Ik wil beginnen met een verhaal
over één van mijn beste vrienden,
Okoloma Maduewesi.
Okoloma woonde in mijn straat
en zorgde voor mij
als een soort oudere broer.
Als ik een jongen leuk vond,
vroeg ik Okoloma
wat hij van die jongen vond.
Okoloma overleed
bij de afschuwelijke
Sosoliso Airlines vliegtuigcrash
in Nigeria in december 2005.
Bijna zeven jaar geleden.
Met Okoloma kon ik
ruzieën, lachen
en echt goed praten.
Hij was ook de eerste persoon
die me een feminist noemde.
Ik was veertien en we waren
bij hem thuis aan het ruzieën.
We verweerden ons met halve waarheden
die we ooit ergens hadden gelezen.
Ik weet niet meer precies
waar we boos over waren,
maar ik weet nog dat,
terwijl ik tekeerging,
Okoloma me aankeek en zei:
"Wat ben jij een feminist."
Dit was geen compliment.
(Gelach)
Hij zei het op een toon,
dezelfde toon waarop je
zoiets zou zeggen als:
"Jij steunt terrorisme."
(Gelach)
Ik wist niet goed wat een 'feminist' was
en ik wilde niet dat Okoloma dat wist.
Ik negeerde de opmerking
en praatte verder.
Ik nam me voor om zodra ik thuiskwam
het woord 'feminist' op te zoeken
in het woordenboek.
Een paar jaar later
schreef ik een boek over een man
die onder andere zijn vrouw mishandelt
en met wie het niet goed afloopt.
Tijdens een boekpromotie in Nigeria
zei een journalist, een aardige man,
dat hij me wat goedbedoeld
advies wilde geven.
Alle Nigerianen hier
zullen waarschijnlijk toegeven
dat wij erg goed zijn
in het geven van ongevraagd advies.
Hij zei dat mensen
mijn boek feministisch vonden
en hij raadde mij aan --
met een bezorgde uitdrukking --
mezelf nooit een feminist te noemen,
want feministen zijn vrouwen
die ongelukkig zijn
omdat ze geen man kunnen vinden.
(Gelach)
Ik besloot mezelf
een vrolijke feminist te noemen.
Toen zei een wetenschapper,
een Nigeriaanse vrouw,
dat feminisme niet bij ons past,
dat het niet Afrikaans is
en dat ik mezelf feminist noemde
omdat ik verpest was
door 'Westerse boeken'.
Dat vond ik grappig,
want toen ik jong was, las ik boeken
die totaal niet feministisch waren.
Als tiener heb ik denk ik bijna alle
boeken van de bouquetreeks gelezen.
Ik vond de zogenaamde
'feministische klassiekers'
veel te saai om uit te lezen.
Omdat feminisme niet Afrikaans zou zijn,
besloot ik mezelf een
'vrolijke, Afrikaanse feminist' te noemen.
Op een gegeven moment was ik een
vrolijke, Afrikaanse feminist
die geen hekel heeft aan mannen,
die van lipgloss houdt
en die hoge hakken draagt
voor zichzelf, niet voor mannen.
(Gelach)
En we lachen er nu om,
maar het woord feminisme
komt met zo veel negatieve associaties.
Je haat mannen, je haat bh's,
je haat Afrikaanse cultuur, enzovoort.
Toen ik klein was
en op de basisschool zat,
zei de lerares aan het begin van het jaar
dat we een toets moesten maken
en dat degene met het hoogste cijfer
klassenoudste zou worden.
En dat wilde iedereen.
Als klassenoudste
mocht je noteren
wie de lawaaimakers waren.
(Gelach)
Dit was op zich al heel wat,
maar de lerares gaf je ook nog een stok
waarmee je mocht rondlopen,
op zoek naar lawaaimakers.
Je mocht de stok
natuurlijk niet gebruiken,
maar als negenjarige vond ik
het wel een spannend idee.
Ik wilde graag klassenoudste worden.
En ik haalde het hoogste cijfer.
Toen zei de lerares opeens dat
de klassenoudste een jongen moest zijn.
Ze was vergeten dit eerder te zeggen,
omdat ze dacht dat dat logisch was.
(Gelach)
Het tweede hoogste cijfer
was gehaald door een jongen
en hij zou klassenoudste worden.
Wat dit nog interessanter maakt,
is dat het een heel lief jongetje was,
die helemaal niet met een stok
door het lokaal wilde patrouilleren,
terwijl ik dat juist wel heel graag wilde.
Maar ik was een meisje
en hij was een jongen,
dus hij werd klassenoudste.
Ik ben dat incident nooit vergeten.
Ik maak vaak de fout dat ik denk
dat wat ik logisch vind,
logisch is voor iedereen.
Mijn vriend Louis bijvoorbeeld.
Louis is slim en vooruitstrevend,
maar hij zei vaak dingen als:
"Ik snap niet waarom je zegt
dat vrouwen het moeilijker hebben.
Vroeger misschien, maar nu niet."
Ik begreep niet dat Louis niet kon zien
wat voor mij zo vanzelfsprekend leek.
Op een avond gingen Louis en ik
met een paar vrienden uit in Lagos.
Als je nog nooit in Lagos bent geweest:
het is daar een gewoonte
dat mannen bij cafés rondhangen
en je heel overdreven 'helpen'
met het parkeren van je auto.
Ik was onder de indruk van het toneelspel
van de man die die avond
een parkeerplaats voor ons vond.
Aan het eind van de avond
besloot ik hem een fooi te geven.
Ik opende mijn tas,
stak mijn hand in mijn tas,
haalde er geld uit
dat ik zelf had verdiend
en gaf dat aan de man.
Die man was erg dankbaar en vrolijk,
hij nam het geld van mij aan,
keek naar Louis
en zei "Bedankt, meneer!"
(Gelach)
Louis keek mij verbaasd aan en zei:
"Waarom bedankt hij mij?
Ik heb dat geld niet gegeven."
Toen drong het tot hem door.
De man dacht dat ik het geld
van Louis had gekregen.
Want Louis is een man.
Mannen en vrouwen zijn anders.
We hebben verschillende
hormonen en geslachtsdelen,
en verschillende biologische vermogens.
Vrouwen kunnen baren, mannen niet.
Nog niet.
(Gelach)
Mannen hebben testosteron en zijn
over het algemeen sterker dan vrouwen.
Er zijn iets meer vrouwen
op de wereld dan mannen,
ongeveer 52 procent van
de wereldbevolking is vrouwelijk.
Maar de meeste machtsposities
worden door mannen bekleed.
Een winnares van
de Nobelprijs voor de Vrede,
wijlen Wangari Maathai,
zei simpelweg:
"Hoe hoger je gaat,
hoe minder vrouwen er zijn."
Tijdens de verkiezingen in Amerika
ging het veel over de Lilly Ledbetter wet
en als we verder kijken
dan de naam van die wet,
gaat het over een man en een vrouw
die hetzelfde werk doen,
dezelfde opleiding hebben,
en de man krijgt meer betaald
omdat hij een man is.
Mannen regeren letterlijk over de wereld
en duizend jaar geleden was dit logisch,
want mensen leefden in een wereld
waarin fysieke kracht
belangrijk was om te overleven.
De sterkste persoon was meestal de leider
en mannen zijn fysiek vaak sterker.
Er zijn natuurlijk uitzonderingen.
(Gelach)
Maar we leven tegenwoordig
in een compleet andere wereld.
De leider is niet langer
de fysiek sterkste persoon;
het zijn de creatievere, intelligentere
en innovatievere mensen.
En hormonen hebben hier niks mee te maken.
Mannen kunnen net zo intelligent, creatief
en innovatief zijn als vrouwen.
We hebben ons ontwikkeld,
maar het lijkt alsof onze ideeën over
gender niet zijn veranderd.
Een paar weken geleden liep ik
een van de beste hotels van Nigeria in.
Ik wilde de naam noemen,
maar dat is misschien beter van niet.
Een bewaker bij de ingang hield me tegen
en stelde irritante vragen,
want ze gaan ervan uit dat een Nigeriaanse
vrouw die alleen een hotel ingaat
een prostituee is.
Waarom letten deze hotels eigenlijk
meer op het vermeende aanbod
dan op de vraag naar prostituees?
In Lagos kan ik niet alleen
naar een 'fatsoenlijke' bar of club.
Je mag als vrouw niet alleen naar binnen,
je moet door een man worden begeleid.
Als ik met een man
naar een Nigeriaans restaurant ga,
begroet de kelner altijd de man
en negeert hij mij.
De kelners zijn het product --
(Gelach)
Sommige vrouwen hier dachten:
"Ja! Dat herken ik!".
Ze zijn het product van een maatschappij
die ze heeft geleerd dat mannen
belangrijker zijn dan vrouwen.
En ik weet dat de kelners
het goed bedoelen.
Maar er zit een verschil
tussen iets weten en het voelen.
Als ik word genegeerd,
voel ik me onzichtbaar.
Ik word boos.
Ik wil ze vertellen dat ik
ook een mens ben
en dat ik ook mag worden erkend.
Dit zijn kleine dingen,
maar soms doen de kleine dingen
het meeste pijn.
Pas geleden schreef ik een artikel
over hoe het is
om een jonge vrouw te zijn in Lagos
en de drukker zei:
"Het klinkt zo boos."
Natuurlijk klonk het boos!
(Gelach)
Ik ben boos.
Het is onrechtvaardig hoe gender
tegenwoordig wordt gezien.
We zouden allemaal boos moeten zijn.
Woede heeft al vaker
voor positieve veranderingen gezorgd.
Maar, ik ben niet alleen boos,
ik heb ook hoop.
Ik geloof namelijk
dat mensen in staat zijn
zichzelf te vormen en te verbeteren.
Gender is overal ter wereld belangrijk,
maar ik wil me concentreren op Nigeria
en op Afrika in het algemeen,
omdat ik het ken
en omdat mijn hart daar ligt.
Ik wil jullie vandaag vragen
te dromen van, en plannen voor,
een andere wereld,
een eerlijkere wereld.
Een wereld waar gelukkigere mannen en
gelukkigere vrouwen zichzelf kunnen zijn.
En dat begint zo:
we moeten onze dochters anders opvoeden.
We moeten onze zonen ook anders opvoeden.
We bewijzen jongens een slechte dienst
met hoe we ze opvoeden;
we onderdrukken hun menselijkheid.
We geven mannelijkheid
een beperkte definitie.
Mannelijkheid wordt een kleine kooi
waar we jongens instoppen.
Jongens leren bang te zijn voor angst.
We leren jongens bang te zijn
voor zwakte en kwetsbaarheid.
We leren ze om zichzelf te verbergen,
omdat ze, zoals we in Nigeria zeggen,
'sterke mannen' moeten zijn.
Stel je voor, op de middelbare school:
een jongen en een meisje, beiden tieners,
beiden krijgen evenveel zakgeld,
maar als ze uit gaan,
moet de jongen betalen,
om zijn mannelijkheid te bewijzen.
En dan vragen wij ons af waarom jongens
vaker geld van hun ouders stelen.
Wat als we zowel jongens
als meisjes zouden leren
mannelijkheid niet te associëren met geld?
Wat als we niet meer zouden zeggen:
de jongen moet betalen,
maar: degene die meer heeft moet betalen?
Door het historisch voordeel
zijn het nu vaak de mannen
die meer geld hebben.
Maar als we kinderen anders gaan opvoeden,
dan hoeven over 50 jaar, over 100 jaar,
jongens niet langer die druk te voelen
zo hun mannelijkheid te moeten bewijzen.
Het allerergste wat we mannen aandoen
met dat idee van dat ze sterk moeten zijn,
is dat ze er hele kwetsbare ego's
aan over houden.
Hoe meer een man het gevoel heeft
dat hij sterk moet zijn,
hoe zwakker zijn ego is.
Vervolgens bewijzen we meisjes
een nog veel slechtere dienst;
we leren ze dat ze zich moeten schikken
naar de zwakke ego's van mannen.
We leren meisjes zichzelf kleiner te maken
en we zeggen tegen meisjes:
"Je mag best ambities hebben,
maar niet te veel."
(Gelach)
"Je moet proberen om succes te hebben,
maar niet te veel, dan bedreig je de man."
Als jij de kostwinnaar bent
in jouw relatie met een man,
moet je doen alsof je dat niet bent,
vooral in het openbaar,
omdat je hem anders ontmant.
Maar wat als we hier
vraagtekens bij zetten?
Waarom zou het succes van een vrouw
bedreigend zijn voor een man?
Wat als we besluiten
het woord niet meer te gebruiken?
Het allerergste Engelse woord dat ik ken
is het woord 'ontmanning'.
Een Nigeriaanse kennis vroeg me een keer
of ik bezorgd was of ik mannen intimeerde.
Ik maakte me geen zorgen.
Het was niet eens in me opgekomen,
want een man die zich door mij
geïntimideerd voelt,
is precies het soort man
waar ik geen interesse in heb.
(Gelach)
(Applaus)
Maar ik bleef hier aan denken.
Omdat ik een vrouw ben,
wordt er verwacht dat ik wil trouwen;
ik moet bij het maken van mijn keuzes
in gedachten houden
dat een huwelijk het belangrijkst is.
Een huwelijk kan goed zijn:
het kan een bron van vreugde,
liefde en wederzijdse steun zijn.
Maar waarom moeten meisjes
naar een huwelijk streven
en leren we jongens niet hetzelfde?
Ik ken een vrouw
die haar huis heeft verkocht,
omdat ze potentiële huwelijkskandidaten
niet wilde afschrikken.
Ik ken een ongetrouwde vrouw in Nigeria
die als ze naar conferenties gaat
een trouwring draagt,
omdat, zoals zij zegt,
ze wil dat de andere deelnemers
haar 'respecteren'.
Ik ken jonge vrouwen
die onder druk worden gezet
door familie, vrienden en werk,
om te trouwen,
ze worden gestimuleerd
om slechte keuzes maken.
Dat een vrouw op zekere leeftijd
nog ongehuwd is,
wordt in onze maatschappij gezien
als een sterk, persoonlijk falen.
Als een man op een bepaalde leeftijd
nog niet is getrouwd,
heeft hij daar simpelweg
nog geen tijd voor gehad.
(Gelach)
Het is simpel voor ons te zeggen
dat vrouwen hier tegenin kunnen gaan,
maar de realiteit is niet zo eenvoudig.
We zijn sociale wezens.
We maken ons de ideeën
van onze socialisatie eigen.
Zelfs de taal die we gebruiken
om over huwelijk en relaties
te praten, laat dit zien.
De taal van het huwelijk
is de taal van eigendom
en niet de taal van een partnerschap.
We gebruiken het woord 'respect'
voor iets wat een vrouw aan de man toont,
bijna nooit voor wat een man
een vrouw toont.
Zowel mannen als vrouwen
in Nigeria zeggen --
het is een uitdrukking
die ik erg amusant vind --
"Ik deed het om de vrede
thuis te bewaren."
Als mannen dit zeggen,
gaat het vaak over iets dat ze toch
al niet zouden moeten doen.
(Gelach)
Soms zeggen ze het tegen hun vrienden,
het is iets om op een liefhebbende,
geïrriteerde toon te zeggen.
Iets wat uiteindelijk bewijst
hoe mannelijk ze zijn,
hoe nodig en hoe geliefd.
"Oh, mijn vrouw wil niet dat ik
elke avond uit ga,
dus om de vrede te bewaren,
ga ik alleen in het weekend."
(Gelach)
Als een vrouw zegt dat ze iets doet
om de vrede in haar huwelijk te bewaren,
betekent het meestal
dat ze is gestopt met een baan,
een droom
of een carrière.
We leren vrouwen dat we in relaties
moeten geven en nemen.
We leren meisjes elkaar te zien
als concurrentie --
niet voor een baan of prestaties,
wat niet zo erg zou zijn,
maar voor de aandacht van mannen.
We leren meisjes
dat ze niet seksueel kunnen zijn,
op dezelfde manier als jongens.
Als we een zoon hebben,
horen we graag over zijn vriendin.
Maar het vriendje van onze dochter?
Echt niet!
(Gelach)
Maar op een gegeven moment
verwachten we natuurlijk dat die meisjes
de perfecte man vinden om mee te trouwen.
We controleren meisjes
en prijzen ze om hun maagdelijkheid,
we prijzen jongens niet
om maagdelijkheid
en ik heb nooit goed begrepen
hoe dit dan precies werkt, want --
(Gelach)
(Applaus)
Het verlies van je maagdelijkheid
is meestal een proces waarbij --
Onlangs was er een groepsverkrachting
op een universiteit in Nigeria.
Misschien heb je dit al gehoord.
De reactie van veel jonge Nigerianen,
zowel mannen als vrouwen,
leek hier op:
"Ja, verkrachting is fout.
Maar wat doet een meisje
in een kamer met vier jongens?"
Als we niet naar de wreedheid
van deze reactie kijken,
merk je dat deze Nigerianen is geleerd
dat ze vrouwen de schuld moeten geven.
Ze hebben geleerd zo weinig
van mannen te verwachten
dat het idee dat mannen woestelingen
zonder enige zelfbeheersing zijn,
wordt geaccepteerd.
We leren meisjes om zich te schamen.
"Sluit je benen."
"Bedek jezelf."
Alsof ze, door als meisje
ter wereld te komen,
al ergens schuldig aan zijn.
En deze meisjes worden vrouwen
die niet zien dat zij verlangens hebben.
Ze worden vrouwen die hun mond houden.
Ze worden vrouwen die niet durven
te zeggen wat ze vinden
en ze worden vrouwen --
en dit is het ergste
wat we meisjes aandoen --
ze worden vrouwen
die ongelooflijk goed kunnen doen alsof.
(Applaus)
Ik ken een vrouw die een hekel heeft
aan huishoudelijk werk.
Ze haat het,
maar ze doet alsof ze het leuk vindt,
omdat ze heeft geleerd
dat als ze een 'goede vrouw' wil zijn,
ze, om een Nigeriaans woord te gebruiken,
'huiselijk' moet zijn.
En toen ging ze trouwen
en na een tijdje begon haar schoonfamilie
te klagen dat ze was veranderd.
(Gelach)
Ze was niet echt veranderd,
ze deed gewoon niet langer alsof.
Het probleem met gender
is dat het voorschrijft
hoe we ons moeten gedragen
in plaats van te herkennen hoe we zijn.
Stel je eens voor hoeveel gelukkiger
we zouden zijn,
hoe we onszelf zouden kunnen zijn,
als we niet aan dit soort verwachtingen
hoefden te voldoen.
Het is onbetwistbaar dat jongens
en meisjes verschillen, biologisch,
maar de maatschappij overdrijft
deze verschillen
en verandert ze in een
zichzelf-waarmakend proces.
Laten we bijvoorbeeld naar koken kijken.
Vrouwen doen over het algemeen meer werk
in het huishouden dan mannen.
Ze koken en maken schoon.
Maar waarom?
Worden vrouwen geboren
met een speciaal kookgen?
(Gelach)
Of heeft de maatschappij ze geleerd
dat koken bij hun taken hoort?
Ik wilde eerst zeggen dat vrouwen
inderdaad met een kookgen zijn geboren,
maar toen herinnerde ik me dat
de meerderheid van beroemde koks,
die we zo verheven 'chef' noemen,
mannen zijn.
Ik keek altijd op naar mijn oma,
een ongelooflijk briljante vrouw,
en ik vraag me af hoe ze was geweest
als ze dezelfde kansen had gekregen
als mannen, toen ze opgroeide.
Tegenwoordig hebben vrouwen
veel meer mogelijkheden
dan toen mijn grootmoeder opgroeide,
dankzij beleidsveranderingen
en veranderde wetten,
die allemaal erg belangrijk zijn.
Maar nog veel belangrijker
is onze houding en denkrichting,
onze normen en waarden
met betrekking tot gender.
Wat als we onze kinderen
zouden opvoeden
met de nadruk op vaardigheden
in plaats van op geslacht?
Wat als we meer aandacht zouden besteden
aan de interesses van het kind?
Ik ken een familie
met een zoon en dochter,
die het allebei goed doen op school,
allebei lieve kinderen.
Als de zoon honger heeft,
zeggen de ouders het meisje:
"Kook even wat noedels voor je broer."
(Gelach)
De dochter vindt het niet echt leuk
om Indomie noedels te koken,
maar ze is een meisje,
dus het is haar taak.
Wat als deze ouders
vanaf het begin
beide kinderen hadden geleerd
hoe ze noedels klaarmaken?
Het is trouwens erg handig
als jongens ook kunnen koken.
Ik heb het nooit slim gevonden
om zoiets belangrijks
als het vermogen om jezelf te voeden...
(Gelach)
aan anderen over te laten.
(Applaus)
Ik ken een vrouw met dezelfde opleiding
en dezelfde baan als haar man.
Als ze na het werk thuiskomen,
doet zij bijna al het werk.
Dit is in de meeste huwelijken zo,
maar wat mij opviel,
is dat telkens als hij
de baby had verschoond,
zij hem daarvoor bedankte.
Wat als zij het heel normaal vond
dat hij voor zijn eigen kind zorgde?
(Gelach)
Ik probeer af te leren wat ik vroeger
over gender heb meegekregen.
Maar ik blijf gevoelig voor verwachtingen
op basis van mijn geslacht.
De eerste keer dat
ik lesgaf op een hogeschool,
maakte ik me zorgen.
Ik maakte me geen zorgen
over het vak zelf,
want ik was goed voorbereid
en ik vond het een interessant vak.
Ik maakte me zorgen om mijn kleding.
Ik wilde serieus worden genomen.
Als vrouw zijnde wist ik
dat ik me zou moeten bewijzen.
En als ik er te vrouwelijk uitzag,
zouden ze me misschien niet serieus nemen.
Ik wilde mijn glimmende lipgloss
en vrouwelijke rok dragen,
maar besloot dat niet te doen.
In plaats daarvan droeg ik een streng,
mannelijk en lelijk pak.
(Gelach)
Want helaas,
als het gaat om ons uiterlijk,
nemen we de man als norm.
Als een man zich klaarmaakt
voor een vergadering,
vraagt hij zich niet af
of hij te mannelijk lijkt
en daarom niet zal meetellen.
Als een vrouw zich klaarmaakt
voor een vergadering,
moet zij wel opletten
dat ze er niet te vrouwelijk uitziet
en wat dat tot gevolg heeft,
of ze serieus zal worden genomen.
Ik wou dat ik dat pak
nooit had gedragen.
Ik heb het ondertussen ook weggegooid.
Als ik toen het zelfvertrouwen
had gehad om mezelf te zijn,
dan hadden mijn studenten
nog veel meer van mij kunnen leren,
want ik zou meer
op mijn gemak zijn geweest
en zou meer mezelf zijn geweest.
Ik verontschuldig me niet langer
voor het feit dat ik een vrouw ben
en voor mijn vrouwelijkheid.
(Applaus)
En ik wil als vrouw worden gerespecteerd,
omdat ik dat verdien.
Het is niet gemakkelijk
om over gender te praten.
Bij zowel mannen als vrouwen,
brengt het woord gender
onmiddelijke weerstand op.
Ik kan me voorstellen
dat sommige mensen hier nu denken:
vrouwen kunnen ook losbandig zijn.
Sommige mannen hier denken misschien:
Dit klinkt wel interessant,
maar zo denk ik niet.
En dat is een deel van het probleem.
Het feit dat mannen niet actief
over gender nadenken
of het opmerken,
is een deel van het probleem.
Veel mannen, zoals mijn vriend Louis,
denken dat alles nu goed is.
En veel mannen doen niks
om dit te veranderen.
Als jij als man een restaurant inloopt
met een vrouw
en de kelner begroet alleen jou,
vraag je de kelner dan wel eens:
"Waarom begroet je haar niet?"
Want gender kan --
(Gelach)
Misschien moeten we een deel
van deze talk maar schrappen.
Omdat het ongemakkelijk
kan zijn om over gender te praten,
zijn er allerlei manieren
om eronder uit te komen.
Sommige mensen beginnen over
evolutionaire biologie en apen,
en hoe vrouwelijke apen buigen
voor de mannelijke apen
en dat soort dingen.
Maar wij zijn geen apen.
(Gelach)
(Applaus)
Apen wonen in bomen en eten
aardwormen als ontbijt,
en wij doen dat niet.
Sommige mensen zeggen dat arme mannen
het ook moeilijk hebben.
En dat klopt.
Maar dat is niet wat --
(Gelach)
Daar hebben we het nu niet over.
Gender en rang zijn verschillende
vormen van onderdrukking.
Ik heb veel geleerd over verschillende
vormen van onderdrukking,
en hoe ze vaak niet worden erkend,
door met zwarte mannen te praten.
Ik sprak een keer
met een zwarte man over gender
en hij vroeg aan mij:
"Waarom heb je het altijd over
'mijn ervaring als een vrouw'?
Waarom kan je niet zeggen
'mijn ervaring als een mens'?"
Dit was dezelfde man
die het vaak had over
zijn ervaring als een zwarte man.
Gender is belangrijk.
Mannen en vrouwen
ervaren de wereld anders.
Gender bepaalt de manier
waarop wij de wereld ervaren.
Maar we kunnen dat veranderen.
Sommige mensen zeggen:
"Maar vrouwen zijn eigenlijk echt de baas,
zij hebben 'bottom power'."
Voor wie niet uit Nigeria komt,
'bottom power' betekent zoiets als
dat een vrouw haar seksualiteit gebruikt
om dingen gedaan te krijgen.
Maar 'bottom power'
is helemaal geen macht.
'Bottom power' betekent dat een vrouw
een goede bron heeft
om af en toe gebruik van te maken --
de macht van iemand anders.
En dan moeten we ons afvragen
wat er gebeurt als de ander
in een slechte bui is,
of ziek,
of impotent.
(Gelach)
Volgens sommige mensen is het onze cultuur
dat vrouwen ondergeschikt zijn aan mannen.
Maar cultuur verandert constant.
Ik heb twee prachtige nichtjes
van 15 die in Lagos wonen.
Als ze honderd jaar geleden waren geboren,
zouden ze zijn vermoord.
Omdat het bij onze cultuur hoorde
om tweelingen te vermoorden.
Dus wat voor nut heeft cultuur?
Het is natuurlijk decoratief,
met dansen --
Maar cultuur gaat vooral over het behoud
en de samenhang van een groep mensen.
In mijn familie ben ik
het meest geïnteresseerd
in wie we zijn,
wat onze tradities zijn,
in kennis over ancestrale landen.
Mijn broers hebben hier
minder interesse in.
Maar ik kan niet meedoen.
Ik mag niet naar onze stamvergadering.
Ik mag mijn mening niet geven.
Omdat ik een vrouw ben.
Cultuur bepaalt niet
het gedrag van mensen.
Het gedrag bepaalt de cultuur.
Als het dus waar is --
(Applaus)
Als het dus waar is
dat de menselijkheid van vrouwen
niet bij onze cultuur past,
moeten we het onze cultuur maken.
Ik denk nog vaak aan mijn goede vriend,
Okoloma Maduewesi.
Ik hoop dat hij en alle anderen
die in de Sosoliso-crash stierven,
in vrede rusten.
Zijn familie en vrienden zullen
altijd aan hem blijven denken.
En hij had gelijk, die dag,
toen hij me een feminist noemde.
Ik ben een feminist.
En toen ik het woord opzocht
in het woordenboek die dag,
stond er het volgende:
"Feminist: iemand die in de sociale,
politieke en economische gelijkheid
van geslachten gelooft."
Mijn overgrootmoeder,
zo heb ik gehoord,
was een feminist.
Ze liep weg van het huis van de man
waar ze niet mee wilde trouwen
en trouwde uiteindelijk
met de man waar ze van hield.
Ze weigerde, protesteerde,
liet van zich horen
zodra ze dacht dat ze werd beroofd
van toegang, eigendom en dergelijke.
Mijn overgrootmoeder
kende het woord 'feminist' niet,
maar dat was ze wel.
We moeten dit woord terugwinnen.
Mijn eigen definitie van een feminist is:
een feminist is een man of vrouw
die zegt --
(Gelach)
(Applaus)
Een feminist is een man of vrouw die zegt:
"Gender zoals we het nu zien
is problematisch,
we moeten er iets aan doen,
het moet beter."
De beste feminist die ik ken,
is mijn broer Kene.
Hij is ook een aardige,
knappe en lieve man,
en hij is ook erg mannelijk.
Dankjewel.
(Applaus)