WEBVTT 00:00:00.500 --> 00:00:02.950 Een thermometer in een laboratorium laat de temperatuur zien in zowel Celsius als Fahrenheit. 00:00:02.950 --> 00:00:04.730 Een thermometer in een laboratorium laat de temperatuur zien in zowel Celsius als Fahrenheit. 00:00:04.730 --> 00:00:06.410 Als het kwik in de thermometer stijgt tot 56 graden Fahrenheit, 00:00:06.410 --> 00:00:08.880 Als het kwik in de thermometer stijgt tot 56 graden Fahrenheit, 00:00:08.880 --> 00:00:11.110 ze geven ons dus de temperatuur in Fahrenheit, 00:00:11.110 --> 00:00:13.540 wat wordt dan de temperatuur in graden Celsius? 00:00:13.540 --> 00:00:15.704 Vervolgens geven ze ons twee formules, 00:00:15.704 --> 00:00:17.370 waarbij als we de temperatuur in Celsius weten, 00:00:17.370 --> 00:00:19.382 wij de temperatuur in Fahrenheit kunnen berekenen, 00:00:19.382 --> 00:00:21.090 en andersom als we de temperatuur in Fahrenheit weten, 00:00:21.090 --> 00:00:23.120 wij de temperatuur in Celsius kunnen berekenen. 00:00:23.120 --> 00:00:25.130 En deze twee zijn eigenlijk afgeleid van elkaar 00:00:25.130 --> 00:00:27.338 en je zal meer over ze leren als je algebra doet. 00:00:27.338 --> 00:00:29.060 En misschien leggen we in een andere video uit hoe je ze van elkaar kunt afleiden. 00:00:29.060 --> 00:00:30.843 En misschien leggen we in een andere video uit hoe je ze van elkaar kunt afleiden. 00:00:30.843 --> 00:00:32.259 Dat is best interessant omdat er algebra bij komt kijken. 00:00:32.259 --> 00:00:33.530 Dat is best interessant omdat er algebra bij komt kijken. 00:00:33.530 --> 00:00:34.750 Maar ze hebben ons de formule gegeven. 00:00:34.750 --> 00:00:37.810 Dus wij hoeven het alleen maar toe te passen, zolang we maar begrijpen welke we moeten gebruiken. 00:00:37.810 --> 00:00:39.877 Dus wij hoeven het alleen maar toe te passen, zolang we maar begrijpen welke we moeten gebruiken. 00:00:39.877 --> 00:00:41.960 Ze hebben ons de temperatuur in Fahrenheit gegeven 00:00:41.960 --> 00:00:45.530 dus F is gelijk aan 56. 00:00:45.530 --> 00:00:47.990 En ze vragen ons de temperatuur in Celsius, 00:00:47.990 --> 00:00:50.570 Dus moeten we het aantal graden Celsius berekenen. 00:00:50.570 --> 00:00:53.570 Met deze kunnen we de temperatuur in Celsius berekenen als we het aantal Fahrenheit weten. 00:00:53.570 --> 00:00:56.260 Met deze kunnen we de temperatuur in Celsius berekenen als we het aantal Fahrenheit weten. 00:00:56.260 --> 00:00:58.360 Dus gebruiken we deze hier. 00:00:58.360 --> 00:00:59.880 Dus onze temperatuur in Celsius wordt gelijk aan 00:00:59.880 --> 00:01:05.780 5/9 keer het aantal Fahrenheit( die 56 is) min 32. 00:01:05.780 --> 00:01:10.578 5/9 keer het aantal Fahrenheit( die 56 is) min 32. 00:01:10.578 --> 00:01:13.290 5/9 keer het aantal Fahrenheit( die 56 is) min 32. 00:01:13.290 --> 00:01:16.090 56 min 32 is 24. 00:01:16.090 --> 00:01:23.490 Dus dit wordt gelijk aan 5/9 keer 24. 00:01:23.490 --> 00:01:28.920 Dat is hetzelfde als 5 keer 24 gedeeld door 9. 00:01:28.920 --> 00:01:32.420 En voordat ik 5 vermenigvuldig met 24, 00:01:32.420 --> 00:01:35.260 kunnen we de teller en noemer delen door 3! 00:01:35.260 --> 00:01:36.270 Dus dat doen we eerst. 00:01:36.270 --> 00:01:38.760 Als we de teller en noemer door 3 delen, 00:01:38.760 --> 00:01:40.190 veranderen we de totale waarde niet. 00:01:40.190 --> 00:01:42.850 24 gedeeld door 3 is 8. 00:01:42.850 --> 00:01:45.440 9 gedeeld door 3 is 3. 00:01:45.440 --> 00:01:50.880 Dus dit wordt 5 keer 8 (wat 40 is) gedeeld door 3 graden 00:01:50.880 --> 00:01:52.921 en ik wil het schrijven als een getal wat nuttig is in termen van temperatuur, 00:01:52.921 --> 00:01:55.170 en ik wil het schrijven als een getal wat nuttig is in termen van temperatuur, 00:01:55.170 --> 00:02:01.460 Dus kijken we hoe vaak 3 in 40 past. 00:02:01.460 --> 00:02:03.060 3 past 1 keer in 4. 00:02:03.060 --> 00:02:04.610 1 keer 3 is 3. 00:02:04.610 --> 00:02:05.550 Trek dat eraf. 00:02:05.550 --> 00:02:08.120 4 min 3 is 1. 00:02:08.120 --> 00:02:09.280 Breng de 0 naar beneden. 00:02:09.280 --> 00:02:11.960 3 past 3 keer in 10. 00:02:11.960 --> 00:02:13.810 3 keer 3 is 9. 00:02:13.810 --> 00:02:14.880 Trek dat eraf. 00:02:14.880 --> 00:02:16.020 Je houdt 1 over. 00:02:16.020 --> 00:02:17.860 En kan je nog een 0 naar beneden brengen. 00:02:17.860 --> 00:02:19.810 Nu hebben we een decimaalteken hier. 00:02:19.810 --> 00:02:21.050 Hier krijg je een 0. 00:02:21.050 --> 00:02:23.150 3 past weer 3 keer in 10. 00:02:23.150 --> 00:02:24.980 En deze 3 herhaalt zich oneindig vaak. 00:02:24.980 --> 00:02:29.960 Dus kan je dit zien als 13,33 wat oneindig doorgaat. 00:02:29.960 --> 00:02:31.290 Dus kan je dit zien als 13,33 wat oneindig doorgaat. 00:02:31.290 --> 00:02:34.700 Dit lijntje erboven geeft de herhaling aan. 13,3 graden Celsius. 00:02:34.700 --> 00:02:40.096 Of je kunt zeggen 3 past 13 keer in 40 rest 1. 00:02:40.096 --> 00:02:42.910 Of je kunt zeggen 3 past 13 keer in 40 met nog 1 over. 00:02:42.910 --> 00:02:47.040 Dus kan je zeggen dat is gelijk aan 13 rest 1. 00:02:47.040 --> 00:02:50.600 Dus 13 en 1/3 graden Celsius. 00:02:50.600 --> 00:02:51.740 Beide manieren zijn goed. 00:02:51.740 --> 00:02:53.470 Dus dat is onze temperatuur in graden Celsius 00:02:53.470 --> 00:02:57.520 als onze temperatuur 56 graden Fahrenheit is.