-
Los op naar x en controleer je oplossing.
-
Hier staat x gedeeld door 3 is gelijk aan 14.
-
Dus om op te lossen naar x,
-
om uit te zoeken waar x voor staat,
-
moeten we hem isoleren aan de linkerkant,
-
waar x staat.
-
Er staat x gedeeld door 3 is gelijk aan 14.
-
Dat is hetzelfde als 1/3 x = 14.
-
Want x maal 1/3 is x/3.
-
Deze zijn gelijk.
-
Dus hoe krijgen we alleen x aan de linkerkant
-
van een van deze twee
-
gelijke vergelijkingen?
-
Of hoe krijgen we een 1 voor de x,
-
want 1x is gelijk aan x,
-
hier.
-
Ik deel het nu door 3,
-
dus als ik beide kanten vermenigvuldig met 3
-
zou dat de x isoleren.
-
Dat werkt, omdat als ik
-
dit vermenigvuldig met 3,
-
vermenigvuldig en deel ik door 3,
-
dat is hetzelfde als vermenigvuldigen
-
en delen door 1,
-
ze heffen elkaar op.
-
Maar denk eraan, wat je links doet
-
moet je ook rechts doen.
-
Ik zal deze vergelijkingen
-
tegelijkertijd doen,
-
want ze zijn identiek.
-
Dus wat krijgen we hier aan de linkerkant?
-
3 maal 'iets' gedeeld door 3 is 'iets',
-
we houden alleen een x over
-
aan de linkerkant.
-
En aan de rechterkant,
-
wat is 14 * 3,
-
3 maal 10 is 30, 3 maal 4 is 12, dus 42.
-
Dus we krijgen x = 42.
-
Ditzelfde zou hier gebeuren.
-
3 * 1/3 is gewoon 1,
-
dus krijg je 1x is gelijk aan 14 * 3,
-
dat is 42.
-
Laten we dit controleren.
-
We vullen 42 in in onze oorspronkelijke vergelijking.
-
We hebben 42 in plaats van x,
-
in plaats van x,
-
gedeeld door 3 is gelijk aan 14.
-
Dus wat is 42 gedeeld door 3?
-
We kunnen een, laten we het
-
een mini-staartdeling noemen.
-
Het is niet echt een staartdeling.
-
3 gaat een keer in 4,
-
1 * 3 is 3,
-
Aftrekken, 4 min 3 is 1
-
Haal de 2 erbij,
-
3 gaat vier keer in 12,
-
dus 3 gaat 14 keer in 42.
-
Dit vereenvoudigt dus tot 14
-
en het klopt.
-
We zijn klaar.