Ik weet nog niet eens
hoe hallo te zeggen.
Kerf ik een bericht in de sneeuw?
Of misschien kan ik er een neerleggen
met stip-en-streepijsblokjes -
Morsecode met ijsblokjes.
Of misschien moet ik mezelf omvormen tot een sprekend werktuig
als een ijzige megafoon
die ik kan gebruiken om mijn stem te versterken
als ik hem op het ijs richt.
Maar echt de meest bevredigende ervaring die ik heb gehad
is het luisteren.
Dat is ook nodig in een goede relatie.
Ik was echt getroffen door hoezeer het mij beïnvloedde.
Deze zeer fundamentele verschuiving in mijn fysieke oriëntatie
hielp me mijn perspectief te verschuiven
ten opzichte van de gletsjer.
Omdat we uitrustingen gebruiken
om erachter te komen hoe we ons dezer dagen tot de wereld verhouden,
maakte ik het Omhels een Gletsjer Pak.
(Gelach)
gemaakt van warmtereflecterend materiaal
om het verschil in temperatuur
tussen het menselijk lichaam en het gletsjerijs uit te middelen.
Dit nodigt mensen uit
om neer te gaan liggen op de gletsjer
en hem een knuffel te geven.
Dus, ja, dit is eigenlijk nog maar het begin.
Dit zijn mijn eerste mijmeringen over dit project.
En net als ik bij de muur meer muurachtig wilde worden,
wil ik me met dit project graag een meer glaciaal tempo aanmeten.
Het is mijn bedoeling
om de komende 10 jaar
met een reeks samenwerkingsprojecten te beginnen
met mensen uit verschillende disciplines -
kunstenaars, technologen, wetenschappers -
om aan dit project te werken en uit te vissen
hoe we mens-gletsjer relaties kunnen verbeteren.
Om te besluiten
wil ik zeggen dat dit tijdperk
van communicatie en uitrustingproliferatie,
echt geweldig, spannend en sexy is.
Maar ik denk dat wat echt belangrijk is,
is na te denken over hoe we tegelijkertijd
een gevoel van verwondering en kritische zin kunnen behouden
over de instrumenten die we gebruiken en de manieren waarop we ons verhouden tot de wereld.
Dank.
(Applaus)