Mensen hebben veel verlangens
maar hun grootste verlangen is geluk.
Aristoteles noemde geluk 'het grote goed',
in dienst waarvan al het andere staat.
Volgens hem is de reden waarom we
een groot huis, een grote auto,
of een goede baan willen
niet de intrinsieke waarde ervan.
Wij verwachten dat ze ons gelukkig maken.
Wij verwachten dat ze ons gelukkig maken.
Wij Amerikanen hebben de laatste 50 jaar
veel van de dingen gekregen die we willen.
We zijn rijker.
We leven langer.
We hebben toegang tot technologie
die enkele jaren geleden
science fiction had geleken.
Paradoxaal is, dat ondanks de dramatische verbetering
van onze objectieve levensomstandigheden,
wij niet gelukkiger zijn geworden.
Misschien omdat deze
conventionele noties van vooruitgang
geen groot geluk hebben opgeleverd,
was er recentelijk meer interesse
in geluk zelf.
Mensen twisten al duizenden jaren
over de oorzaken van geluk,
maar schijnbaar
zonder veel antwoorden te vinden.
Zoals in veel andere gebieden van het leven
kan de wetenschappelijke methode
hier mogelijk antwoorden verschaffen.
De laatste jaren was er een explosie
van onderzoek naar geluk.
We hebben bijvoorbeeld veel ontdekt
over zijn demografie.
Welke rol spelen dingen als inkomen
en onderwijs, sekse en huwelijk?
Maar een van de raadsels die dit opleverde
was dat deze dingen geen sterk effect hebben.
Ja, het is beter om veel te verdienen dan weinig,
of om een goede opleiding te hebben,
maar de verschillen in geluk zijn meestal klein.
Dat roept de vraag op:
wat zijn de oorzaken van geluk?
Ik denk dat we deze vraag
nog niet beantwoord hebben,
maar dat een mogelijk antwoord kan zijn
dat geluk wellicht veel te maken heeft
met onze ervaringen van moment op moment.
Het lijkt erop dat hoe we leven,
wat we doen, met wie we zijn,
waaraan we denken,
ons geluk sterk beïnvloeden,
maar toch
waren deze dingen juist erg moeilijk,
of bijna onmogelijk te bestuderen
voor wetenschappers.
Een paar jaar geleden bedacht ik een manier
om op grote schaal
het geluk van mensen te onderzoeken
in hun dagelijkse leven.
Dit was niet eerder mogelijk.
Het heet trackyourhappiness.org,
en gebruikt de iPhone om in 'real time'
het geluk van mensen te observeren.
Hoe werkt dit?
Ik stuur mensen signalen
op willekeurige momenten op de dag
en stel hen dan
een aantal vragen over hun ervaringen
op het moment vlak vóór het signaal.
Het idee is als volgt:
we kunnen zien hoe bij mensen
het geluk schommelt gedurende de dag --
van minuut op minuut soms.
We proberen te begrijpen hoe hun activiteiten,
hun gezelschap, waaraan ze denken
en alle andere factoren die je dag beschrijven,
zich verhouden tot de veranderingen in geluk.
Zo ontdekken we wellicht
wat werkelijk invloed heeft
op geluk.
We konden met dit project
veel gegevens verzamelen.
Meer dan ooit tevoren, denk ik.
Ruim 650.000 actuele rapportages
van ruim 15.000 mensen.
Het zijn niet alleen véél mensen,
maar het is ook een heel gevarieerde groep:
mensen van alle leeftijden,
van 18 tot achter in de 80,
uit diverse inkomensgroepen, opleidingsniveaus.
Getrouwd, gescheiden,
weduwen en weduwnaars...
Ze vertegenwoordigen gezamenlijk
86 beroepsgroepen en komen uit ruim 80 landen.
De rest van mijn tijd met jullie vandaag,
wil ik het hebben over
een van de gebieden die we onderzochten,
en dat is dagdromen.
Wij hebben als mensen het unieke vermogen
om geestelijk af te dwalen van het huidige moment.
Deze man zit achter zijn computer,
maar mogelijk denkt hij aan
de vakantie van vorige maand,
of vraagt zich af wat hij zal eten.
Misschien maakt hij zich zorgen over kaalheid.
(Gelach)
Dit vermogen om onze aandacht
te richten op iets anders
dan het nu is verbazingwekkend.
Het stelt ons in staat
om te leren en plannen en redeneren
zoals geen andere diersoort kan.
Toch is niet duidelijk wat de relatie is
tussen dit vermogen en ons geluk.
Je hebt waarschijnlijk mensen horen zeggen
dat je in het moment moet leven.
"Leef in het nu",
je hebt het waarschijnlijk al honderd maal gehoord.
Misschien moeten we,
om echt gelukkig te zijn,
volledig gefocust blijven op het huidige moment.
Misschien hebben deze mensen gelijk.
Misschien is dagdromen slecht.
Van de andere kant: als onze geest afdwaalt,
is hij ongebonden. We kunnen onze fysieke realiteit
niet veranderen,
maar geestelijk kunnen we overal heen.
Aangezien we weten dat mensen gelukkig willen zijn,
dwalen hun gedachten wellicht af
naar gelukkiger oorden.
Dat zou logisch zijn.
Dus: misschien maken de geneugten van de geest
ons gelukkiger door dagdromen.
Dus: misschien maken de geneugten van de geest
ons gelukkiger door dagdromen.
Ik ben wetenschapper
en daarom wil ik deze kwestie
graag oplossen met wat gegevens.
Ik wil jullie wat data presenteren van drie vragen
die ik stel met 'Track Your Happiness'.
Dit komt dus uit actuele ervaringen van mensen.
Er zijn drie vragen. De eerste is een geluksvraag:
Hoe voelde je je?
Op een schaal van zeer slecht tot zeer goed.
Als tweede een activiteitenvraag:
Wat ben je aan het doen?
Van een lijst van 22 verschillende activiteiten
met dingen als eten, werken, tv-kijken.
Als laatste een dagdroomvraag:
Denk je aan iets anders
dan wat je momenteel doet?
Mensen konden zeggen:
"Nee, ik ben gefocust op mijn taak."
Of: "Ja, ik dacht aan iets anders."
Het onderwerp kon aangenaam,
neutraal of onaangenaam zijn.
Alle 'ja-antwoorden' vielen onder dagdromen.
Wat leverde het ons op?
Deze grafiek toont geluk op de verticale as
en je kan zien hoe gelukkig mensen zijn
wanneer ze gefocust zijn op het moment
en niet dagdromen.
Wat blijkt? Mensen zijn aanzienlijk minder gelukkig
wanneer hun geest afdwaalt.
Nu denk je misschien, oké,
mensen zijn minder gelukkig als ze dagdromen,
maar als hun geest afdwaalt
van iets dat niet zo aangenaam is
dan zal dagdromen toch zeker positief uitpakken?
Nee hoor. Het blijkt dat
mensen minder gelukkig zijn tijdens dagdromen,
wat ze ook aan het doen waren.
Mensen houden bijvoorbeeld niet zo van forensen.
Het is een van hun minst geliefde bezigheden,
en toch zijn ze aanzienlijk gelukkiger wanneer ze
erop gefocust zijn, dan wanneer hun geest
ergens anders heen dwaalt.
Verbazingwekkend.
Hoe kan dat?
Ik denk dat het vooral is,
omdat we tijdens het dagdromen
vaak aan onplezierige dingen denken,
en dan zijn we veel minder gelukkig.
Onze zorgen, onze angsten, onze spijt.
Maar zelfs als mensen denken aan iets neutraals,
zijn ze nog aanzienlijk minder gelukkig
dan wanneer ze helemaal niet afdwalen.
Zelfs als ze denken aan iets aangenaams,
zijn ze iets minder gelukkig
dan wanneer ze niet afdwalen.
Dagdromen is als een gokautomaat
waar je kans maakt om 50 dollar, 20 dollar,
of één dollar te verliezen.
Je zou wel gek zijn. (Gelach)
Nu heb ik gesuggereerd,
dat dagdromen je ongelukkig maakt,
maar ik heb alleen maar
een verband tussen deze twee zaken aangetoond.
Het is mogelijk, maar ook is mogelijk
dat mensen dagdromen als ze ongelukkig zijn.
Misschien is dat het?
Hoe kunnen we
deze twee mogelijkheden ontwarren?
Eén ding dat we kunnen benutten, waarover we
het allemaal eens zullen zijn,
is dat tijd voorwaarts gaat,
niet achteruit.
Het gevolg komt na de oorzaak.
De gegevens verschaffen vele antwoorden
van elke persoon.
Dus kunnen we kijken: gaat dagdromen meestal
vooraf aan ongelukkig zijn,
of volgt het erop?
Dit kan ons inzicht verschaffen in
de causale richting.
Er blijkt een sterke relatie te zijn tussen
nu dagdromen en even later ongelukkig zijn,
wat er op wijst dat dagdromen
mensen ongelukkig maakt.
Andersom is er geen relatie
tussen nu ongelukkig zijn
en even later dagdromen.
Met andere woorden: dagdromen lijkt hoogstwaarschijnlijk
oorzaak te zijn, en niet slechts een gevolg,
van ongelukkig zijn.
Zonet vergeleek ik dagdromen
met een gokautomaat
waarop je nooit zou willen spelen.
Nou, hoe vaak dwalen mensen af?
Vaak. Heel erg vaak zelfs.
47% van de tijd denken mensen aan andere dingen
dan aan wat ze momenteel aan het doen zijn.
Hoe hangt dat af van wat mensen doen?
Hier zie je de mate van dagdromen bij 22 activiteiten.
Van 65% wanneer mensen (Gelach)
aan het douchen zijn of hun tanden poetsen,
tot 50% wanneer ze werken,
tot 40% wanneer ze trainen,
helemaal tot deze korte staaf aan de rechterkant
waar sommigen van jullie waarschijnlijk om lachten.
10% van de mensen dwalen af tijdens
het hebben van seks. (Gelach)
Maar er is iets interessants aan deze grafiek.
Op één uitzondering na dagdromen mensen,
wat ze ook aan het doen zijn,
tenminste 30% van de tijd.
Dat wijst er volgens mij op
dat dagdromen niet alleen veel voorkomt,
het is alomtegenwoordig.
Het doordringt zo'n beetje alles wat we doen.
Ik heb jullie wat verteld over dagdromen,
een variabele die een grote rol lijkt te spelen
in de formule voor geluk.
Ik hoop dat we, door het volgen van
het actuele geluk van mensen
en hun dagelijks ervaringen,
belangrijke oorzaken van geluk
kunnen ontdekken
en dat dit ons helpt naar een toekomst
die niet alleen rijker en gezonder is,
maar ook gelukkiger.
Dank je wel. (Applaus)
(Applaus)