Dag allemaal, mijn naam is Laura Dekker en ik ben 18. Twee jaar geleden werd ik de jongste solozeilster rond de wereld. Net als de andere jonge inspiraties van vandaag, had ook ik een droom en ging ervoor. Ik begin met een filmpje om je een indruk te geven van wat ik heb gedaan. (Muziek) 's Ochtends luister ik naar de SSB en praat met andere zeilers. En gooi alle vliegende vissen weer van het dek af. En kleine inktvisjes. (Maakt dierengeluid) En nu ga ik mijn pannenkoek offeren aan Neptunus! O, hij is op het dek geland. (Muziek) ♪ Rushing feet ♪ ♪ An offbeat man ♪ ♪ I barely even leave a footprint ♪ ♪ Dancing as fast as I can ♪ Vanaf mijn zesde zat ik altijd op het water in bootjes. Toen ik zeven was, deed ik aan wedstrijdzeilen. Toen ik tien was kocht ik mijn eigen zeewaardige jacht, dat ik kocht met mijn eigen geld dat ik in de jaren ervoor had verdiend. Mijn moeder is niet echt een zeiler. Mijn vader wel, hij bouwt z'n eigen boten. Zeven jaar lang hebben ze de wereld rondgezeild, hoewel mijn moeder dat niet leuk vond. (Gelach) Nogal indrukwekkend. Na een paar jaar, in Whangarei, Nieuw-Zeeland, werd ik geboren. In de volgende vijf jaar zeilde ik met ze terug naar Nederland. waar we vandaan kwamen. Daar was mijn moeder het zeilen zat, en tegen die tijd werd mijn zus Kim geboren. Met twee kindjes op een kleine boot wonen vond ze volgens mij niet leuk meer, dus verhuisden we naar een huis. Maar het huwelijk van mijn ouders, helaas, ging aan land niet zo goed als op zee. Ze scheidden. Als zesjarige moest ik kiezen bij wie ik wilde wonen. Ik koos voor mijn vader. Mijn zus ging automatisch naar mijn moeder en onze levens scheidden zich. M'n vader was z'n negende boot voor zichzelf aan het bouwen. Deze keer wat groter dan die anderen. Een Noorse viskotter van 18 meter, nu bijna af. Hij was ermee begonnen toen ik zes was. (Gelach) Ik ben opgegroeid op die boot. Ik ben opgegroeid op scheepswerven, tussen boten en het water, dus ik begon vroeg met zeilen. Als tienjarige had ik mijn zeewaardige jacht al. Ik zeilde heel Nederland rond, waar ik zo'n beetje opgroeide na de grote reis. Ik zeilde meestal alleen, samen met mijn hond, maar hij was nutteloze bemanning. Hij beschermde me wel, maar hij hielp niet echt met zeilen. Ik moest echt alles alleen doen. In die jaren leerde ik alles wat ik moest weten over navigatie, weersystemen, alle dingen die ik kon leren over zeilen. Ik heb veel van mijn vader geleerd, maar eigenlijk leerde ik alles door het te doen omdat ik het wilde. Toen ik elf was deed ik dat nog een keer, en ging ik wat verder, naar de eilanden boven Nederland en naar de zee. Toen ik 13 was, zeilde ik naar Engeland, alleen. Ik denk dat mijn ouders dat niet leuk vonden. Ik heb maar niets verteld. (Gelach) De politie moest me oppakken in Engeland en me terugbrengen, maar ik wist dat ik verder wilde gaan. Die tocht... ik wist dat ik er klaar voor was! Ik was het Kanaal overgestoken en dat was iets wat ik wilde doen. Het Engelse Kanaal is erg druk, met veel boten. Erg moeilijk navigeren en het weer is ook niet zo goed. Toen dat lukte, dacht ik: ik kan nu de wereld rondzeilen. Ik begon mijn boot voor te bereiden. Een kleine boot, 6,7 meter lang. Er waren niet veel mensen die het idee net zo leuk vonden als ik. Het hele Nederlandse parlement en alle Nederlanders die al snel van mijn plan hoorden nadat iemand die ervan hoorde het in de media bekendmaakte. Niet zo goed voor mij. Ik moest een jaar lang tegen de overheid strijden, acht rechtszaken, maar ik bleef strijden want ik wilde het zo graag doen. Het was mijn droom, mijn doel, en ik ging door. Ik vocht tegen de overheid en dat valt niet mee. maar ik vond een maas in het net en vertrok. Ik ruilde mijn boot voor een kits van 12 meter, die ik ook Guppy noemde. Ik woon er nog steeds in. Toen ik 14 was vertrok ik vanuit Zuid-Europa, alleen, en ging naar de Canarische Eilanden, Kaap-Verdië, en naar de Caraïben, en ondervond dat een huis niet uit zichzelf schoon wordt. Hmm? (Gelach) Je moet wel je was doen, maar hoe doe je dat? Eten maken...spaghetti? Tja, geen koelkast aan boord, geen douche aan boord. Alleen basisnavigatie, want ik houd niet van sponsors. Ik houd niet van mensen die me vertellen wat ik moet doen. Dat betekent wel dat ik alles zelf moet doen. Ik leerde heel snel. Ik kookte voor mezelf en deed de was zelf. Er stonden in de haven geen mensen te wachten, dus ik moest ook alles zelf repareren. Via de Caraïben de Stille Oceaan op, naar het noorden van Australië. Tegen die tijd had ik heel wat gezeild en kende ik de boot goed. Ik was toe aan een nieuwe uitdaging. Ik zeilde van Australië naar Zuid-Afrika zonder te stoppen. 6000 zeemijl, 48 dagen. Waarom? Gewoon omdat ik het het wilde. (Gelach) Mijn boot is niet echt geschikt voor lange tochten. Er is minder dan 50 liter water, 100-200 liter brandstof. Dat is het, en nog wat eten, veel spaghetti. (Gelach) Ik dacht, ik ga er gewoon voor, en als dat niet werkt, zeil ik gewoon naar een eiland. Er zal vast wel regen vallen die ik kan drinken, ik red me wel. Ik ging er dus voor. En dat werd een van de mooiste tochten, omdat je alleen bent met de natuur, met de wind mee... Twee weken had ik geen wind, heel frustrerend. Toen kreeg ik een paar keer storm. Dat was fijn, na die windstilte. terwijl ik niet eens dichter bij mijn doel kwam. Mentaal was deze tocht geweldig omdat ik mezelf goed leerde kennen, en omdat ik mijn droom kon vervullen. Ik had mijn doelen bepaald en ging er gewoon voor. Aankomen in Zuid-Afrika na 48 dagen, was het beste gevoel dat ik ooit had. Ik wilde niet terug naar het land, ik was gelukkig op zee. Gewoon daarbuiten zijn, in vrede, de stilte, het was fantastisch! In bleef een week in Zuid-Afrika en toen ging ik terug naar de Caraïben. En nog 6000 mijl rechtdoor, 41 dagen lang. Een jaar en een dag na mijn vertrek uit de Caraïben kwam ik terug, maar ik had natuurlijk wel langer alleen gezeild. Ja, ik had de droom vervuld die ik al mijn hele leven had. "Wat ga ik nou helemaal doen". Ik zat op een pier en dacht na. "Ik wil echt niet terug naar Nederland. Wat moet ik daar doen? Studeren? Nee!" Ik had wat gestudeerd op de boot, mijn middelbare school gedaan, maar het leek me nogal saai. Ik ging dus door met zeilen richting Nieuw-Zeeland. Gewoon kijken waar ik vandaan kom, waar ik was geboren. Ik vond het prachtig! Afgelopen jaar kwam ik aan en ik bleef. Ik reisde veel, ik schreef een boek met mijn verhaal, en ik heb nog heel wat dromen. Die moet je altijd hebben, maar je moet er wel voor gaan. Mijn volgende droom is kapitein worden op grotere schepen, zodat ik niet naar land moet om te werken, en ik kan blijven en doen wat ik leuk vind. Dat wil ik je vandaag meegeven. Als je een droom hebt, en ik weet dat iedereen die heeft, ook al besef je dat niet zo, en er is iets dat je echt, echt wilt... Gewoon ervoor gaan, niet bang zijn! Het kan moeilijk zijn, het ís moeilijk. Ik moest heel lang vechten. Hoe moeilijker, hoe meer je ervoor terug krijgt als je je dromen waar maakt. Dank je wel. (Applaus)