Ik ben hier vandaag om over een klein,
maar zeer krachtig woord te praten.
Eén dat mensen ten allen koste
willen vermijden.
Mega-industrieën bloeien
omwille van deze angst.
En degenen die het onmiskenbaar zijn,
moeten zich overgeven
aan een onbarmhartige storm
die er omheen hangt.
Ik ben niet zeker of jullie het opmerkten,
maar ik ben dik.
Niet slechts op een stilletjes
achter mijn rug gemurmelde manier
of schijnbaar onschadelijke
mollige of aaibare manier.
Ik ben niet eens de meer verfijnde,
wulpse of gewelfde vorm.
Laat het ons niet verbloemen.
Ik ben D-I-K met hoofdletters,
de olifant in de kamer.
Toen ik opkwam,
dachten misschien enkelen:
o, dit gaat komisch zijn,
want iedereen weet dat
dikke mensen grappig zijn.
(Gelach)
Of misschien dacht je:
waar haalt ze haar zelfvertrouwen?
Want een zelfverzekerde dikke vrouw
is bijna ondenkbaar.
De modebewusten onder jullie
dachten misschien
dat ik er geweldig uitzie
in dit Beth Ditto-kleed.
(Juichen)
Dank je wel.
En misschien dachten sommigen
dat zwart veel meer zou afslanken.
(Gelach)
Je vroeg je misschien af,
bewust of onbewust,
of ik diabetes heb,
of een partner,
of koolhydraten eet na 19u.
(Gelach)
Je was misschien bezorgd
dat jij gisteren na 19u koolhydraten at
en dat je toch echt je fitnessabonnement
moet hernieuwen.
De oordelen zijn een sluipend gif.
Ze kunnen gericht zijn naar personen
of groepen,
of naar onszelf.
Deze manier van denken is gekend
als dikfobie.
Zoals elk systeem van onderdrukking,
is dikfobie genesteld
in complexe structuren
zoals kapitalisme, patriarchie en racisme
en dat maakt het moeilijk om te herkennen,
laat staan aan te pakken.
We leven in een cultuur
waar dik zijn gelijk staat
aan een slecht persoon zijn
lui, hebberig,
ongezond, onverantwoordelijk
en moreel verdacht.
We zijn geneigd om slank
te zien als universeel goed --
verantwoordelijk, succesvol,
en in controle van
onze eetlust, leven en lichaam.
We zien deze ideeën steeds opnieuw
in de media,
in het volksgezondheidsbeleid,
dokterskabinetten,
alledaagse conversaties
en in onze eigen houding.
We verwijten soms de dikke mensen zelf
dat ze gediscrimineerd worden
want, als we er niet van houden,
vermager dan gewoon.
Gemakkelijk.
Onze voorliefde voor slank
is zo ingeburgerd geraakt
in de manier waarop we onszelf
en de anderen waarderen,
dat we ons zelden afvragen waarom we
zoveel minachting hebben voor dikke mensen
en waar die vandaan komt.
We moeten het ons afvragen,
want de grote waarde die we hechten
aan uiterlijk
heeft gevolgen voor elk van ons.
Willen we echt een maatschappij
die mensen hun menselijkheid ontzegt
als ze niet voldoen aan een of andere
willekeurige vorm van wat aanvaardbaar is?
Toen ik zes jaar was,
gaf mijn zus balletles
aan kleine meisjes in onze garage.
Ik was ongeveer 30 cm breder en groter
dan de meesten van de groep.
Toen we onze eerste voorstelling
zouden doen,
was ik heel opgewonden
dat ik een mooie roze tutu zou dragen.
Ik zou stralen.
De andere meisjes gleden
moeiteloos in hun lycra en tule creaties.
Ik paste in geen enkele tutu.
Ik was vastberaden dat ik niet zou
uitgesloten worden,
en ik draaide me om naar mijn moeder
en vroeg luid genoeg
zodat iedereen het kon horen:
"Mama, ik heb geen 'tutu' nodig,
ik heb een 'fourfour' nodig."
(Gelach)
Dank je, mama.
(Applaus)
Hoewel ik het toen niet
als dusdanig herkende,
was mijn plaats opeisen
in die glorieuze 'fourfour'
de eerste stap naar het worden
van een radicale dik-activist.
Ik beweer niet dat
de liefde voor mijn lichaam
over een glitterig pad vol rozen ging
naar zelfacceptatie
sinds die dag in de les.
Absoluut niet.
Ik leerde al snel dat een leven
buiten wat als 'normaal' beschouwd werd
een frustrerende en isolerende plek
kan zijn.
20 jaar heb ik gewijd aan het uitrafelen
en deprogrammeren van die boodschappen
en het was best een achtbaan.
Ik werd openlijk uitgelachen vanuit
voorbijrijdende wagens
en verteld dat ik
niet goed wijs was.
Ik kreeg glimlachen van vreemden
die wisten wat ervoor nodig is
om op straat te lopen
met een verende stap en je hoofd omhoog.
(Juichen)
Dank je.
Doorheen alles, bleef die sterke
kleine zesjarige bij me,
ze helpt me om hier vandaag te staan
als een dikke persoon,
zonder excuses, zonder complexen,
een persoon die simpelweg weigert
de dominante verhalen
te onderschrijven
over hoe ik mij moet bewegen in de wereld
in dit lichaam.
(Applaus)
En ik ben niet alleen.
Ik ben lid van een internationale
vereniging van mensen
die kiezen om in plaats van
passief te accepteren
dat onze lichamen waarschijnlijk
altijd dik zullen zijn,
actief kiezen om te bloeien
in deze lichamen zoals ze nu zijn.
Mensen die onze sterkte eren
en werken met, niet tegen
onze voor waar aangenomen beperkingen,
mensen voor wie gezondheid
iets meer holistisch is
dan het cijfer
van het voorbijgestreefde BMI-cijfer.
Mentale gezondheid, zelfvertrouwen,
en hoe we ons voelen in ons lichaam
zijn voor ons vitale aspecten
van een algemeen gevoel van welbevinden.
Mensen die weigeren te geloven
dat leven in deze dikke lichamen
een barrière is voor ook maar iets.
Er zijn dokters, academici en bloggers
die pagina's vol hebben geschreven
over de vele facetten
van dit complexe onderwerp.
Er zijn fashionistas die hun lichaam
en schoonheid opnieuw opeisen
door 'fatkinis' en 'crop tops'
te dragen
en het vlees te tonen
dat we leerden te verbergen.
Er zijn dikke atleten
die marathons lopen,
yoga leren en kickboksen,
allemaal met een middelvinger
omhoog naar de status quo.
Deze mensen leerden mij
dat radicale lichaamspolitiek
de remedie is tegen een cultuur
die wil dat we ons schamen.
Begrijp me niet verkeerd: ik zeg niet
dat we niets moeten doen aan ons gewicht,
als dat is wat iemand wil doen.
Jezelf aanvaarden kan een van de
mooiste daden van zelfliefde zijn
en het kan er uitzien als
miljoenen verschillende dingen:
van haarstijl tot tattoo
tot body contouring
van hormonen tot chirurgie
en ja: ook gewichtsverlies.
Het is eenvoudig:
het is jouw lichaam
en jij beslist wat het beste is
wat je ermee kan doen.
Mijn manier van activisme
bestaat erin
om alles te doen wat dikkertjes
niet verondersteld worden te doen,
en dat is veel.
Ik nodig mensen uit bij me aan te sluiten
en er kunst over te maken.
De rode draad door het meeste werk
is plaats opeisen waar dikke mensen vaak
uitgesloten worden:
van de catwalk tot clubshows,
van openbare zwembaden
tot prominente danspodia.
Deze plaatsen massaal opnieuw opeisen
is niet enkel
een krachtig artistiek statement,
maar een radicale
gemeenschapsopbouwende aanpak.
Dit was helemaal het geval bij
'AQUAPORKO',
(Gelach)
het vrouwelijke dikke
synchroonzwemmende team
dat ik startte met een vriendengroep
in Sydney.
De impact om een stel weerbare
dikke vrouwen te zien
in gebloemde zwemmuts en badpak
die hun benen zorgeloos
in de lucht gooien,
mag niet onderschat worden.
(Gelach)
Tijdens mijn carrière heb ik geleerd
dat dikke lichamen politiek op zich zijn
en complexloze, dikke lichamen
verrassen en shockeren mensen.
Toen Kate Champion
van het bejubelde danstheater
'Force Majeure'
me vroeg om de artistieke medewerker
te worden
in een stuk met allemaal dikke dansers,
sprong ik letterlijk voor deze buitenkans.
En ik bedoel letterlijk.
'Niets te verliezen' is een stuk gemaakt
in samenwerking met dikke artiesten
die putten uit hun eigen ervaringen
om een gevarieerd en authentiek stuk
te maken zoals we allemaal zijn.
Het stond zo veraf van ballet
als je je maar kan inbeelden.
Het idee van een dik dansstuk
van zo'n prestigieus gezelschap
was om het zacht te zeggen,
controversieel,
omdat zoiets nog nooit eerder vertoond
werd op gewone danspodia
ergens ter wereld.
Mensen waren sceptisch:
"Hoe bedoel je 'dikke dansers'?
Maat 40 of 42 dik?
Waar werden ze getraind?
Zullen ze dat wel volhouden
een volledige productie?"
Ondanks het scepticisme
werd 'Niets te verliezen' een
uitverkochte hit in het Sydney Festival.
We kregen juichende kritieken,
gingen op tournee,
wonnen prijzen en men schreef
in 27 talen over ons.
Deze geweldige beelden van onze bezetting
werden wereldwijd bekeken.
Ik ben de tel kwijtgeraakt hoeveel mensen
van allerlei maten en gewichten
me vertelden dat de show
hun leven veranderde,
hoe het hen hielp hun relatie
te veranderen
met hun eigen lichaam
en dat van anderen,
hoe het hen hielp hun eigen vooroordelen
te confronteren.
Maar natuurlijk,
een stuk dat mensen raakt,
heeft ook zijn tegenstanders.
Ik zou obesitas verheerlijken,
ik kreeg gewelddadige doodsbedreigingen
en verwijten
dat ik het aandurfde dikke mensen
op een podium te brengen in een stuk
dat ons behandelt als waardevolle mensen
met waardevolle verhalen.
Ik werd zelfs
'de ISIS van de obesitas-epidemie'
genoemd.
(Gelach)
Een commentaar zo absurd
dat het grappig is.
Maar het vertelt ook over de paniek,
de letterlijke terreur
dat de angst voor dik kan oproepen.
Die angst voedt de dieetindustrie
die zovelen van ons verhindert om vrede
te sluiten met ons lichaam,
wachtend op onze slanke versie,
voordat we echt kunnen beginnen leven.
Want de echte olifant in de kamer is
de dikfobie.
Dik-activisme weigert aan deze angst
toe te geven
door op te roepen tot vastberadenheid
en respect voor elk van ons.
We kunnen de tegenzin veranderen
waarmee de maatschappij
weigert diversiteit te omarmen
en beginnen de ontelbare vormen
van een lichaam te vieren.
Dank je.
(Applaus)