Tom Steinberg: Open overheidsdata staat voor alle informatie die de overheid verzamelt, voor het overgrote deel voor eigen gebruik, die de overheid vervolgens beschikbaar stelt voor anderen om in te zetten voor hun eigen toepassingen. Rufus Pollock: Het is overheidsdata die open is. En open betekent vrij voor iedereen om te gebruiken, hergebruiken en herdistribueren. Aine McGuire: De ‘open data’-beweging is een manier om de relatie tussen burger en overheid zo te transformeren dat iedereen weet wat er aan de hand is en als iedereen weet wat er aan de hand is dan wordt het veel gemakkelijker voor beide partijen om op een eerlijkere manier mee te doen in de samenleving. Chris Taggart: Onze levens worden in toenemende mate geregeerd door data, het is zelfs zo dat onze levens data zijn. Met dat gegeven is het niet kunnen inzien van de informatie over ons, over waar we leven, wie ons vertegenwoordigen, welke bedrijven zaken doen met de overheid enzovoort, het begin van een ondermijning van de democratie. Rob McKinnon: Het is veel breder dan alleen de overheid. De overheid is eigenlijk slechts een deelnemer in onze samenleving. Wat we zien plaatsvinden is eigenlijk een symptoom van een zeer grote maatschappelijke verandering, een wereldwijde maatschappelijke verandering. Gezamenlijk hebben we de mogelijkheid om de manier waarop de maatschappij werkt te transformeren. Wereldwijd, via sites als Wikipedia of verzamelingen van gestructureerde gegevens, brengen we een groot wereldwijd overzicht samen van hoe de samenleving werkt en hoe we ons organiseren. We staan slechts aan het begin van een essentiële verandering in de manier waarop wij opereren... Rufus Pollock: Er zijn drie maniereren waarop open overheidsdata de wereld kan helpen beter te maken. Ten eerste: het stelt bedrijven, mensen en non-profitorganisaties in staat om eigenhandig interessante, nuttige en waardevolle toepassingen en diensten te ontwikkelen. Ten tweede gaat het om de democratie, denk ik, het gaat over het meedoen met de overheid, het gaat over transparantie die het mogelijk maakt voor ons om te zien wat de overheid aan het doen is. And ten derde denk ik: waarom niet? Het is praktisch kostenloos om overheidsdata beschikbaar te maken, dus waarom maken we data niet open die er toch al is en al verzameld is. Tom Steinberg: Open data is belangrijk om een aantal redenen en geen van die redenen is belangrijker dan een andere. We hebben de mogelijkheid om economische waarde te creëren, iets dat in tijden zoals nu prominent in de gedachten van veel mensen is. Het creëren van meer banen en meer bedrijven, en beter renderende bedrijven om meer belastingopbrengsten te realiseren. Vanzelfsprekend is dat een enorm voordeel van de potentiële kracht van open data. Er is ook de klassieke ouderwetse kwestie van het openstellen en beschikbaar maken van data met als doel het ontdekken van potentiële corruptie en misbruik van publiek geld en praktijken die oneerlijk of illegaal zijn en niets te maken hebben met geld, maar zijn verborgen op de een of andere manier. Ton Zijlstra: Je kunt verwachten dat mensen een onderneming starten door het toevoegen van waarde aan de data, het nemen van die data en het te gebruiken voor een bepaalde toepassing. Het gaat ook over de transparantie maar het gaat tevens over mensen zelf mondiger te maken om bettere beslissingen te kunnen nemen over hun eigen leven gebaseerd op informatie die niet eerder beschikbaar was. En het gaat ook over het efficiënter en effectiever maken van de organisaties die deze data creëren. Rufus Pollock: we zijn bijvoorbeeld bezig met een project genaamd wheredoesmymoneygo.org om je te helpen laten zien waar je belastinggeld naartoe gaat, iets waarvan ik denk dat het een heel belangrijk onderdeel is. Ik denk dat het interessant zou zijn om te weten: 'dit is de grootste bijdrage die ik aan de staat doe - waar gaat dit geld naar toe?' Zonder open data van de regering kan ik die vraag niet beantwoorden. David Eaves: Wij gebruiken federale gegevens over verontreiniging en we maken daarvan een mash-up in een plattegrond met electorale gegevens zodat je vlakbij jouw postcode of een gebied waar je in geïnteresseerd bent kan opzoeken welke voorzieningen er vlakbij zijn en hoezeer ze de omgeving verontreinigen en welke stoffen dat zijn en onder welke overheid ze vallen. Zo kan je gaan onderzoeken hoe erg het gesteld is met de verontreiniging in je gebied. Tom Steinberg: MySociety ontwikkelt en onderhoudt verschillende burgerlijke en sociale websites. En met burgerlijke en sociale websites bedoel ik diensten die je dingen kunnen vertellen zoals: 'Welke politici zijn voor mij relevant?' 'Hoe kan ik ze bereiken?' 'Wat zeggen ze in het parlement?', 'Wat is hun stemgedrag?', 'Hoe besteden ze het geld dat ze ontvangen?' - dat zijn de democratische aspecten. De burgerlijke aspecten gaan over diensten die we ontwikkelen om te laten zien: 'Hoe kan ik problemen in mijn straat opgelost krijgen?' 'Hoe krijg ik de informatie van de overheid die ik nodig heb?' En binnenkort: 'Hoe kunnen mijn vervoersproblemen worden opgelost?', wat er aan komt.. David Eaves: In Vancouver is het ophaalschema voor huisafval heel wisselend... het verandert regelmatig en mensen vergeten continu wanneer ze hun afval buiten moeten zetten. En nu kunnen ze gewoon naar een website gaan waar ze zich kunnen registeren en dan sturen we hen een email om ze te vertellen 'morgen wordt het afval in uw buurt opgehaald'. Dat soort toepassingen zijn voor gewone burgers onmiddellijk duidelijk, het gebruik levert hen direct voordeel op. En daarom, als mensen VanTrash zien, zeggen ze, 'is dit nou onderdeel van waar open data over gaat?' En wij zeggen: 'Ja', dan zeggen ze: 'Hier wil ik wil meer van in mijn leven' Richard Cyganiak: Op het niveau van de Europese Unie zou het pas echt interessant zijn als we werkelijk al deze data op een centrale plaats kunnen krijgen zodat we over landen heen kunnen zoeken en werkelijk een begin kunnen maken met het vergelijken van zaken tussen landen. Jack Thurston: Wat wij proberen te doen met Farmsubsidy.org is het koppelen van alle publicaties van alle overheden in een centraal datacenter. Zodat burgers online kunnen ontdekken wat er gaande is, niet alleen in hun land maar ook in andere landen en ze kunnen vergelijkingen maken over hoeveel boerenbedrijven krijgen in een deel van de EU ten opzichte van een ander, hoeveel burgers bijdragen aan het beleid, hoeveel het hen zou kosten als ze in het ene land zijn ten opzichte van een ander land. Dit zijn de zaden van een pan-Europees debat dat gevoerd moet worden, aangezien we al een pan-Europees beleid hebben. Erik Swanson: Een van mijn favoriete voorbeelden van hoe data van de Wereldbank is hergebruikt gebeurde heel snel nadat we de database hadden opengesteld. We kregen een reactie van een groep die simpelweg onze gehele database had genomen en geanalyseerd waar alle hiaten waren in de gegevens en vervolgens kaarten geproduceerd per land, voor elke indicator, van jaar tot jaar om te laten zien waar de hiaten waren in de data. Het vertelde ons niets dat we niet al weten maar het vertelde het aan ons op een manier die we niet eerder hadden gezien en uiteraard maakte dit het openbaar voor een ieder die het wilde zien. Karin Christiansen: We staan op het punt waar we nodig is dat de data worden vrijgegeven en er moet een norm ingesteld worden voor de data zodat we het in kaart kunnen brengen en vergelijken. Want wat er nodig is in Oeganda, in Afganistan is niet alleen te weten wat het Ministerie van Ontwikkelingssamenwerking doet met geld van het Verenigd Koninkrijk, en wat gedaan wordt met Amerikaanse geld, maar hoe dit alles in elkaar past. Simon Parrish: We werken aan een initiatief genaamd de International Aid Transparency Initiative en dat gaat over het ontwikkelen van normen voor de manier waarop donoren die betrokken zijn bij de overheid transparant moeten zijn over de steun die ze geven. Zowel om verantwoording af te leggen aan de burgers en belastingbetalers in hun eigen land maar ook om een verscheidenheid van belanghebbenden in de ontwikkelingslanden, variërend van de regeringen van die landen, tot maatschappelijke organisaties en parlementsleden die allemaal betere informatie willen over het geld dat hun land binnen komt. De openheid en de beschikbaarheid van deze informatie biedt de mogelijkheid voor een radicale verandering in de manier waarop ontwikkelingsgeld wordt besteed en de effectiviteit waarmee dit geld wordt besteed. Het belang zit in de openheid van die data, zodat het kan worden hergebruikt door verschillende groepen op verschillende manieren om het toegankelijk te maken voor verschillende groepen op een manier die in hun eigen specifieke behoeften voldoet. Erik Swanson: Sommige van Hans Rosling's zeepbel-grafieken de Gapminder-software waarmee hij de vooruitgang illustreert van landen over verloop van tijd, met behulp van grafieken die geanimeerd zijn en bewegen... Zelfs voordat onze data beschikbaar kwam, gebruikte Hans het in zijn Gapminder-grafieken en het is zeer effectief geweest in het verhogen van het bewustwording van ontwikkelingsvraagstukken. Tom Steinberg: Hoe kun je regeringen overtuigen die misschien niet geïnteresseerd zijn in open data dat het de moeite waard is hun tijd en geld en moeite te besteden om hiernaar te luisteren? Ik denk dat het laten zien hier echt de sleutel vormt. Het laten zien van diensten die goed zijn, die nuttig zijn... en met name diensten die eenvoudig zijn uit te leggen, die zeer voor de hand liggende toegevoegde waarde bieden en van algemeen nut zijn, niet alleen nuttig voor een zeer beperkte groep... David Eaves: We stellen ons drie doelen. De eerste is: laten we helpen een community te bouwen rond open data in zoveel steden als er bereid toe zijn over de gehele wereld. Ten tweede, laten we een plaats bieden waar lokale politici en ambtenaren kunnen komen om in contact te komen mensen die hier om geven, met mensen in contact te komen die ermee aan de slag gaan ook al die indrukwekkende dingen zien die over de hele wereld gebeuren en zien hoeveel er werkelijk gaande is en dat anderen het doen en dat zij het ook kunnen doen. En dan is het derde doel, laten we daadwerkelijk iets ontwikkelen. Laten we proberen om elke community iets te laten ontwikkelen omdat niets mensen er meer toe brengt te begrijpen waarom Open Data er toe doet dan wanneer ze een visualisatie zien die echt heel diepzinnig is, die hen in staat stelt hun gemeenschap te begrijpen op een manier waarop ze deze nooit eerder begrepen. Jack Thurston: Het is onze taak om mensen eraan te herinneren hoe belangrijk het is dat zij toegang hebben tot de data over wat hun regering doet, of dat nu gaat om journalisten aan het schrijven te krijgen, om niet-gouvernementele organisaties te helpen om hun campagnes rond data op te zetten of simpelweg het maken van webapplicaties voor de gewone burger om online te weten te komen wat er gaande is. We moeten kunnen aantonen dat een wereld waarin de data van de overheid open is beter is dan een wereld waarin het gesloten is. Rufus Pollock: Normaal gesproken zijn de beste dingen die uit een nieuwe technologie voortkomen die dingen waar niet aan was gedacht. Stel je je elektriciteit voor, in de jaren 20 van de 19e eeuw, toen Faraday elektriciteit demonstreerde aan Gladstone bij de Royal Society. Gladstone zegt tegen Faraday, 'Ja dat ziet er heel mooi uit, je kunt kikkerbilletjes laten bewegen, maar wat is het nut van elektriciteit?' Faraday zegt terug naar Gladstone, 'Tja, wat is het nut van een baby? ... Het ontwikkelt zich tot iets... ' En ik denk dat het nut van Open Data is dat we in een informatie-tijdperk leven, een informatiemaatschappij - data en informatie zijn de belangrijkste infrastructuur van die wereld. Ton Zijlstra: Als je kijkt naar de manier waarop mensen problemen oplossen dan proberen we gewoonlijk snel tot simpele oplossingen te komen zelfs als de problemen moeilijk en complex zijn. Dus ik denk dat we de data moeten gebruiken die we hebben over ons leven en onze omgeving als een manier minder gemakkelijk, maar werkbare antwoorden te vinden op de moeilijke vragen waarmee wij geconfronteerd worden.