Als kind hield ik altijd van informatie
die ik uit gegevens haalde
en van de verhalen die met getallen
konden worden verteld.
Ik herinner me dat ik vroeger
baalde van mijn ouders,
die logen als ze getallen gebruikten.
"Talithia, ik heb het al een keer gezegd,
ik heb het al duizend keer gezegd."
Nee pap, je hebt het 17 keer gezegd
en twee keer
was het niet mijn schuld. (Gelach)
Dat is een van de redenen
dat ik promoveerde in statistiek.
Ik wilde altijd weten wat mensen
wilden verbergen met getallen.
Als statisticus
wil ik dat mensen me
de gegevens laten zien
zodat ik zelf kan beslissen.
Donald en ik waren zwanger
van ons derde kind
en we waren op 41 en een halve week.
Sommigen van jullie weten
dat ik dan over tijd was.
Statistici zeggen dan
binnen 95 procent
betrouwbaarheidsinterval.
(Gelach)
In deze fase
moesten we elke paar dagen langskomen
voor een stress-test voor de baby,
gewoon routine.
Het test of de baby enige vorm
van bovenmatige stress voelt.
Je ziet haast nooit je eigen dokter
maar degene die toevallig
dienst heeft op die dag.
We komen dus langs voor een stress-test
en na 20 minuten zegt de dokter:
"Je baby heeft stress, we gaan inleiden."
Als statisticus, wat is dan mijn reactie?
Laat me de gegevens zien.
Hij gaat ons dan vertellen
dat de polsslag 18 minuten is gemeten
en in het normale gebied zat
maar dat het twee minuten in,
wat later bleek,
mijn polsslag zat.
Ik zei: "kan het
mijn hartslag zijn geweest?"
Ik bewoog een beetje
omdat je moeilijk stil kunt blijven liggen
41 weken zwanger voor 20 minuten.
Misschien schoof het heen en weer."
Hij zei: "We willen geen risico nemen."
Ik zei: "Oké.
Als ik op 36 weken zou zitten
met dezelfde gegevens,
zou u dan ook gaan inleiden?"
"Nee, dan zou ik wachten
totdat je op 38 weken was,
maar je zit op 42.
Er is geen reden de baby te laten zitten.
We gaan een kamer regelen."
Ik zei: "Als we het nou nog een keer doen:
we verzamelen meer gegevens.
Ik kan proberen 20 minuten stil te liggen.
Dan nemen we het gemiddelde
en kijken wat dat betekent." (Gelach)
Hij zegt:
"Wel,
mevrouw, ik wil gewoon dat u
geen miskraam krijgt."
Dat willen we alledrie.
Hij zegt:
"Uw kans op een miskraam wordt
verdubbeld als u over tijd bent.
We regelen een kamer."
Wat is mijn reactie als statisticus dan?
Laat me de gegevens zien!
Het gaat over kansen!
Ik werk dagelijks met kansen,
vertel me alles.
Laten we over kansen praten. (Gelach)
Ik zeg: "Oké, prima.
Ga ik van 30 procent naar 60 procent kans?
Waar heb je dat miskraam-ding?"
Dan zegt hij: "Niet helemaal,
maar het verdubbelt.
We willen echt het beste voor het kindje."
Onverzettelijk.
Ik probeer een andere insteek.
Ik zeg: "Van de 1000 vrouwen
met een voldragen zwangerschap,
hoeveel krijgen dan een miskraam
vlak voor ze uitgerekend zijn?"
Dan kijkt hij me aan, en Donald,
en zegt dan, ongeveer 1 op 1000.
Ik zeg: "Hoeveel van die 1000 vrouwen
krijgen een miskraam
nét na hun uitgerekende datum?"
"Ongeveer twee." (Gelach)
"Dus u vertelt me dat mijn kans
van 0,1 procent
naar 0,2 procent kans gaat?"
Dus hier zeggen de gegevens ons niet
dat we moeten gaan inleiden.
Het gesprek gaat verder over
hoe inleidingen leiden
tot een hoger aantal keizersnedes
en dat willen we proberen te vermijden.
Dan zeg ik:
"Ik denk niet dat mijn
uitgerekende datum erg precies is."
(Gelach)
Hij was verbijsterd
en keek wat verward.
Ik zeg: "Misschien weet u het niet
maar dat rekenen we uit
op basis van een normale cyclus hebt.
Mijn cyclus verschilt --
soms is het 27, soms tot 38 --
en ik heb die gegevens verzameld
om het te bewijzen."
(Gelach)
Uiteindelijk gingen we het ziekenhuis uit
zonder te zijn ingeleid.
We moesten wel een verklaring ondertekenen
om het ziekenhuis te kunnen verlaten.
Ik zeg niet dat je niet
naar je dokter moet luisteren,
omdat we zelfs met ons eerste kind
werden ingeleid op 38 weken,
weinig vruchtwater.
Ik ben niet tegen medisch ingrijpen,
maar waarom gingen we die dag gerust weg?
We hadden gegevens die iets anders zeiden.
We hadden zes jaar gegevens verzameld.
Ik had temperatuurcijfers
en die zeiden iets anders.
We konden waarschijnlijk heel precies
de datum van bevruchting inschatten.
Dat wil je echt vertellen
op de bruiloft van je kind. (Gelach)
Ik weet het nog als gisteren.
Mijn temperatuur was
een zinderende 36,6 graden
en ik staarde in de ogen
van je vader. (Gelach)
Dat verhaal gaan we
over 22 jaar vertellen.
We waren gerust vertrokken
omdat we die gegevens hadden.
Hoe zien gegevens eruit?
Hier is een typische grafiek
van de temperatuur
van een vrouw die opstaat
in de loop van haar cyclus.
Vanaf het begin van de cyclus
tot de volgende.
Je ziet dat de temperatuur
niet willekeurig is.
Er is duidelijk een laag patroon
aan het begin van haar cyclus.
Je ziet hier die sprong
en dan een paar hogere
temperaturen aan het einde.
Wat is hier aan de hand?
Wat zeggen die cijfers je?
Dames, aan het begin van je cyclus
overheerst het hormoon oestrogeen
en veroorzaakt een verlaging
van je lichaamstemperatuur.
Bij de ovulatie laat je lichaam
een eitje los
en neemt progesteron het over.
Pro-gestatie [zwangerschap].
Je lichaam wordt alvast warmer
voordat het bevruchte eitje
een plek krijgt.
Waarom dan die temperatuursverhoging?
Denk aan een vogel die op haar eieren zit.
Waarom zit ze erop?
Ze wil ze warm houden
en ze beschermen.
Dames, dit doet ons lichaam elke maand.
Alvast warm worden
om een nieuw leventje warm te houden.
Als er niets gebeurt,
als je niet zwanger bent,
neemt oestrogeen het weer over en
begint de cyclus weer overnieuw.
Maar als je zwanger wordt
zie je soms een verandering in je temperatuur
en blijft die verhoogd
tijdens die hele negen maanden.
Daarom zie je altijd
zwangere vrouwen zweten.
Omdat hun temperatuur hoog is.
Dit is een grafiek
van vier of vijf jaar geleden.
Daar waren we erg enthousiast over.
Je ziet het lage temperatuurniveau
en dan een verhoging
van ongeveer vijf dagen.
Dat is ongeveer de tijd
dat een eitje onderweg is
door de eileider en zich nestelt.
Dan zie je de temperatuur
weer wat omhoog gaan.
Inderdaad hadden we
nog een temperatuurschommeling
en zegt de zwangerschapstest
dat we inderdaad zwanger zijn
van ons eerste kind.
Erg spannend.
Todat ik een paar dagen later
wat vlekken zag
en merkte dat ik een ernstige bloeding had
en we een vroege miskraam hadden.
Als ik mijn temperatuur niet had gemeten
dan had ik gedacht
dat ik gewoon laat ongesteld was
maar we konden met cijfers laten zien
dat het een mislukte zwangerschap was.
Hoewel die gegevens iets vervelends
in ons leven laten zien,
was het informatie om
mee te nemen naar onze arts.
Als er een vruchtbaarheidsprobleem was,
liet ik de gegevens zien:
zwanger geworden,
de temperatuur ging omhoog,
we zijn de baby verloren.
Wat kunnen we eraan doen
om dat te voorkomen?
Het gaat niet alleen om temperatuur
of vruchtbaarheid:
we kunnen met gegevens veel
over ons lichaam vertellen.
Wist je dat je temperatuur veel zegt
over de conditie van je schildklier?
Je schildklier werkt ongeveer
net als de thermostaat thuis.
Er is een optimale temperatuur in je huis.
Je stelt dan de thermostaat in.
Als het te koud wordt,
schakelt de thermostaat aan
en zegt: "We moeten
wat warme lucht rondblazen."
Of als het te heet is,
merkt de thermostaat dat.
"Zet de airco aan. Maak het kouder."
Precies zoals je schildklier
werkt in je lichaam.
Je schildklier probeert je temperatuur
optimaal te houden.
Als het te koud wordt,
wil hij het warmer maken.
Als het te warm is,
maakt je schildklier het kouder.
Maar als je schildklier niet goed werkt?
Als hij niet goed werkt,
zie je dat aan je lichaamstemperatuur.
Die wordt lager dan normaal
of erg onregelmatig.
Door te meten
kan je dus informatie
over je schildklier krijgen.
Wat als je dan met een schildklierprobleem
bij de dokter kwam
en je dokter zou de hoeveelheid
schildklierhormoon in je bloed testen?
Mooi, maar het probleem met die test is
dat het niets zegt over
je hormoon-activiteit.
Je hebt dan veel hormonen
maar die regelen je lichaamstemperatuur
misschien niet goed.
Door dagelijks te temperaturen
krijg je informatie over de werking
van je schildklier.
Maar als je niet elke dat je
temperatuur wilt meten?
Ik adviseer dat wél doen
maar je kunt veel meer meten.
Je bloeddruk, of je gewicht --
Wie wil dat niet:
elke dag wegen?
Toen we net getrouwd waren
had Donald een verstopte neus.
Hij moest een medicijnkuur volgen
om van zijn verstopte neus af te komen
maar het hielp niet.
Op een nacht maakte hij me wakker en zegt
"Schat, ik kan niet
door mijn neus ademen."
Ik rolde om en ik zei:
"Kan je door je mond ademen?"
(Gelach)
"Ja, maar niet door mijn neus."
Zoals elke bezorgde vrouw
bracht ik hem naar de eerste hulp
om twee uur 's morgens.
De hele tijd reed ik en dacht:
je zal niet door mij doodgaan.
We zijn pas getrouwd.
Ze zullen denken dat ik je vermoord heb.
(Gelach)
We kwamen aan bij de eerste hulp
en de zuster kwam bij ons
en hij kon niet door zijn neus ademen.
Ze nam ons mee.
De dokter zegt: "Wat scheelt eraan?"
En hij zegt:
"Ik kan niet door mijn neus ademen."
"Kan je niet
door je neus ademen?"
"Nee, maar hij kan wel
door zijn mond ademen." (Gelach)
Hij doet een stap naar terug
en kijkt ons aan en zegt:
"Ik denk dat ik het antwoord weet.
U heeft een hartaanval.
Ik laat gelijk een ECG
en een CT-scan maken.
En wij denken:
nee, nee, het is geen hartaanval.
Hij kan wel door zijn mond ademen.
Nee, nee, nee.
We praten verder met de arts
omdat we denken dat het
de verkeerde diagnose is.
Hij zegt: "Echt, het komt goed,
rustig maar."
Ik denk, hoe kan je rustig blijven?
Hij heeft geen hartaanval.
Gelukkig was de arts
aan het eind van zijn dienst.
De nieuwe arts komt binnen
en bekijkt ons goed.
Radeloos, met een man die niet kan ademen
door zijn neus. (Gelach)
Hij gaat ons vragen stellen.
Hij zegt: "Sporten jullie?"
We fietsen.
We gaan
naar de sportschool.
Soms. (Gelach)
We bewegen.
Wat deden jullie
vlak voordat je hier naartoe kwam?
Ik was aan het slapen, echt.
Goed, maar wat deed Donald er vlak voor?
Donald begint over die kuur die hij nam.
"Ik nam een ontzwellingsmiddel
en toen neusspray."
Toen ging een lampje branden en hij zegt:
"Je moet nooit dit ontzwellingsmiddel
samen met deze neusspray nemen.
Die verstoppen je altijd.
Neem deze andere maar."
Hij schrijft een recept uit.
We kijken elkaar aan.
Ik kijk de dokter aan.
Ik zeg: "Waarom lijkt het
of u de juiste diagnose stelt
maar de vorige arts
een ECG en CT-scan wilde maken?"
Hij kijkt ons aan en zegt:
"Als een man van 160 kilo
bij de eerste hulp komt
en zegt dat hij niet kan ademen
denk je aan een hartaanval
en stel je de vragen later."
Eerstehulpartsen zijn getraind
om beslissingen snel te nemen
maar niet altijd zorgvuldig.
Hadden we dus wat gegevens
over ons hart met hem gedeeld,
dan was de diagnose
misschien beter geweest.
Bekijk de volgende grafiek eens
van bovendruk-bloeddrukmetingen
van oktober 2010 tot juli 2012.
Je ziet dat deze metingen beginnen
in het gebied met hogebloedruk
maar in de loop van anderhalf jaar
komen ze in het normale gebied.
Dat is ongeveer de pols van iemand van 16.
Wat zegt dat allemaal?
Het is kennelijk van iemand
die een drastische verandering
heeft ondergaan,
en gelukkig staat is die persoon nu hier.
Dus die man van 160 kilo die de eerstehulp
met mij binnenliep
is nu een zelfs nog sexyere en gezondere
man van 100 kilo
en dit is zijn bloeddruk.
Dus in die anderhalf jaar
paste Donald zijn voeding aan
en gingen we anders sporten
en zijn hartslag veranderde daardoor,
zijn bloeddruk reageerde erop.
Wat is de boodschap
die ik je mee wil geven vandaag?
Door bezit te nemen van de gegevens
zoals wij deden,
door dagelijks jezelf te meten,
wordt je de kenner van je lichaam.
Je wordt de kenner.
Het is niet moeilijk om te doen.
Je hoeft geen
afgestudeerd statisticus te zijn
om zelf-expert te zijn.
Je hoeft geen dokter te zijn
om expert te zijn in je lichaam.
Dokters zijn expert in de bevolking
maar jij bent expert in jezelf.
Dus als je elkaar ziet,
als twee experts bij elkaar komen,
dan kan je samen beter beslissen
dan alleen de dokter.
Je snapt nu de kracht van gegevens
die je krijgt door ze zelf verzamelen.
Ga eens staan
en steek je rechter hand op.
(Gelach)
Ja, omhoog ermee.
Ik daag je uit om bezit te nemen
van je gegevens.
Vandaag verleen ik u hierbij
het TEDx-diploma in de basis-statistiek
met specialisatie in
tijdsafhankelijke gegevensanalyse
met alle daaraan verbonden
rechten en privileges.
Dus als je de volgende keer
bij je arts bent
als ingewijd statisticus,
wat is dan altijd je antwoord?
Publiek: Laat me de gegevens zien!
Talithia Williams: Ik hoor niets!
TW: Nog een keer!
Laat me de gegevens zien!
Laat me de gegevens zien.
Dank je wel.
(Applaus)