Ik ben opgegroeid in Bihar,
de armste staat van India.
Toen ik zes jaar was,
kwam ik op een dag thuis en
vond een korf met de heerlijkste snoepjes
voor onze deur.
Mijn broers en ik smulden ervan.
Even later kwam mijn vader thuis.
Hij was razend en ik herinner me nog
hoe we weenden
toen hij ons die korf
met half opgegeten snoep afnam.
Later begreep ik waarom mijn vader zo boos was.
De zoetigheden waren smeergeld voor mijn vader
van een aannemer die een regeringscontract
probeerde binnen te rijven.
Mijn vader was verantwoordelijk
voor de wegenbouw in Bihar,
en hij had een vastberaden houding
tegen corruptie aangenomen.
Ook al werd hij lastiggevallen en bedreigd.
Het was een eenzame strijd, omdat Bihar
ook de meest corrupte staat in India was.
Ambtenaren verrijkten zichzelf,
in plaats van de armen te helpen,
die hun angst niet konden uiten dat hun kinderen
voedsel noch onderwijs kregen.
Ik heb dit het meest intens ervaren
toen ik naar afgelegen dorpen reisde
om er de armoede te bestuderen.
Ik ging van dorp tot dorp.
Op een dag zat ik uitgehongerd en uitgeput,
een flauwte nabij,
in de verzengende hitte onder een boom.
Net op dat moment
nodigde een van de armste mensen in dat dorp
me uit in zijn hut en gaf me gulhartig te eten.
Pas later besefte ik
dat dat het hele rantsoen voor twee dagen was
voor zijn hele familie.
Deze buitengewone vrijgevigheid
bepaalde mijn doelstellingen
voor de rest van mijn leven.
Ik besloot dat ik iets moest teruggeven.
Later kwam ik bij de Wereldbank,
die dit soort armoede
bestreed door steun
van rijke aan arme landen.
Mijn eerste werk richtte zich op Oeganda
om hervormingen met het ministerie van Financiën
te onderhandelen
zodat ze toegang konden krijgen tot onze leningen.
Maar nadat wij de leningen hadden verstrekt,
reisde ik naar Oeganda.
Ik trof pas gebouwde scholen aan
zonder schoolboeken of leraren,
nieuwe gezondheidsklinieken
zonder geneesmiddelen,
en alweer armen zonder inspraak of hulp.
Het was Bihar van voren af aan.
Bihar vertegenwoordigt de uitdaging
in de ontwikkeling:
extreme armoede omringd door corruptie.
Wereldwijd leven 1,3 miljard mensen
van minder dan $1,25 per dag.
Het werk dat ik deed in Oeganda
vertegenwoordigt de traditionele aanpak voor
deze problemen sinds 1944.
Toen vergaderden de winnaars
van de Tweede Wereldoorlog,
500 stichtende vaders
en één eenzame stichtende moeder
in New Hampshire, USA,
om de instellingen van Bretton Woods,
met inbegrip van de Wereldbank, op te richten.
Die traditionele benadering van ontwikkeling
had drie sleutelelementen.
Ten eerste: overdracht van middelen
van de rijke landen in het noorden
naar de armere landen in het zuiden,
vergezeld van voorschriften voor hervorming.
Ten tweede: de ontwikkelingsinstellingen
die deze transfers kanaliseerden,
waren ondoorzichtig, met weinig transparantie
van wat zij financierden
of welke resultaten ze bereikten.
En ten derde:
de contacten in de ontwikkelingslanden
gebeurden via kleine regeringselites
zonder veel interactie met de burgers,
die de uiteindelijke begunstigden
van ontwikkelingshulp moeten zijn.
Vandaag wordt elk van deze elementen opengegooid
door de ingrijpende veranderingen
in het mondiale milieu.
Open kennis, open steun, open bestuur
vertegenwoordigen samen
drie belangrijke verschuivingen
in de ontwikkelingshulp
met meer hoop op oplossing voor de problemen
waarvan ik getuige was in Oeganda en in Bihar.
De eerste belangrijke verschuiving is open kennis.
Vandaag accepteren ontwikkelingslanden
niet alleen oplossingen
die hen worden aangereikt
door de VS, Europa of de Wereldbank.
Ze krijgen hun inspiratie, hun hoop,
hun praktische kennis
van de succesvolle opkomende economieën
in het zuiden.
Ze willen weten hoe China 500 miljoen mensen
in 30 jaar uit de armoede haalde,
hoe Mexico's Oportunidadesprogramma
de scholing en voeding
voor miljoenen kinderen verbeterde.
Dit nieuwe ecosysteem van open kennis stroomt,
niet alleen van noord naar zuid,
maar van zuid naar zuid,
en zelfs zuid naar noord.
Mexico's Oportunidades inspireert vandaag
New York City.
Net zoals deze noord-zuid-overdrachten zich openen,
is dat ook zo
voor de ontwikkelingsinstellingen
die deze overdrachten kanaliseerden.
Dit is de tweede sleutel: open steun.
Onlangs heeft de Wereldbank
haar data beschikbaar gemaakt
voor algemeen gebruik,
dat wil zeggen 8.000 economische
en sociale indicatoren
voor 200 landen over 50 jaar,
en lanceerde een wereldwijde competitie
om innovatieve apps met behulp
van deze gegevens te crowdsourcen.
Ontwikkelingsinstellingen laten vandaag ook
openbare controle toe
van de gefinancierde projecten.
Neem GeoMapping. Op deze kaart van Kenia
tonen de rode stippen de plaats
van door donoren gefinancierde scholen.
Hoe donkerdergroen,
hoe hoger het aantal kinderen
die niet naar school gaan.
Uit deze eenvoudige potpourri blijkt
dat donoren geen scholen hebben gefinancierd
in de gebieden
met het meest niet-schoolgaande kinderen,
wat weer nieuwe vragen uitlokt.
Is ontwikkelingshulp wel gericht
op wie de hulp het meest nodig heeft?
Op deze manier heeft de Wereldbank nu
30.000 projectactiviteiten in 143 landen ‘geGeoMapped’
en kunnen donoren door middel van een gemeenschappelijk platform
projecten toewijzen.
Dit is een enorme sprong voorwaarts in transparantie
en verantwoordingsplicht van de steun.
Dit brengt mij op de derde en voor mij
de meest significante verschuiving in de ontwikkeling:
open bestuur.
Regeringen worden vandaag transparanter
nu de burgers inspraak
en verantwoording gaan opeisen.
Van de Arabische Lente
tot de Anna-Hazarebeweging in India,
worden mobiele telefoons en sociale media ingezet
niet alleen voor politieke verantwoordelijkheid
maar ook voor ontwikkelingsverantwoording.
Leveren regeringen diensten aan de burgers?
Verschillende regeringen in Afrika
en Oost-Europa openen hun begrotingen
voor het publiek.
Maar er is nog een groot verschil
tussen een begroting
die publiek is en een die toegankelijk is.
Dit is een openbare begroting. (Gelach)
Niet echt wat je toegankelijk noemt
voor een gewone burger die wil begrijpen
hoe de regering haar middelen besteedt.
Om dit probleem aan te pakken,
gebruiken regeringen nieuwe hulpmiddelen
om de begroting te visualiseren,
om ze begrijpelijker te maken
voor het publiek.
Op deze kaart van Moldavië toont de groene kleur
deze districten met lage uitgaven voor scholen
maar goede onderwijsresultaten,
en de rode kleur het tegenovergestelde.
Met dit soort hulpmiddelen
wordt een legplank vol duistere documenten
een begrijpelijke visualisatie.
Door deze openheid,
kunnen burgers vandaag
feedback geven
en betrokken worden bij het regeren.
Op de Filippijnen kunnen ouders en studenten
vandaag feedback geven in real-time
op checkmyschool.org, of via SMS
vandaag feedback geven in real-time
op checkmyschool.org, of via SMS
of leraren en handboeken aanwezig zijn in de school.
Net dezelfde problemen
die ik tegenkwam in Oeganda en Bihar.
En de regering grijpt in.
Toen op deze website werd gemeld
dat 800 studenten gevaar liepen
omdat in de school door corruptie reparaties
werden uitgesteld,
kon het ministerie van onderwijs
op de Filippijnen snel handelen.
Het spannende aan deze innovatie is
dat ze zich van zuid naar zuid verspreidt,
van de Filippijnen naar Indonesië, Kenia,
Moldavië en verder.
In Dar es Salaam in Tanzania
kon zelfs een verarmde gemeenschap
deze hulpprogramma's gebruiken
om hun verzuchtingen een stem te geven.
Zo zag de kaart van Tandale eruit in augustus 2011.
Binnen enkele weken konden studenten
met mobiele telefoons
en een open-source platform
de infrastructuur van de gehele gemeenschap
in kaart brengen.
Burgers konden toen
feedback geven over waar de gezondheidsdienst
of de waterbronnen het lieten afweten.
Die rode bellen
tonen grafisch aan waar de armen
hun stem hebben laten horen.
Zelfs in Bihar gaat vandaag alles de goede kant op.
Een vastbesloten leiderschap maakt de regering
transparant en toegankelijk,
en houdt rekening met de armen.
Maar in vele delen van de wereld
zijn de regeringen niet geïnteresseerd
in transparantie
of rekening houden met de armen.
Het is een echte uitdaging
voor degenen die het systeem willen veranderen.
Dit zijn de eenzame krijgers
net als mijn vader en vele, vele anderen.
Een belangrijke doelstelling van ontwikkelingswerk
is om deze eenzame krijgers te helpen
om de handen ineen te slaan
om hun kansen te doen keren.
Vandaag hebben in Ghana moedige hervormers
van het maatschappelijk middenveld,
parlement en regering,
een coalitie gesmeed om transparante contracten
in de oliesector te bekomen.
Hierdoor aangemoedigd
zijn nu hervormers in het parlement
dubieuze contracten aan het onderzoeken.
Deze voorbeelden geven nieuwe hoop,
nieuwe mogelijkheden
voor de problemen die ik ondervond in Oeganda
of waarmee mijn vader werd geconfronteerd in Bihar.
Twee jaar geleden, op 8 april 2010,
belde ik mijn vader op.
Het was zeer laat 's nachts, en op de leeftijd van 80
was hij bezig met het uittypen van een geschil
van 70 pagina’s voor het openbaar belang
tegen de corruptie bij een wegproject.
Hoewel hij geen advocaat was,
bepleitte hij het geval de volgende dag zelf
in de rechtbank. Hij won de uitspraak,
maar later die avond,
viel hij, en stierf.
Hij vocht tot het einde, steeds meer gepassioneerd
voor de bestrijding van corruptie en armoede.
Niet alleen moeten ambtenaren eerlijk zijn,
maar burgers moeten samen
hun stem laten horen.
Dit waren de twee ijkpunten van zijn leven
en gaven het veranderende landschap
van de ontwikkeling weer.
Vandaag ben ik nog geïnspireerd
door deze veranderingen.
Ik ben enthousiast dat we bij de Wereldbank
deze nieuwe richtlijnen aanhangen,
een heel andere aanpak
dan mijn werk in Oeganda van 20 jaar geleden.
Ontwikkeling moet radicaal transparant
worden gemaakt
zodat kennis in alle richtingen stroomt
en mensen in het veld inspireert.
Ontwikkelingssteun wordt dan transparant,
verantwoordelijk en doeltreffend.
Ook regeringen worden transparant
en burgers meer betrokken en mondig
samen met de hervormers in de regering.
We moeten deze verschuivingen versnellen.
Als we dat doen, gaan we zien
dat de collectieve stemmen
van de armen in Bihar, in Oeganda
en daarbuiten zullen worden gehoord.
Schoolboeken en leraren zullen aanwezig zijn
in de scholen voor hun kinderen.
Deze kinderen hebben dan een reële kans
om weg te komen uit de armoede.
Bedankt. (Applaus)
(Applaus)