-
Nu we de basis van volgorde van bewerkingen onder de knie hebben
-
laten we nu proberen een monsterlijk ingewikkeld
-
vraagstuk op te lossen.
-
Hier hebben we allerlei soorten haakjes en
-
getallen in het rond vliegen.
-
Maar in elk van deze volgorde van bewerkingen vraagstukken, moet je gewoon
-
even diep ademhalen en vergeet niet, we gaan
-
de haakjes eerst doen.
-
Haakjes.
-
H voor haakjes.
-
Dan exponenten.
-
Het is niet erg als je niet weet wat exponenten zijn, want
-
hier zitten geen exponenten in.
-
Dan ga je vermenigvuldigen en delen.
-
Zij zitten op hetzelfde niveau.
-
Dan ga je optellen en aftrekken.
-
Dus sommige mensen onthouden Ha! Meneer Van Dale wacht Op Antwoord
-
Maar als je het op die manier onthoudt, denk er dan aan dat vermenigvuldigen
-
en delen hetzelfde niveau hebben.
-
Optellen en aftrekken, ook hetzelfde niveau.
-
Dus laten we nu gaan bedenken wat de volgorde van bewerkingen zegt over
-
wat dit dan moet worden.
-
Dus het eerste wat we gaan zijn de haakjes.
-
En daar zijn er nogal wat van.
-
We hebben een som in haakjes hier, en
-
zelfs daarbinnen hebben we nog haakjes.
-
Dus, volgorde van bewerkingen zegt, kijk, doe de haakjes eerst,
-
maar om de buitenste haakjes - in oranje- te kunnen oplossen
-
moeten we eerst dit ding in geel
-
gaan oplossen.
-
Als we alleen aan de binnenkant kijken, moeten we eerst
-
de haakjes binnen de haakjes
-
vereenvoudigen.
-
Zie je de 5 min 2 hier?
-
Dat gaan we in ieder geval eerst doen.
-
Dus dat wordt vereenvoudigd tot - Ik doe het stap voor stap.
-
Als je het eenmaal door hebt, kun je meerdere
-
stappen tegelijk doen.
-
Dus dit wordt 7 plus 3 keer die 5
-
min 2, en dat is 3.
-
En allemaal hebben ze haakjes erom heen.
-
En dan heb je natuurlijk nog al die dingen aan beide
-
kanten - delen door 4 - nee.
-
Oeps.
-
Dat is niet wat ik wilde.
-
Ik wilde copypasten.
-
Ik wil dat hier copypasten.
-
Dus, copy, nee dat geeft me het verkeerde.
-
Het was makkelijker geweest als - laat ik het maar herschrijven.
-
Dat is het makkelijkste.
-
Ik heb technische problemen.
-
Dus delen door 4 keer 2.
-
En aan deze kant, had je 7 keer 2 plus dit deel in
-
oranje haakjes hier.
-
Bij iedere stap kijk je weer.
-
We willen de haakjes altijd eerst wegwerken.
-
Dat wil je altijd en dan kijk je of er werkelijk geen haakjes meer
-
zijn.
-
Dus we moeten deze haakjes
-
in oranje oplossen.
-
Maar om dit op te kunnen lossen, moeten we
-
kijken wat er in staat.
-
En als je erin kijkt, heb je 7 plus 3 keer 3.
-
Dus als je gewoon 7 plus 3 keer 3 had, hoe zou je dat
-
oplossen?
-
Nou, kijk dan terug naar de volgorde van bewerkingen.
-
We zitten binnen de haakjes hier, en binnen de haakjes zijn
-
er geen haakjes meer.
-
Dus het volgende wat we moeten doen..Er zijn hier geen exponenten. Het volgende is vermenigvuldigen.
-
Dat doen we voor al het optellen of aftrekken.
-
Dus we moeten 3 keer 3 doen voor we de 7 erbij optellen.
-
Dus dit wordt 7 plus - en de 3 keer
-
3 die we eerst doen.
-
Eerst vermenigvuldigen.
-
7 plus 9.
-
Dat staat er dus tussen de oranje haakjes.
-
En dan heb je de 7 keer 2 plus dat,
-
aan de linkerkant.
-
Je hebt de gedeeeld door 4 keer 2 aan de rechterkant.
-
En nu dit, het stuk in haakjes, want we willen nog steeds
-
eerst de haakjes wegwerken.
-
Best makkelijk om op te lossen.
-
Wat is 7 plus 9?
-
7 plus 9 is 16.
-
En zo vereenvoudigt alles wat we hebben tot 7 keer 2 plus 16 gedeeld door 4 keer 2.
-
16 gedeeld door 4 keer 2.
-
Nu hebben we haakjes meer over, dus we zijn klaar met
-
de H in Ha! Meneer Van Dale Wacht Op Antwoord.
-
We hebben geen exponenten, dus geen machtsverheffen hier.
-
Dus we gaan gelijk door naar vermenigvuldiging en delen.
-
We hebben een vermenigvuldiging - we hebben een aantal
-
vermenigvuldigingen hier.
-
We hebben hier wat delingen, en een
-
vermenigvuldiging daar.
-
Dus deze moeten we eerst doen, voor we
-
deze optelling hier kunnen doen.
-
Dus we kunnen deze vermenigvuldiging doen.
-
We kunnen die doen.
-
7 keer 2 is 14.
-
We wachten met die optelling.
-
En dan hebben we hier de 16 gedeeld door 4 keer 2.
-
Dat heeft voorrang over het optellen, dus dat doen
-
we voor het optellen.
-
Maar hoe lossen we dat op?
-
Doen we eerst de deling, of de vermenigvuldiging?
-
En onthou, ik had je in de vorige video verteld, als je 2
-
als je meerdere bewerkingen op hetzelfde niveau moet doen
-
in dit geval, delen en vermenigvuldigen,
-
die zijn op hetzelfde niveau.
-
Het is het veiligst als je van links naar rechts gaat.
-
Of je moet eigenlijk van links naar rechts.
-
Dus je doet 16 gedeeld door 4 is 4.
-
Dus dit hier - simpelweg 16 gedeeld door
-
4 keer 2.
-
Het is vereenvoudigd naar 4 keer 2.
-
Dat is het gedeelte in groen hier.
-
En dan doen we de vermenigvuldiging erna.
-
Dus dit vereenvoudigt naar - want vermenigvuldiging
-
gaat voor optellen - dit vereenvoudigt naar 8.
-
En dan krijg je 14 - deze 14 hier - plus 8.
-
En wat is 14 plus 8?
-
Dat is 22.
-
22.
-
En we zijn klaar.