Ik wil jullie een
verhaal vertellen
over een klein meisje, Naghma.
Naghma leefde in een vluchtelingenkamp
met haar ouders en haar
acht broers en zussen.
Ieder ochtend hoopte haar vader
dat hij gekozen zou worden
voor werk in de bouw.
In een goede maand
verdiende hij 50 dollar.
Het was een erg strenge winter.
Naghma's broer stierf
en haar moeder werd ernstig ziek.
Uit wanhoop ging haar vader
naar de buren
om 2.500 dollar te lenen.
Na enkele maanden wachten,
werd de buurman ongeduldig
en eiste terugbetaling.
Helaas had Naghma's vader
het geld niet
en daarom besloten de twee mannen
tot een Jirga.
Een Jirga is
een soort mediatie
die gebruikt wordt in Afghanistans
informele rechtsstelsel.
Doorgaans wordt die voorgezeten
door religieuze leiders
en dorpsoudsten,
en Jirga's worden vaak in rurale landen
als Afghanistan gebruikt
waar een diepzittende wrevel
jegens het formele systeem bestaat.
Bij de Jirga zaten de mannen
bij elkaar
en besloten dat de schuld
het beste kon worden voldaan
door Naghma te laten trouwen
met de 21-jarige zoon van de buren.
Zij was zes jaar oud.
Verhalen zoals van Naghma
zijn helaas alledaags,
en vanuit onze comfortabele positie
lijken deze verhalen al snel
een harde klap tegen
de rechten van de vrouw.
Als je het nieuws over Afghanistan volgde,
heb je misschien het beeld dat
het een gefaalde staat is.
Maar Afghanistan heeft wel degelijk
een rechtssysteem,
en hoewel Jirgas voortkomen
uit lang bestaande stamgewoontes,
hoort men zelfs in Jirgas
de wet te volgen
en het spreekt vanzelf
dat een kind weggeven
om een lening terug te betalen
niet alleen totaal immoreel,
maar ook illegaal is.
In 2008 ging ik naar Afghanistan
voor een gesubsidieerd programma
van oorspronkelijk negen maanden,
om Afghaanse advocaten te trainen.
In deze negen maanden heb ik veel gereisd
en ik heb met honderden
gedetineerden gesproken,
en met vele bedrijven
die in Afghanistan opereren.
En gedurende deze gesprekken
ging ik de verbindingen begrijpen
tussen bedrijven en de mensen
en hoe wetten, bedoeld
om mensen te beschermen,
onvoldoende gebruikt werden,
terwijl grove en illegale straffen
overmatig gebruikt werden.
Daarom ben ik op
zoek gegaan naar gerechtigheid.
Gerechtigheid betekent voor mij
dat wetten gebruikt worden
waarvoor ze zijn bedoeld:
om te beschermen.
De rol van wetten is: te beschermen.
Ik heb toen besloten een
private praktijk te openen
en werd de eerste buitenlander
die in Afghaanse rechtbanken procedeerde.
Gedurende deze tijd
bestudeerde ik vele wetten,
sprak met vele mensen,
bestudeerde vele zaken,
en zag dat het gebrek aan gerechtigheid
niet alleen een Afghaans probleem is,
maar ook een mondiaal probleem.
En terwijl ik aanvankelijk terugschrok
voor mensenrechtenzaken
omdat ik bezorgd was
hoe dit mij professioneel
en privé zou beïnvloeden,
besloot ik dat de behoefte aan
gerechtigheid zo groot was
dat ik deze niet langer
kon negeren.
Daarom begon ik ook
mensen zoals Naghma
gratis te representeren (pro bono).
Na in Afghanistan te zijn geweest,
en in ruim 10 jaar als advocaat,
heb ik zowel directeuren van
Fortune-500-bedrijven
als ambassadeurs en kleine meisjes
zoals Naghma gerepresenteerd
en met groot success.
De reden voor mijn success is
heel simpel:
ik werk vanuit de kern van het systeem
en gebruik de wetten
zoals ze bedoeld zijn.
Ik merk dat
gerechtigheid bereiken
op plekken als Afghanistan
heel moeilijk is, om drie redenen.
De eerste reden is simpel gezegd,
dat mensen niet weten
wat hun rechten zijn,
en ik merk dat dit
een mondiaal probleem is.
De tweede reden
is dat zelfs wetten uit het wetboek
vaak worden vervangen of genegeerd
door stamgewoontes,
zoals tijdens de eerste Jirga
waarin Naghma werd verhandeld.
Het derde probleem
om gerechtigheid te bereiken
is dat advocaten of anderen
niet bereid zijn
om te vechten voor de goede,
bestaande wetten.
Dit is wat ik doe: ik gebruik
bestaande wetten.
vaak ongebruikte wetten,
en ik gebruik deze in het voordeel
van mijn cliënten.
Wij moeten gezamenlijk een
mondiale cultuur creëren
van mensrechten
en investeren in een mondiale
mensenrechteneconomie.
Door in deze geest te werken,
kunnen we gerechtigheid
mondiaal aanzienlijk verbeteren.
Nu terug naar Naghma.
Diverse mensen
hoorden dit verhaal
en contacteerden mij omdat zij
die 2.500 dollar wilden betalen.
Dit is niet zo simpel;
dit probleem is niet simpelweg
met geld op te lossen.
Zo werkt het niet in Afghanistan.
Dus ik zei dat ik
ermee aan de slag zou gaan
op voorwaarde dat men
een tweede Jirga
in gang zou zetten,
een Jirga van beroep.
Om dit te laten gebeuren,
moesten wij ouderen van
het dorp verzamelen,
de stamleiders bij elkaar brengen,
de religieuze leiders.
Naghmas vader moest akkoord gaan,
de buurman,
en ook zijn zoon moest akkoord gaan.
En ik dacht: als ik me
voor deze zaak ga inzetten,
moeten zij accepteren
dat ik voorzitter ben.
Na uren praten
en hen opsporen
en ongeveer 30 kopjes thee,
gingen ze uiteindelijk akkoord
dat we een tweede Jirga
zouden houden
en dat gebeurde ook.
En bij de tweede Jirga
plaatsten wij deze keer
het wetboek centraal,
en het was heel belangrijk voor mij
dat iedereen begreep
dat Naghma recht had
op bescherming.
Aan het eind van deze Jirga
besliste de rechter
dat het eerste besluit gewist werd,
en dat de schuld van 2.500 dollar
voldaan was.
We ondertekenden allemaal
een rechterlijk bevel
waarin alle mannen erkenden
dat ze illegaal hadden gehandeld,
en ze bij herhaling
naar de gevangenis moesten.
En --
(Applaus)
Dank je.
En het belangrijkste:
de verloving was verbroken
en Naghma was vrij.
De bescherming van Naghma
en haar recht om vrij te zijn,
beschermt ons.
Mijn baan brengt nogal wat
risico's met zich mee.
Ik ben tijdelijk opgesloten.
Ik werd ervan beschuldigd
een bordeel te runnen,
beschuldigd een spion te zijn.
Er werd een granaat gegooid
naar mijn kantoor.
Maar hij ging niet af.
Toch vind ik dat in mijn werk
de beloning zwaarder weegt
dan de risico's
en hoe veel risico's ik ook neem,
mijn cliënten nemen veel grotere risico's,
hebben veel meer te verliezen
als hun zaken niet aan bod komen,
of ze gestraft worden omdat
zij mij als advocaat hebben.
Met elke rechtszaak die ik aanga,
realiseer ik me, dat zoals ik
achter mijn cliënten sta,
deze ook mij ondersteunen.
Dit motiveert mij verder te gaan.
De invloed van de wet
is cruciaal om ons allemaal
te beschermen.
Journalisten zijn onontbeerlijk
als het erom gaat
het publiek hierover te informeren.
Te vaak vergeten we,
als journalisten ons informeren,
waar die informatie vandaan komt.
Dit is een foto van het
Britse perskorps in Afghanistan.
Hij is enkele jaren geleden genomen
door mijn vriend David Gill.
Volgens het Comité ter Bescherming
van Journalisten
zijn sinds 2010 duizenden journalisten
bedreigd, verwond,
vermoord, opgesloten.
Te vaak vergeten wij bij het
krijgen van die informatie
om wie het gaat of hoe
die informatie ons bereikte.
Wat vele journalisten doen,
zowel buitenlandse als inheemse,
is zeer opmerkelijk,
vooral in plaatsen als Afghanistan,
en dit moeten we nooit vergeten,
want wat zij beschermen,
is niet alleen ons recht
die informatie te ontvangen
maar ook de vrijheid van de pers,
die van levensbelang is
voor een democratische maatschappij.
Matt Rosenberg is
journalist in Afghanistan.
Hij werkt voor The New York Times
en schreef helaas
enkele maanden geleden een artikel
dat mensen uit de regering niet beviel.
Het resultaat was, dat hij tijdelijk
vastgehouden werd
en illegaal uit het land verbannen.
Ik representeer Matt,
en was in staat de regering
wettelijk te laten erkennen
dat hij daadwerkelijk
illegaal verbannen werd
en dat vrijheid van de pers
in Afghanistan bestaat
en dat niet-naleving hiervan
gevolgen heeft.
Ik ben blij te kunnen melden
dat hij sinds enkele dagen
van de Afghaanse regering
een formele uitnodiging heeft
terug te komen
en zij hun verordening tegen hem
hebben teruggedraaid.
(Applaus)
Als je één journalist censureert,
intimideert dit anderen
en straks zijn hele naties monddood.
Het is belangrijk dat wij
onze journalisten
en de vrijheid van de pers beschermen,
omdat dit regeringen verantwoordelijker
en transparant maakt.
Bescherming van journalisten
en ons recht informatie te ontvangen,
beschermt ons.
Onze wereld verandert.
Wij leven nu in een andere wereld
en wat eens individuele problemen waren
zijn nu mondiale problemen van ons allen.
Twee weken geleden vond in Afghanistan
de eerste democratische
machtswisseling plaats.
Men koos president Ashraf Ghani,
wat geweldig is,
en ik ben heel optimistisch over hem.
Ik hoop dat hij Afghanistan
de veranderingen geeft die nodig zijn,
vooral in de rechtspraak.
Wij leven in een andere wereld.
Wij leven in een wereld
waar mijn achtjarige dochter
alléén een zwarte president kent.
Het is goed mogelijk
dat onze volgende president
een vrouw is.
Als zij ouder wordt,
zal ze zich misschien afvragen:
kan een blanke man ook
president worden?
(Gelach)
(Applaus)
Onze wereld verandert,
en wij moeten mee veranderen.
Wat eens onze individuele
problemen waren,
zijn problemen voor ons allen.
Volgens UNICEF worden tegenwoordig
ruim 280 miljoen jongens en meisjes
uitgehuwelijkt voor ze 15 zijn.
Tweehonderd en tachtig miljoen.
Kinderhuwelijk verlengt de vicieuze cirkel
van armoede, slechte gezondheid,
gebrek aan educatie.
Op 12-jarige leeftijd
werd Sahar uitgehuwelijkt.
Ze werd tot dit huwelijk gedwongen
en verkocht door haar broer.
Toen ze bij haar schoonfamilie ging wonen,
dwongen ze haar tot prostitutie.
Omdat zij weigerde, werd zij gemarteld.
Ze werd ernstig mishandeld
met metalen staven.
Ze verbrandden haar lichaam.
Ze bonden haar vast in de kelder
en hongerden haar uit.
Ze gebruikten tangen om haar
vingernagels te verwijderen.
Op een gegeven moment
wist zij te ontsnappen
uit deze folterkamer
naar het huis van de buren.
Maar in plaats van haar te beschermen,
sleepten ze haar terug
naar het huis van haar man,
waar ze nog erger gemarteld werd.
Toen ik Sahar voor het eerst ontmoette,
had Women for Afghan Women
haar gelukkig
een veilig toevluchtsoord gegeven.
Als advocaat probeer ik
heel erg sterk te zijn
voor al mijn cliënten.
Dat is heel belangrijk voor mij.
Maar toen ik haar zag,
hoe geschonden en
buitengewoon zwak zij was,
was erg moeilijk.
Het duurde weken voordat wij begrepen
wat er met haar gebeurd was
toen ze in dat huis zat.
Uiteindelijk begon zij toch
zich naar mij open te stellen.
Wat ik hoorde, was
dat zij niet wist
wat haar rechten waren,
maar ze wist dat ze
enige bescherming genoot
van de regering,
die het had laten afweten.
Dus konden we praten
over haar wettelijke mogelijkheden.
Wij besloten met haar zaak
naar het opperste
gerechtshof te gaan.
Dit is buitengewoon belangrijk,
omdat dit de eerste keer was
dat een slachtoffer van
huishoudelijk geweld in Afghanistan
door een advocaat vertegenwoordigd werd.
Een wet die al vele jaren
in de boeken staat,
maar vóór Sahar nog nooit was toegepast.
Daarnaast besloten we
ook een process wegens
civiele schade aan te spannen,
wederom met een wet die
nooit eerder gebruikt werd.
Wij gebruikten deze voor haar zaak.
Voor het Hooggerechtshof
pleitten we voor 12 Afghaanse rechters.
Ik als Amerikaanse vrouwelijke advocaat,
en Sahar, een jonge vrouw
die bij onze kennismaking
niet meer kon dan fluisteren.
Zij stond op,
ze vond haar stem,
en mijn meisje zei hen,
dat ze gerechtigheid wilde
en dat kreeg ze.
Uiteindelijk besloot het hof unaniem
dat haar schoongezin zou worden
gearresteerd voor hun daden,
dat haar klotebroer ook
gearresteerd moest worden
omdat hij haar verkocht ---
(Applaus) ---
en zij gingen akkoord
dat zij inderdaad recht had
op civiele vergoeding.
Sahar liet zien dat wij
slechte gebruiken kunnen tegengaan
door de wetten te gebruiken
zoals ze bedoeld zijn.
Door het beschermen van Sahar,
beschermen wij onszelf.
Na ruim 6 jaar in Afghanistan
te hebben gewerkt,
denken veel van mijn
familie en vrienden
dat mijn werk er zo uitziet:
(Gelach)
In realiteit ziet wat ik doe, er zo uit:
Wij kunnen allemaal íets doen.
Ik zeg niet dat iedereen
naar Afghanistan moet gaan,
maar wij kunnen allemaal bijdragen
aan een mondiale economie van
mensenrechten.
Wij kunnen een cultuur scheppen
van transparantie en wettelijkheid
en overheden aanspreken
op hun verantwoordelijkheden
zoals zij ook bij ons doen.
Enkele maanden geleden kreeg ik bezoek
van een Zuid-Afrikaanse advocaat.
Hij zei: "Ik wilde je ontmoeten.
Ik wilde zien hoe een
waanzinnige eruit ziet. "
De wetten zijn van ons,
ongeacht je etniciteit,
nationaliteit, geslacht of ras.
Ze zijn van ons,
en voor gerechtigheid vechten is
geen daad van waanzin.
Ook het bedrijfsleven moet wakker worden.
Een bedrijfsinvestering in mensenrechten
is een meerwaarde voor jullie bedrijven.
Of je nu een bedrijf, een ngo,
of een privé persoon bent,
het recht is tot nut van iedereen.
Door eensgezind samen te werken
in de mensen-, de openbare
en private sector,
kunnen wij een mondiale
economie van mensenrechten scheppen
waarin iedereen wereldwijd
investeert in mensenrechten.
Zodoende kunnen we samen
gerechtigheid bewerkstelligen.
Dank u.
(Applaus)