Toen ik klein was, was een kernoorlog de ramp waarover we ons het meeste zorgen maakten. Daarom hadden we een vat als dit in de kelder, gevuld met blikjes eten en water. Als de nucleaire aanval zou komen, dan moesten we naar beneden gaan, ons verbergen, en uit dat vat eten. Tegenwoordig ziet het grootste risico voor een wereldramp er niet zo uit. Het ziet er zo uit. Als iets in de komende decennia meer dan 10 miljoen levens gaat eisen, dan is dat eerder een zeer besmettelijk virus dan een oorlog. Geen raketten, maar microben. Dit komt gedeeltelijk doordat we heel veel hebben geïnvesteerd in nucleaire afschrikking, en maar erg weinig in een systeem om een epidemie te stoppen. We zijn niet klaar voor de volgende epidemie. Neem bijvoorbeeld Ebola. Jullie hebben er waarschijnlijk over gelezen in de krant, veel grote uitdagingen. Ik heb het zelf gevolgd via de analyse-tools die we gebruiken bij het uitroeien van polio. En als je kijkt wat er aan de hand was, dan was het probleem niet dat het systeem niet goed genoeg werkte. Nee, er was helemaal geen systeem. Er waren overduidelijk een aantal belangrijke onderdelen die ontbraken. Er stond geen team epidemiologen klaar om aan het werk te gaan, om te zien wat voor ziekte het was en hoever deze was verspreid. Verslagen omtrent de ziektegevallen kwamen binnen op papier. Het duurde lang voordat deze online werden gezet en ze waren zeer onnauwkeurig. Er stond geen medisch team paraat. Er was niets om mensen voor te bereiden. Artsen zonder Grenzen heeft hard gewerkt aan de uitzending van vrijwilligers. Toch ging het veel langzamer dan gewenst om duizenden medewerkers naar de getroffen landen te krijgen. En een grote epidemie zou de inzet van honderdduizenden vergen. Er was niemand om een behandelstrategie op te stellen. Niemand om de diagnostiek te bestuderen. Niemand om uit te zoeken welke gereedschappen gebruikt moesten worden. Zo had bijvoorbeeld met bloed van overlevenden plasma ontwikkeld kunnen worden om mensen te beschermen. Maar dat is nooit geprobeerd. Er ontbrak dus een heleboel. Dat is echt een misser van wereldformaat. De WHO is er om epidemieën te monitoren, niet voor uitvoerende taken. In de film is het allemaal anders. Er staat een groep aantrekkelijke epidemiologen paraat. Ze gaan aan het werk en lossen het op, maar dat is alleen maar Hollywood. Door het gebrek aan voorbereiding zou de volgende uitbraak wel eens veel meer verwoesting kunnen aanrichten dan Ebola. Laten we eens kijken naar de uitbraak van Ebola over het afgelopen jaar. Er zijn zo´n 10.000 mensen gestorven, bijna allemaal in drie West-Afrikaanse landen. Er zijn 3 redenen waarom de uitbraak beperkt gebleven is. Ten eerste is er veel heldhaftig werk verzet door gezondheidspersoneel. Zij hebben de patiënten gevonden en meer infecties voorkomen. Ten tweede is daar de aard van het virus. Ebola verspreidt zich niet door de lucht. Tegen de tijd dat men besmettelijk is, zijn de meesten zo ziek dat ze hun bed niet meer uitkomen. Ten derde heeft de ziekte niet veel stedelijke gebieden bereikt. Dat was puur geluk. Als meer steden waren getroffen, dan was het aantal gevallen veel hoger geweest. Dus de volgende keer hebben we misschien niet zo veel geluk. Bij een volgend virus kan men zich goed genoeg voelen terwijl men besmettelijk is, om op het vliegtuig te stappen of naar een markt te gaan. De bron van het virus kan een gewone epidemie zijn, zoals Ebola, of het kan bioterrorisme zijn. Dus er zijn zaken die de situatie duizend maal erger kunnen maken. Laten we eens kijken hoe een virus zich door de lucht verspreidt, zoals de Spaanse Griep in 1918. Dit is wat er dan zou gebeuren: het zou zich zeer snel door de wereld verspreiden. Zoals je ziet heeft deze epidemie ruim 30 miljoen levens geëist. Er is dus een serieus probleem. We moeten ons zorgen maken. Maar we zijn best in staat om een goed reactiesysteem op te zetten. We hebben de voordelen van alle wetenschap en technologie die we hier bespreken. We hebben mobieltjes om informatie van en naar het grote publiek te krijgen. We hebben satellietkaarten om te zien waar mensen zijn en waar ze heen gaan. Vooruitgang in de biologische wetenschap gaat waarschijnlijk veel tijd schelen bij bestudering van een pathogeen en het maken van medicijnen en vaccins. Dus het gereedschap kan er zijn, maar dit moet wel ingebed worden in een wereldwijd gezondheidssysteem. En we moeten voorbereid zijn. De beste lessen kunnen we halen uit onze voorbereiding voor oorlog. Er staan permanent soldaten klaar voor vertrek. Er zijn reservisten beschikbaar voor drastische opschaling. De NAVO heeft een mobiele eenheid die snel ingezet kan worden. De NAVO doet oorlogsoefeningen om te zien of iedereen voorbereid is. Heeft men voldoende inzicht in brandstof, logistiek en het gebruik van dezelfde radiofrequentie? Zij zijn dus helemaal klaar voor actie. Dat is het soort zaken die we nodig hebben bij een epidemie. Wat zijn de belangrijkste onderdelen? Ten eerste is er behoefte aan een robuust gezondheidssysteem in arme landen. Daar kunnen moeders veilig hun kind ter wereld brengen, en kinderen ingeënt worden. Maar hier kan men ook de uitbraak van een ziekte in vroegtijdig stadium waarnemen. Er is behoefte aan medisch reservisten: veel mensen met de juiste opleiding en achtergrond die klaar zijn voor actie, met de juiste expertise. Deze medici moeten we koppelen aan het leger, om gebruik te maken van de militaire ervaring met logistiek, met snel handelen en het veiligstellen van gebieden. We moeten situaties naspelen, geen oorlogs- maar virusoefeningen, om te zien wat er nog ontbreekt. De laatste keer dat een dergelijke oefening is gedaan in de Verenigde Staten was in 2001, en dat ging niet zo goed. Tot nu toe is de stand ziektekiemen: 1, mensen: 0. En ten slotte is er veel onderzoek nodig naar vaccinaties en diagnostiek. Er zijn enkele grote doorbraken, zoals het Adeno-geassociëerde virus, die buitengewoon snel kunnen werken. Ik heb geen precieze begroting voor wat dit allemaal zou kosten, maar ik weet zeker dat de kosten beperkt zijn vergeleken met de potentiële schade. De Wereldbank schat dat een wereldwijde griepepidemie een mondiale schadepost zou betekenen van ruim drie biljoen dollar, en er zouden ettelijke miljoenen doden te betreuren zijn. Deze investeringen bieden aanzienlijke voordelen, naast alleen voorbereid zijn op een epidemie. Basisgezondheidszorg en Onderzoek & Ontwikkeling zouden de mondiale ongelijkheid in gezondheid terugdringen en de wereld zowel rechtvaardiger als veiliger maken. Dus ik vind dat dit beslist prioriteit moet krijgen. Er is geen reden tot paniek. We hoeven niet heel veel blikjes spaghetti in te slaan en in de kelder te kruipen. Maar we moeten wel aan de slag, want er is geen tijd te verliezen. Als er iets positiefs uit de Ebola-epidemie kan komen, dan is dat een vroege waarschuwing, een 'wake-up call', om ons voor te bereiden. Als we nu beginnen, dan kunnen we klaar zijn voor de volgende epidemie. Dank jullie wel. (Applaus)